Voorloopige lijst der Nederlandsche monumenten van geschiedenis en kunst. Deel VI. De provincie Zeeland
(1922)– [serie] Voorloopige lijst der Nederlandsche monumenten van geschiedenis en kunst– Auteursrecht onbekendc. Schamppalen.Stoofstraat (XVI fragment); Opril A 16 (XVI B); Nieuwstraat D 165 (XVII B) en Singelstraat (XVII B). | |||||||||||||||||
d. Openbare gebouwen.1. stadhuis. Van het oorspronkelijk gebouw (XV A), door brand beschadigd in 1665 en grootendeels vernieuwd in 1771-1775, staat nog de rechter hoektoren en een deel der muren van den linker zijgevel. Baksteenen gebouw, bestaande uit een vier vensters breed middenstuk geflankeerd door twee hoektorens. Middenstuk (1771-1775), gelijkvloerswaag, later hoofdwacht, met vier poortdeuren met hardsteenen omlijsting en rococo kuifversiering, waarboven een vlak gemetselde gevel van twee verdiepingen, bekroond door een kroonlijst met consoles, waar- | |||||||||||||||||
[pagina 39]
| |||||||||||||||||
boven een houten balustrade met in het midden een groot wapen van Goes, geflankeerd door beelden van Waarheid en Gerechtigheid. De hoektorens hebben gelijke deuromlijstingen als in den middenbouw; in den linker toren een gedichte doorgang, waarin versiering in hardsteen. De linker toren, waarvan de verdiepingen gelijk zijn verdeeld als het middenstuk, eindigt in een lagen vierkanten koepel, waarboven een achtkant open koepeltje met bal. De rechter toren is opgetrokken van groote baksteen met zandsteenen banden, in vier geledingen met twee nissen met gothisch maaswerk in de derde geleding. De vierde is later in baksteen hooger opgetrokken (1771-1775) en wordt bekroond door eene balustrade. Boven de vierde geleding een achtkante koepel met acht ramen, waarboven een open achtkant koepeltje voor de klokken. Ingangspoort in den rechter toren (1771-1775) als in het middenstuk, met gesneden deuren, op een hardsteenen bordes met twee leeuwen (1771-1775). Zijgevel in de Lange Kerkstraat (XV) van baksteen met hoekblokken en waterlijsten en banden gelijkvloers over de eerste verdieping (gemoderniseerd) en hierbij aansluitende gevel van de vleeschhal met een geprofileerde poort en een zijpoortje van den ouden bouw. Boven dit laatste: voetstuk van een beeld. Zijgevel aan de Korte Kerkstraat over de breedte van den toren met banden en hoekblokken en vleeschhal met deuromlijstingen als in den voorgevel. Inwendig: Raadzaal (± 1773, gerestaureerd 1883) met gesneden deuren, schoorsteen met grauwtje door Geeraerts (1773), twee deurbekroningen alsvoren. Stuc plafond. IJzeren hek voor het publiek (alles ± 1773). Gang met stucdeuren, lantaarn (1773) en ijzeren hek aan de trap. In de torenkamer balkneuten (XV) en gothische deur met ijzeren beslag. | |||||||||||||||||
[pagina 40]
| |||||||||||||||||
In de raadzaal: schutterstukken van C.W. Eversdijck en W. Eversdijck (1616, 1629 en XVII a) en verschillende kaarten o.a. van Zuid-Beveland (1632). Vier fauteuils en 15 stoelen (XVIII c/d) IJzeren haardplaat (XVII). In de burgemeesterskamer schilderijtjes van de oude poorten (± 1800). Tafelbel door Michael Burgerhuys (1631). Twee koperen kandelaars (XVII d). Vuurscherm met gobelin (XVIIb). Portret van dijkgraaf Planck (1636 aet. 73). Zilveren bodeteeken (XVIII). Op zolder: gothische kist (XV A, fragment). Twee fauteuils afkomstig van de Waalsche kerk (XVII B). Kamferkisten (XVIII). In de traphal looden lantaarn (midden XVIII).
Oudheden, zie Museum (h).
Twee klokken, een in 1484 gegoten door Sijmon Waghevens te Mechelen en een in 1746 door Georgius du Mery, met wapens van Van Borssele en Goes. Een eiken aanrechttafel (1621) met de wapens van Zeeland en Goes, is in 1877 verkocht.
