Brede lagen
Het boek van Henk Hofland, Marius van Leeuwen en Nel Punt is gevuld met affiches van een toch wat ander karakter dan die in het boek over mei '68.
Een teken aan de wand is samengesteld uit drie ‘verhalen’ die zich prettiger dan vele andere plaatjesmet tekstboeken naast en doorelkaar laat lezen en kijken. De tekst van Hofland is zo'n verhaal en beschrijft een bepaald onderwerp (pacifisme, kernwapens, antifascisme enzovoort); soms gaat hij wat verder terug in de geschiedenis om verbanden te leggen. Dit alles met informatief verwerkte data en cijfers. De affiches zelf geven een breder, en gevarieerder beeld van het betreffende onderwerp en de bijschriften geven op hun beurt weer reliëf aan de affiches. Dit alles is zo vormgegeven, dat de drie ‘verhalen’ een evenwichtig geheel vormen. Hofland, Van Leeuwen en Punt hebben dat evenwicht bereikt door hun ideeën zorgvuldig op elkaar af te stemmen ten behoeve van het uiteindelijke resultaat, waarin ik slechts één zetfoutje tegenkwam. Het verhaal dat Henk Hofland tien dagen op water en brood heeft gezeten in een afgelegen daglonershuisje op de Friese prairie om daar de bijschriften te maken, heeft, gezien het resultaat, alleen maar louterend gewerkt.
Hoe moeilijk is het een keuze te maken; altijd aanvechtbaar en (gelukkig) altijd subjectief. Om uit een verzameling van meer dan 15.000 in verschillende archieven opgeslagen affiches, de meest relevante en de meest interessante te kiezen is niet eenvoudig.
Aan de keuze van de onderwerpen kan men zien dat het protest niet iets is wat zich uitsluitend in het Maagdenhuis heeft afgespeeld. De rest van Nederland zat ook niet stil. Iedereen moet welhaast iemand in zijn familie hebben die zich heeft aangesloten bij één van de vele in het boek aan bod komende actiegroepen, comités, demonstraties, anti-kernwapens, pacifisme, IKV, lawaaioverlast, bedreigde flora, wit-kar, Blij dat ik Rij, zuinig met energie, kindermishandeling, hurenomlaag, leegstandwet, volkstelling, rechtshulp, autonomen, werkloosheid, jeugdloon, amnesty international, antifascisme, Derde Wereld, Chili, enzovoort.
Het is in Een teken aan de wand goed te zien dat het protest zich langzaam maar zeker over uiteenlopende en brede lagen van de bevolking heeft uitgezaaid. Dat maakt het tot meer dan een randstadboek, actiegroepen zijn door heel het land verspreid - van de Waddenzee tot Borssele.
Burgemeester Gruyters van Lelystad hield op de persbijeenkomst van Een taken aan de wand een toespraakje waarin hij sprak over de protestbeweging uit zijn Nijmeegse studententijd als ‘ex-christenen die met hun nieuw gevonden geloof en geloofjes nieuwe vijandbeelden creëerden’. Dat doet dit boek, de actiegroepen en alle affiches onrecht. Natuurlijk, maatschappelijke veranderingen zijn langzame processen, die je niet door middel van een affiche omkeert of nieuwe richting geeft.
Een teken aan de wand geeft juist aan dat het gaat om iets anders dan het veroorzaken van revolutionaire omwentelingen. Het gaat over ongerustheid. Ongerustheid en onmacht, gebrek aan vertrouwen in het gezag, zodat burgemeester Gruyters, als vertegenwoordiger van dit gezag, door zijn uitspraak het bewijs levert van het gelijk van dit boek.
Een teken aan de wand is een zeer Hollands boek door deze verzameling van individualisme en bekeringsdrift. We zijn nog steeds kruisvaarders, en in zoverre heeft Gruyters wel een beetje gelijk.
Na de jaren vijftig is natuurlijk niet iedereen atheïst geworden; de resten van het religieuze gedachtengoed duiken op in een veelheid van sociale, maatschappelijke en bewustmakende activiteiten. Zoals Nederland een groot aantal kerken en kerkjes, en een groot aantal politieke partijen heeft, zo heeft ze ook een groot aantal actiegroepen.
Door die traditionele religieuze kracht gevoed scheppen ze niet zozeer nieuwe vijanden maar proberen ze - misschien wat naïef, maar altijd integer - de kleine revolutie, ‘een betere wereld’, te bewerkstelligen. Het is een religieus boek, met een dwarsdoorsnede van alle gezindten.