Piet maakt 't Grijs
Onder het pseudoniem Dolf Cohen schreef Hugo Brandt Corstius door Willem van Malsen geïllustreerde stukken in het Z-Supplement van NRC Handelsblad. Met flink wat slagen om de arm zou men kunnen zeggen dat het autobiografische verhalen waren, waarin met even losse en geraffineerde hand allerlei personages optreden waarvan men de naam wel kent, maar of de anekdote die Cohen vertelt ook met de werkelijkheid klopt is menigmaal de vraag. Cohen deed zich in die stukken graag voor als een oude baas van in de tachtig jaar. Het raillerende in deze stukken werd in evenwicht gehouden door soms montere alinea's. De scherts wordt in het boekje dat Dolf Cohen/Brandt Corstius ter gelegenheid van de Boekenweek 1986 voor de Bijenkorf heeft geschreven onder de titel Liegen, loog, gelogen (60 p., f3,95) zo ver doorgevoerd dat mijn aandacht sterk werd getrokken door het wit tussen de regels, want daar was het net zo leeg als in de zinnen zelf. Cohen heeft zijn vaardigheden met de tekstverwerker uitgeleefd en zichzelf bevolen niet eerder van zijn stoel op te staan voordat hij vijfduizend woorden bij elkaar had waarin tenminste wat namen voorkomen die een belletje doen rinkelen. Het boekje gaat over liegen, dus hangt Cohen verhalen op die nergens op slaan volgens het principe van de paradox van Zeno (Alle Kretenzers zijn leugenaars, zei de Kretenzer). Welke namen Cohen ijdellijk gebruikt is niet interessant omdat ze zo willekeurig zijn als Cohen zelf: de bekende namen uit zijn stukjes onder het pseudoniem Piet Grijs. Te vrezen valt dat Brandt Corstius met Liegen, loog, gelogen een angstwekkend nietszeggend postmodern stadium in zijn schrijfkunst heeft bereikt en dat de kunstjes van vroeger niet meer werken. Wat vroeger strak gespannen was is nu een slap koordje.
CP