2. Brugwachtershuis. J.A. van der Goeskade B 167 (XVII a). In 1915-1916 gerestaureerd door F.C.G. Rothuizen. Baksteenen gevel, pilastertype met vier uitgemetselde pilasters met zandsteenen phantasie-Ionische kapiteelen en geprofileerde basementen, zandsteenen borstwering en zandsteenen bekroningen met doorbroken fronton boven de vensters der grondverdieping. Kroonlijst met houten consoles. Zandsteenen deurpoort met maskaron als sluitsteen van den boog en hierboven een beeldnis. Hieronder: ‘Hoope’. Boven de nis een gekoppeld vensterkozijn. Hardsteenen stoep.
3. Oud Vischhuisje. Kleine Kade B 191, thans particuliere woning (midden XVII). Baksteenen gevel, pilastertype (gepleisterd), met hardsteenen basementen aan de pilasters. | |||||||||||||||||
[pagina 41]
| |||||||||||||||||
Koepeltorentje met klok en windwijzer met bal en scheepje (1624).
4. Vischmarkt. Achtkant huisje van baksteen met koepeldak en zandsteenen dolfijn als bekroning (midden XVII). In de zijmuren vier gebeeldhouwde gevelsteenen, cartouches met visschen (midden XVII) en deurkozijn met jaartal 1745. Gerestaureerd 1911.
5. Nieuwe Korenbeurs. Groote Markt (1838). | |||||||||||||||||
e. Kerkelijke gebouwen.1. De ned. herv. groote of st. maria magdalena kerk. In 1407 wordt eene O.L. Vrouwenkapel vermeld, tegenover het schip der tegenwoordige kerk. In 1410 wordt een aflaat gegeven voor den bouw der kerk, die 18 Juni 1423 werd ingewijd en waaruit zich de tegenwoordige kerk ontwikkelde. De kerk had een schip van 5 traveeën met kapellen en westtoren (1410-1423). 11 September 1618 verbrandde het schip met den toren. Het schip werd herbouwd 1619-1621 door Marcus Antonius als architect en Jan des Molijns als beeldhouwer voor ± 200.000 gulden. De torenbrand van 24 Februari 1804 bleef beperkt. In 1578 ging de kerk aan de Hervormden over. Het ombouwen met huizen achter het koor geschiedde na 1578. De kerk is een kruiskerk en bestaat uit een schip met zijbeuken en kapellenrij (1619-1621), vijf traveeën lang, een dwarspand en een drieschepig koor (XV d) van vijf traveeën, waarvan elk schip met 5/10 sluiting; de zijschepen zijn slechts gedeeltelijk opgetrokken. Traptorens bevinden zich aan de hoeken van den westgevel, aan den Z.O.-hoek van den zuid transeptarm en aan de oostzijde van den noord transeptarm tegen de aansluiting bij het koor. Het schip (1619-1621) heeft een westgevel, opgetrokken | |||||||||||||||||
[pagina 42]
| |||||||||||||||||
van baksteen met zandsteenen banden, plint en beeren. In het midden een ingang met geprofileerden zandsteenen spitsboog, waarin twee doorgangen met segmentbogen; hierboven een groot spitsboogvenster, met middenstijl en maaswerk, horizontaal gedeeld door een waterlijst met driepas-boogfries. In den top een klein geprofileerd vensterkozijn en op den top een fragment van een kruisbloem. De ingang wordt geflankeerd door twee geprofileerde vensters tusschen zandsteenen steunbeeren. Waterlijsten zijn aangebracht ter hoogte van de zijmuren en onder het groote venster, langs de beeren doorgetrokken. Op de hoeken achtkante traptorens met achtkant koepeldak. De zijmuren hebben spitsboogvensters met maaswerk en steunbeeren tusschen de vensters; de ondermuren der zijbeuken zijn van baksteen met banden, de muren van het hooge schip, de voorzijde der beeren en het plint zijn met natuursteen bekleed (blauwe Ecausijnsche steen). De zijgevels van het dwarspand zijn boven met bergsteen bekleed evenals bij het koor. In de westhoeken tegen de zijbeuken zijn aanzetten van een kruisgewelf op hoek-colonnet met kapiteel, afkomstig van een verdwenen kapel. De frontgevels van het dwarspand zijn met natuursteen bekleed en rijk versierd (Vgl. de St. Pancras kerk te Leiden). Het gevelvlak