Thrillers
Vervolg van pagina 15
het opgelegde plezier van zijn vrouw steeds minder kan hebben. En dan rijdt zij - op een avond - met haar rolstoel het zwembad van het hotel in en verdrinkt. Zo begint de psychologische thriller van René Appel, en het vervelende is dat hij Tunesië heeft gekozen, want daardoor springt onwillekeurig de naam Patricia Highsmith naar voren, die in dat zelfde land een jonge schrijver ook met een soortgelijk probleem opzadelt (A Tremor of Forgery).
Oppervlakkig lijkt het alsof Appel - jarenlang misdaadrecensent van de NRC - bewust in het midden laat of Van Zelm nu iets met de dood van zijn gehandicapte vrouw te maken heeft of niet. In ieder geval is er - bij terugkomst in Holland en na de hervatting van zijn werkzaamheden als leraar - een aantal mensen dat niet in de onschuld van de leraar gelooft. Maar het aardige van Handicap is dat Appel het er beter afbrengt dan Highsmith. Hij schrijft soepeler en hij laat, al doet hij even van niet, er eigenlijk geen twijfel over bestaan dat Van Zelm de hand in de dood van zijn vrouw heeft gehad.
Het verhaal ontleent zijn spanning - want die zit er mooi onderhuids in - aan de geraffineerde opbouw. Het is duidelijk dat het met Van Zelm verkeerd zal aflopen, maar in de aanvang is het aantal mensen dat hem wil helpen groter dan het aantal dat graag wil weten wat er nou eigenlijk gebeurd is. Highsmith heeft gezegd dat de motor van haar werk haar fascinatie is voor de ontwikkeling van de gelegenheidsmisdadiger. ‘Feitelijk wordt een gewoon mens voor mij interessant zodra hij zich van zijn instincten bewust wordt.’ Appel heeft dat in dit verhaal doorgetrokken: wat gebeurt er als iemand de gelegenheid hééft gehad.
Er zitten in het verhaal minder logische momenten. De motor achter de gebeurtenissen is het onderzoek van de levensverzekering - die hebben weinig zin om uit te betalen, en gek genoeg zit Van Zelm daar juist op aan te dringen. Maar Appel heeft dat soort dingen nodig om het verhaal op gang te houden - Highsmith zou er zonder bedenken nog tachtig bladzijden met veel vagere mogelijkheden tegenaan hebben gegooid. Het aardige van Handicap is dat Appel al die bedenkingen en tegenwerpingen die men kan maken compenseert door zijn tekening van de figuur Van Zelm zelf. Want wat er ook gebeurt, zo wordt stukje bij beetje duidelijk, het zal met hem verkeerd aflopen. Hij zoekt die verloedering en Appel doet niet meer dan hem een handje helpen.
■