Vormen. Jaargang 2(1937-1938)– [tijdschrift] Vormen– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 110] [p. 110] Frans Buyle: De sterrenplukster Zij dweept met al wat buitensporig is en duizelt van een onvoldaan verlangen: een bloem, een ster herinnert haar gemis. Een zoele zomernacht heeft haar bevangen. Eén dag verliefd, de volgende gescheiden en van het dagelijksche haast vervreemd. Zij zoekt een klaarte die haar zal bevrijden. Een roes, een droom die nooit een einde neemt. Zij dwaalt, zij is verrukt, zij is verlegen; zij geeft haar lijf opnieuw in elken droom. Naakt is zij, koel gelijk de lenteregen: haar ziel golft wisselend met elken stroom. Vorige Volgende