wordt omsloten door de steunbeeren en van boven afgesloten door eene balustrade op een lijst. In dit vak is de deurnis geplaatst, waarboven een groot geprofileerd spitsboogvenster met maaswerk. Het venster is versierd en door een middenstijl gedeeld in twee helften, elk van vier vakken en horizontaal in tweeën gescheiden door een lijst met driepas-boogfries. De ingang wordt door een zwaar geprofileerden spitsboog overspannen, waarin twee korfbogen boven de doorgangen. Boven den middenstijl een beeldnis en in den spitsboog een boogfries. | |||||||||||||||||
[pagina 43]
| |||||||||||||||||
De teruggemetselde geveltop boven de waterlijst is voorzien van geprofileerde, met vrijstaand maaswerk versierde nissen. De beeren eindigen in pinakels. Het nog rijker versierde Noordfront heeft geprofileerde nissen en overhoeksche pinakels aan de steunbeeren en in den top pinakels tusschen en op het midden van de nissen. De vensteromlijsting is onder den dorpel tot den grond doorgetrokken en de stijlen van het raam zijn doorgetrokken tot op den deurboog en met maaswerk verbonden. De deurboog is aangespitst tot een aanzet van een kruisbloem, die samenvalt met den middenstijl van het venster. Van het koor is alleen het middenschip opgetrokken. De bovenmuren hiervan zijn met natuursteen bekleed en worden behalve in de sluiting gesteund door luchtbogen met hogels en zware voeting, oprijzende uit spitse zadeldakjes. De voeting eindigt in een pinakel. De ondermuren zijn van baksteen met van nissen voorziene pilasters in de penanten. Boven de steunbeeren der hooge muren en boven de pilasters der ondermuren zijn aanzetten aanwezig voor eene balustrade. Boven het kruis der kerk staat een achtkante open dakruiter (1620) met achtkante spits. Aanbouwen: Aan de oostzijde van het zuidtransept een sacristie en librye, drie traveeën breed. De zuidgevel, die bij het transeptfront aansluit, is van baksteen met zandsteenen hoekblokken en een geprofileerde spitsboognis, waarin onder elkander drie vensters met spitsboog en driepasvulling. Het bovenste venster is gedicht; het onderste heeft kruisramen met ijzeren diefijzers. Aan de noordzijde eenvoudige aanbouwen uit 1633. Tegen het koor zijn aan de zuidzijde een portaal en bergkamer aangebouwd van baksteen met steenen deurkozijn met bovenlicht en twee steenen raamkozijnen niet middendorpel. | |||||||||||||||||
[pagina 44]
| |||||||||||||||||
Inwendig: Het schip is van de zijbeuken gescheiden door spitsbogen en kolommen met dubbel bladkapiteel en achtkant basement. Aanzetten voor kruisgewelven en muurcolonetten. De verbinding tusschen de kapellenrij en het transept is dichtgemetseld. In de hooge muren vindt men spaarnissen met aanzet voor eene balustrade. Het schip is niet overwelfd. Het dwarspand is in de kruising met een steenen netgewelf overdekt, gedragen door vierdubbele kolommen. De armen, elk van vier traveeën, hebben slechts aanzetten voor gewelven, rustende op colonetten. In de bovenmuren zijn nissen als in het schip en het koor. Het dwarspand is van het koor (thans preekkerk) gescheiden door eene klassiek versierden muur (XVIII). In den oostmuur van den zuidarm is de opgang naar de librye. Koor en zijkoren zijn gescheiden door spitsbogen en kolommen met dubbelen bladrand en achtkantig basement. De vijfde travee is breeder dan de overige. De sluitingsboog van het middenkoor rust op vierdubbele gemetselde kolommen; de overige kolommen zijn van bergsteen. Het steenen stergewelf van het middenkoor rust op colonetten, die steunen op een vóór het lijstwerk van de kapiteelen der kolommen uitspringenden rand. In de sluiting rusten de ribben op een draagsteen. Onder de hooge vensters zijn spaarnissen, waarvan één met de ontworpen doch verder onuitgevoerde balustrade, welke ook in de sluiting is voltooid. De traceeringen der vensters en de sluiting zijn bij de restauratie (XX a) vernieuwd. De zijkoren zijn gedekt door steenen kruisgewelven, die rusten op de kolommen van het middenkoor en op in het zijkoor geplaatste kolommen, waarvan de tweede en vierde door recht op de as staande muren met den buitenmuur verbonden zijn en aldus kapellen vormen ter breedte van twee traveeën. De hoekpilaar van de sluiting is van baksteen opgetrokken. | |||||||||||||||||
