zoldering (XVII), grooten schouw (kap en tegels nieuw), tafel.
In den voorhal enkele plaatselijke oudheden.
De ned. herv. kerk (Maria Lichtmis), na brand in 1896 herbouwd met behoud der oude muren en zuilen, is een baksteenbouw, bestaande uit een driebeukig schip met breed dwarspand (beide oorspronkelijk XV B) en eenen westtoren (onderbouw XIII, verder XIV, bovendeel nieuw). Het choor, dat eenen omgang had, is niet herbouwd, zoodat de oostelijke sluitmuur van het schip nieuw is. Ook zijn de zuidelijke zijbeukmuren grootendeels nieuw; de noordelijke heeft twee geveltjes. Aanbouwen: tegen noordelijken dwarsarm, portaal met buste; tegen zuidelijken, brandspuithuisje met gevelsteen en versierde deur, alles Lodewijk XVI. De kerk bezit:
Twee koperen kronen (XVIII a, gerestaureerd).
Twee koperen lezenaars (XVIII a).
Onbelangrijk avondmaalzilver (1838).
Op het kerkhof: zerk (XVII d).
De r.k. kerk (1853) bezit:
Verguld zilveren, gedreven monstrans (XVII b, gewijzigd ± 1750).
Houten Madonnabeeldje (XV) en twee houten bustes (XVIII); Jezus en Maria.
Schilderij (XVIII A): Pastoor Vechel aan een sterfbed.
Kleine en groote koperen kroon (± 1700), de laatste volgens overlevering afkomstig uit de St. Bavo te Haarlem.
Acht zilveren kandelaars (twee XVII B, twee ± 1688, vier Lodewijk XVI).
Twee koperen wandluchters (XVIII a).
Gouden sluitklampjes, Lodewijk XV, aan een boekband.
Opmerkelijke gevels, de meeste geschonden, hebben de huizen, genummerd: 35, 38, 44, 55 en 82 (alle XVII), de