Starreporter
Afgelopen voorjaar kreeg ik eindelijk zijn biografie in handen: The World of Damon Runyon door Tom Clark (Harper & Row, 1978). Het eerste wat ik eruit leerde, was dat Runyon geen schrijver was maar journalist. Toen hij in 1929 zijn eerste Broadway-verhaal publiceerde, Romance in the Roaring Forties (niet het tijdperk maar het stadsdeel), was hij 49 jaar oud en had hij meer dan drie decennia dagbladjournalistiek achter zich.
Het waren de lang vervlogen dagen dat sportverslaggevers beter proza schreven dan de officiële literatoren. In 1911 had Runyon de sprong gemaakt van het provinciale Denver naar de kranten van William Randolph Hearst in New York, de Journal en de American. In 1929 had Runyon als star-reporter bij Hearst een langlopend contract voor vijfhonderd dollar per week, in die tijd een klein fortuin.
Met hetzelfde journalistieke oog waarmee hij honkbalwedstrijden, boksmatches en moordprocessen versloeg, moet Runyon jarenlang op Broadway hebben rondgekeken vóór hij zijn korte verhalen begon te schrijven. Zijn biograaf Tom Clark maakt duidelijk dat Damon Runyon behoort tot de categorie schrijvers die niets verzinnen, maar alleen alle namen veranderen en hier en daar wat liegen.
Armand Rosenthal alias The Brain, de gevreesde gokkoning uit A Very Honorable Guy en The Brain Goes Home, was in werkelijkheid Arnold Rothstein, de man die tijdens de World Series van 1919 de Chicago White Sox omkocht. Van 1911 tot 1928 (toen Rothstein werd vermoord) trokken The Demon en The Brain vrijwel elke avond rondom Broadway met elkaar op, in Jack's, in Reuben's, of na middernacht in Lindy's (in de verhalen omgedoopt tot Mindy's). Het lijkt me niet toevallig dat Runyon wachtte tot na de dood van Rothstein voor hij zijn komische schetsen over The Brain publiceerde.
Waldo Winchester, de ‘nice-looking young guy who writes pieces about Broadway for the Morning Item’, maar die als ‘one hundred percent sucker’ in Romance in the Roaring Forties zwaar in de moeilijkheden komt doordat hij ‘Dave the Dude's doll’ met ‘quite a number of peeks’ vereert (‘And what is more, she takes quite a number of peeks right back at him’), is een vriendschappelijk portret van gossip-columnist Walter Winchell, die inderdaad ooit bange uren beleefde tijdens een korte liaison met een ‘private doll’ van gangster Frank Costello.
Humoristen 6: Damon Runyon
Winchell en Runyon waren in de jaren veertig avond aan avond samen te vinden aan tafel 50 van de Stork Club, in het gezelschap van eigenaar Sherman Billingsley, columnist Leonard Lyons, sportjournalist Jimmy Cannon, juwelier Charles ‘Chuck’ Green en boks-promotor Eddie Walker.
‘Miss Missouri Martin, hostess of the Sixteen Hundred Club’ heette in werkelijkheid Texas Guinan, rechercheur Johnny Branningan was eigenlijk de befaamde ‘strong-arm plainclothesman John Broderick’, aartsgokker Nick the Greek bestond echt en heette Nicholas Dandalos, gangster Dutch Schultz trad in de verhalen op als Heine Schmitz, de hoofdpersoon uit Dancing Dan's Christmas was een doorzichtige vermomming van de charmante oplichter Dapper Don Collins, enzovoort en zo verder.