[pagina 45]
| |||||||||||||||||
De koorsluiting is versierd met colonetten, spaarnissen en twee blindtraceeringen. In het zuider zijkoor beginnen de vensters eerst boven den daartegen geplaatsten aanbouw en zijn onder deze vensters spaarnissen aangebracht. De sacristie is overdekt met drie kruisgewelven op verspringende steunpunten. Hierboven is een op gelijke wijze overwelfd vertrek (librye of laboratorium voor de glasschilders). Het portaal (XV A) tegen de zuidzijde van het koor, heeft een kruisgewelf en op gelijke wijze overwelfde aangebouwde vertrekjes (schatkamer?). In de sacristie bevindt zich een gothische schouw (XV A) achter modern metselwerk, met vuurplaat (XVII B) en een muurkastje (XVI A). De kerk bezit: Preekstoel (1594) met trap (XVIII b) en koperen lezenaar met wapen van Canisius, gegoten door Johannes Specht te Rotterdam (1769). Doophek met twee overdekte banken (± 1594). Koperen doopbekkenhouder (± 1700). Orgel door Willem Diaken te Haarlem (1641-1643, verbeterd door J. Cool, 1711 en C.J. van Oeckelen te Breda, 1826) met door (C. of J.) Bisschop uit Dordrecht geschilderde deuren, en staande op een gesneden houten lijst met de wapens van Goes en van Borsselen. Overhuiving door eene Turksche kap (1739). Vijfvoudige bank met paneelen onder het orgel (1654). Schot tegen den westwand (XVII B). Zerken (deels tegen de muren geplaatst): gebeeldhouwde zerk met ridderfiguur op een leeuw, met wapen boven het hoofd en acht kwartierwapens (1486), gebeeldhouwde zerk met ridderfiguur en 2 × 8 wapens onder baldakijn (1516), gebeeldhouwde zerk met wapen, helm, vier kwartieren en de vier evangelisten in de hoeken (XVI A), zerken met de vier evangelisten in de hoeken (1482, 1483, 1499, 1537, met wapen van Jerusalem. en 1575) en zonder de evangelisten 1527 en 1547 (klein zerkje), | |||||||||||||||||
[pagina 46]
| |||||||||||||||||
verschillende zerken met wapens (1594-1668), waaronder met beeldwerk (1631), zerk met beeldwerk, engel, doodsemblemen en afgekapte wapens (1654), zerk van Frans Naerebout (1818, onversierd). Oudste zerk (1425, volgens Prins). Muurschilderingen zijn (XX a) ontdekt op de kolommen tusschen het midden- en het noordkoor en weder overgewit. Portretje van Ds. Blaauwbeer, predikant te Goes, 1807-1839. Vier psalmborden (midden XVIII) en een uit de Waalsche kerk (midden XVIII). Vier gegraveerde zilveren bekers (XVIII A) met wapens. Keuren: Middelburg, F en beker tusschen W.L., en vier gladde bekers (XVII d). Keur: Holland. Zilveren doopbekken, twee kannen (1837), een ovalen schaal en twee ovale borden door V.D.P. Tinnen doopbekken (± 1700), twee kannen en kleine kan (XVIII). Bijbel van Jean Diodati, gedrukt te Genève (1644) met gegraveerde hoeken, afkomstig van de Waalsche kerk. Bijbel van J. en H. Keur (1756) met koperen sloten. Carillon van 38 klokken (en één klokstoel zonder klok) gegoten door Alexius Petit in 1766, met hergietingen uit 1867, 1868, 1886 en 1913. Uurwerk, in 1624 vervaardigd door Jan Thomasz. van den Brant uit Delft, en speelwerk van Jan Claesz Backer. Eenvoudige muurbank in den dwarsbeuk (XVII). Bankkist met gothisch schotwerk (fragment XVI A) en muurkastje (XVII A), beide in de sacristie.
2. waalsche kerk zie e 1 (psalmbord en bijbel) d 2 (stoelen) en h (bekers en kan).
3. De moderne r.k. st. maria magdalena kerk bezit: Gedreven verguld zilveren kelk met drie medaillons, knop met drie figuren (XVIII d). | |||||||||||||||||
[pagina 47]
| |||||||||||||||||
Gedreven en gegraveerden verguld koperen kelkmet zeskanten geschulpten voet en zilveren cuppa (XVIIb). Twee verguld zilveren kelken (XVIII c en XVIII d). Gedreven verguld zilveren ciborie met opgelegd ornament, en voet met drie engelen (XVII c); bovenbouw en deksel (XVIII d). Keur: ster. Gedreven zilveren ampullen (1643) met gegraveerd blad. Zilveren ampullen met blad (XVIII c). Keuren: Middelburg-G-hart met twee pijlen tusschen D en I. Zilveren godslamp (XVIII d). Zes zilveren kandelaars, geslagen (XVII B). Koperen kandelaar, gedreven, met drie knoppen (XVII b). Missaal (1838) met zilveren beslag en lezenaar. Op het plat: gedreven medaillons met de H.H. Magdalena en Willebrordus (XVIII a). Keuren: lelie of zwaard met krans. Kasuifel, moderne stof met oud borduurwerk (XVI A), waarin Verrijzenis, Petrus en Paulus en hart in een doornenkrans (gerestaureerd). Twee incunabelen: Ordinarius perpetuus Trajectensis (Schoonhoven, Klooster de Hem, 1503) en Breviarium Trajectense (Leiden, 1508), en een schilderij op paneel (1625): Afneming van het Kruis, ws. copie naar Annibale Caracci, bevinden zich thans in het Bisschoppelijk museum te Haarlem. | |||||||||||||||||
f. Gebouwen van liefdadigheid, wetenschap en kunst.1. weeshuis. Zusterstraat 149 en 150. Vroeger klooster der zwarte zusters, zalen met kinderbalken en gesneden balksleutels (midden XVI). Hardsteenen poortje (XVIII A), waarboven twee beelden van weezen en hierbij in den muur ingemetseld steen met wapen van Zeeland en twee festoenen (midden XVII). Op de binnenplaats een klokstoel met bel aan den gevel (XVII). | |||||||||||||||||
[pagina 48]
| |||||||||||||||||
2. armhuis of oude mannen- en vrouwenhuis. Zusterstraat. Lange gevel van twee verdiepingen met rechte strekken waarin hoek- en sluitsteenen boven de vensters, ook aan de binnenplaats. Zandsteenen poortje (1655) met Ionische pilasters en kopje als sluitsteen van den boog. Hierboven architraaf met twee cartouches met jaartal en vier-regelig opschrift, waarboven een groot driehoekig fronton met twee wapens, geflankeerd door twee beelden (costuum XVI).
3. gasthuis. Oude Vischmarkt B 66. Oorspronkelijk St.-Agnesklooster (XV A), 1601 gasthuis, 1644 vergroot, later militair hospitaal, R.K. gasthuis in 1809 en in 1817 aan de Hervormden, herbouwd 1839. Vlakke gevel met jaarankers (1590). Binnenplein. Hardsteenen poortje (1776).
4. latijnsche school. Kreukelmarkt A 140. Zandsteenen poortje (1614) met maskaron als sluitsteen. Opschrift op den architraaf: Amanda Pallas Exitu. | |||||||||||||||||
g. Particuliere gebouwen.A. Laat-gothisch. Turfkade D 25 (XVI a). Trapgevel van bak- en natuursteen met geprofileerde togen en cordonbanden. De trappen van den top rusten op muurschalken, die op draagsteentjes geplaatst zijn en door ronde boogjes met de volgende trap verbonden zijn. Grondverdieping met geprofileerde spitsboogdeurnis met kopjes aan de punten der driepasvulling, geplaatst tusschen twee vensters met geprofileerde bogen. Verdieping met korfbogen en tweede verdieping met twee driepasbogen. Zeventien mooie ankers met bloem. Een uitgebroken zandsteenen boogvulling met wapen wordt in een pakhuis bewaard. Inwendig: balkneuten (XVII a) in de benedenvertrekken gekleurde tegels (XVII) en overwelfde kelders. | |||||||||||||||||
[pagina 49]
| |||||||||||||||||
B. Renaissance. Trapgevels, deels met halfrond fronton ter vervanging van de bovenste trap. 1. Koningstraat D 5, met jaarankers (1588). 2 en 3. Turfkade D 27 en 28, met overhoekschen toppilaster en toogvelden, D 27 met jaarankers (1591). 4. Bierkade D 2. Trapgevel (XVI d), voor en achter met geprofileerde dekstukken. Twee gevelsteenen met figuren. 5. Groote Kade D 27 en 28. Zijtrapgevels (XVI d). 6. Groote Markt C 65. Trapgevel (XVI d), top verdwenen, gepleisterd, negen ankers. 7 en 8. Korte Kerkstraat A 109 en 110. Natuursteenen trapgevel met geprofileerde dekstukken en overhoekschen toppilaster op een draagsteentje (XVI d). A 109 gerestaureerd, A 110 met geprofileerde waterlijsten. 9. Turfkade D 30. Slanke trapgevel (XVI d) alsvoren, gecement. 10. Groote Markt A 8. Natuursteenen gevel (± 1600, oorspronkelijk trapgevel) met zes staafankers met knop. 11. Groote Markt B 65. Trapgevel (± 1600) als 6. Geprofileerde waterlijsten. Zijgevel met banden en hoekblokken van natuursteen. 12. Ganzepoortstraat C 177. Dubbele gevel (1613); links tuitgevel, rechts trapgevel met twee uitgemetselde togen op draagsteentjes. In het midden van beide gevels een in de metselsteen uitgekapte versiering met jaartal. 13. St. Adriaanstraat A 62. Trapgevel (1622) met Tudorbogen. Onderpui vernieuwd. Jaarankers. 14. St. Adriaanstraat A 64. Achter-trapgevel en voorgevel (fragment) met zandsteenen hoekblokken (XVI A). Steenen kozijn met geprofileerde boven- en onderdorpel en diefijzers (XVI A). In den voorgevel een zandsteenen poortje met doorbroken fronton en bovenlicht (XVII B). Inwendig: gothische balkneuten (XVI A), kelder met tongewelf, kamer met balken | |||||||||||||||||
[pagina 50]
| |||||||||||||||||
(XVII B) en schoorsteen (XVIII A). 15. Groote Markt 9. Achtergevels: trapgevels (XVII a), een zonder toppilaster. 16. 's Heer Hendrikskinderenstraat D 47. Gevel van gele baksteen (XVII a) met bogen en raamomlijstingen in roode baksteen. Zandsteenen waterlijsten. 17. St. Jacobstraat B 45. Trapgevel (XVII a), van gele baksteen met banden en vensteromlijstingen van roode baksteen. Beneden korfbogen en op de verdieping Tudorboog, waarin twee ontlastingboogjes. Baksteenen poortje met pilasters en boog op draagsteentjes, driehoekig fronton met pilaster op den top. Tandlijst in en onder het fronton (XVII a). 18. St. Jacobstraat B 77 (XVII a) met als trapgevel opgaand dakvensterfront. 19. St. Jacobstraat B 102. Trapgevel (XVII a) met overhoekschen toppilaster op een draagsteentje. 20. Korte Vorststraat C 104. Trapgevel (XVII a) met overhoekschen toppilaster en vensterboog van geslepen steen. 21. Kreukelmarkt A 143. Trapgevel (XVII a) als 2 en 3. Houten deurkozijn met zij- en bovenlichten. 22. Lange Vorststraat C 146. Als trapgevel opgaand dakvensterfront met overhoekschen toppilaster (XVII a). 23. Bocht van Guinea B 128. Trapgevel met toogveld (XVII b). 24. Opril A 17. Tuitgevel met toogvelden en zandsteenen banden (XVII b). 25. St. Jacobstraat B 48. Trapgevel (fragment, XVII A) met Tudorbogen en korfbogen met sluit- en hoeksteenen. Zijgevel met overstek op consoles. 26. Kleine kade B 178. Trapgevel (XVII A) met geprofileerde dekstukken en toppilaster op draagsteen. 27. Lange Vorststraat C 134. Trapgevel met overhoekschen toppilaster (XVII A). | |||||||||||||||||
[pagina 51]
| |||||||||||||||||
28. Lombardstraat B 57. Trapgevel met toppilaster (XVII A). 29. Lombardstraat B 58. Trapgevel met geprofileerde dekstukken (XVII A). 30. Nieuwstraat D 209. Gevel (XVII A) met als trapgevel opgaand dakvensterfront, met geprofileerde dekstukken boven de vensters. 31. Oude Vischmarkt B 70. Trapgevel met overhoekschen toppilaster (XVII A). 32. Lange Vorststraat C 216. Rechte strekken boven de vensters. Jaarankers ((1)69.). 33. Kleine kade B 174. Tuitgevel met geprofileerde dekstukken en toppilaster (XVIII B). Eenvoudig deurkozijn.
Fragmenten.
34. Lange Vorststraat C 123 (1589). Tudorboog, waarin twee ontlastingboogjes, en rondboogfries op de verdieping. Jaarankers. 35. Korte Vorststraat C 82. Uitgemetselde geprofileerde bogen op draagsteentjes; links met druipers (± 1600). 36. Ganzepoortstraat C 175. Trapgevel (1619) met jaarankers. 37. Lange Vorststraat C 145 (XVII a) als 35. 38. Lange Vorststraat C 211. Boogfries boven een venster (XVII a). 39. Stalstraat A 422, als 34, op baksteenen draagsteentjes. De vensters zijn dichtgemetseld. 40. Vlasmarkt A 31. Cordonband en Tudorbogen (XVII a). Vijf lelieankers. 41. 's Heer Hendrikskinderenstraat D 31 (XVII b). Eerste verdieping: korfboog, waarin twee ontlastingsboogjes. Gelijkvloers: fries van drie rondboogjes boven een (verdwenen) kozijn. 42. Groote Markt C 50. Zijgevel met overstek op consoles | |||||||||||||||||
[pagina 52]
| |||||||||||||||||
(XVII A). Gevelsteen (drie papegaaien). 43. Groote Markt C. 64. Twee Tudorbogen en banden (XVII A). 44. Wijngaardstraat A 173 (1653). Waterlijst en banden door den gevel, korfbogen met sluit- en hoeksteenen (maskaron en engelenkopje als sluitsteenen). Jaarankers. Top gewijzigd.
C. Pilastertype (vgl. d 2 en 3.)
1. Groote Markt C 56 (midden-XVII). Pilasters met zandsteenen Ionische kapiteelen over de eerste verdieping. Top met drie trappen met gebeeldhouwde zandsteenen vleugelstukken en segmentvormig fronton. In den top een zandsteenen schulp. Onderpui gewijzigd. 2. Kreukelmarkt A 136 (midden-XVII). Gemetselde pilasters met zandsteenen basementen over de benedenverdieping.
D. Lodewijkgevels met kroonlijst op consoles.
1. Wijngaardstraat A 201. Dubbel heerenhuis (± 1740) met versierde houten middentravee. 2. Groote Markt A 3 (hotel de Korenbeurs). Dubbel heerenhuis (midden-XVIII) met hardsteenen gevel, iets vooruitspringend middenstuk met deuromlijsting, versierde middentravee en gebeeldhouwde versiering Lod. XV. Onder en boven de vensters deuromlijsting en gebeeldhouwd kalf. Inwendig: Stucwerk in de gang en in twee voorkamers. Gebeeldhouwde schoorsteenmantel in de linker achterkamer. 3. Opril A 17. Kroonlijst met jaartal (1754). 4. Nieuwstraat D 218. Met deuromlijsting en versierde deurtravee (XVIII c). 5. Kleine Kade B 193 (XVIII c). Voorgevel met vooruitspringend middenstuk met deuromlijsting en versierde midden- | |||||||||||||||||
[pagina 53]
| |||||||||||||||||
travee. Vensters met versierden spiegelboog. Stoephek. Zijgevel (XVI) met banden en hoekblokken van zandsteen. Inwendig: In de voorkamer rechts een schoorsteen met schoorsteenstuk door J. Vonk (1765), deurbekroning met modern stuk, achterkamer, waarin schoorsteen met schilderstuk van J.B. van Reede (1766), voorkamer links met schoorsteen met spiegeltje en damtafeltje (XVIII c) en achterkamer met schoorsteen met schoorsteenstuk van L.F. Aems of Lems (XVIII c). 6. 's Heer Hendrikskinderenstraat 87 (XVIII b). Met deuromlijsting en travee (XVIII d). Geen kroonlijst. 7. Wijngaardstraat A 189/190 (XVIII d).
Details van buitenarchitectuur.
A. Poortjes (vgl. f. 1, 2, 3, 4 en g. B. 14 en 16).
B. Deuromlijstingen.
| |||||||||||||||||
[pagina 54]
| |||||||||||||||||
C. Gevelsteenen (zie g, B. 4 en 42).
D. Ankers.
Jaarankers in de gevels: 's Heer Hendrikskinderenstraat D 41/42 ((15)89), Lange Vorststraat C 123 (1589), Lange Kerkstraat C 11 (1591), Korte Vorststraat C 100 (1591, geplaatst als 1519), Ganzepoortstraat C 175 ((16) 19), Rijfelstraat A 40 (1623) Ganzepoortstraat C 173 ((16)3.) en C 172 (1662), Lange Nieuwstraat B 93 (1660), achter 's Heer Hendrikskinderenstraat (1661), Keizerstraat D 19 (1664), Oude Vischmarkt C 257 (16..), Lange Vorststraat C 216 (1)69.); sierankers: Groote Markt C 65 (XVI d), Adriaanstraat A 61 (XVII).
E. Stoephekken.
Groote Markt 58 en 63 (XVIII B).
F. Stoeppalen.
's Heer Hendrikskinderenstraat hoek Smallegangsbuurt, Korte Kerkstraat A 115, Kreukelmarkt C 156, Lange Vorst- | |||||||||||||||||
[pagina 55]
| |||||||||||||||||
straat, Nieuwstraat D 135 (afwijkend type) en 245 (alle XVII A). Weststraat: Boerderij Goessche polder, inrijpalen (1775).
Binnenarchitectuur (zie ook B. 14, D. 2 en 4).
Groote Markt. Postkantoor, gothische trapstijl met beeld (XVIa) en huismerk (waaronder: 1600), en deur (XVIa) overgebracht uit het vroeger ter plaatse staande kloostergebouw. Slot oostende, 1747 hospitaal, later herberg, kelder (XIV) met kruisgewelven van drie traveeën met kolommen, zaal met sleutelstukken (XVII A). Buiten Goes: Albertine hoeve aan den straatweg naar Bergen-op-Zoom, jaarankers (1753) en windwijzer met gesmeeden voet. 't Hof Welgelegen A 30 aan den weg naar Abtskerke. Jaarankers (1674) en eenvoudige deuromlijsting met kalf (XVIII d). | |||||||||||||||||
h. Musea.Het Stedelijk museum in het Raadhuis (catalogus c. 1868) bevat o.a: Plaatselijke oudheden en bouwfragmenten. Zilveren zegelstempels (XV en XVI), gewichten (waaronder gothische), bodeteeken. Zilveren gilde-schilden der apothekers (1667), bakkers, brandewijnverkoopers, kleermakers, schippers, schoenmakers (1737), en smeden. Twee zilveren bekers, afkomstig van de Waalsche kerk (XVII c), keuren: Middelburg-I- en Joly. Kannetje met zilver beslag (XVII c), keuren: Middelburg-L. Missaal in gestempeld leeren band (XVI a) en missaal (XVI a). Vaandels. Wapenschild (ruit) van W.Jz. Codrie, 1616, afkomstig uit de Ned. Herv. Kerk. Bedstede XVII a. Koperen kroontje, acht-lichts (XVII d). Diverse stoelen (midden XVIII) en knipsel (1726) door Otto van Voorst. |
|