Volks-liedjens, uitgegeeven door de Maatschappij tot Nut van 't Algemeen (5 delen)(1789-1807)–Anoniem Volks-liedjens van het Nut– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 22] [p. 22] De Minnaar. Wijze: Je ne suis qu'une bergere, etc. OF Vrijheid, blijheid, lust van 't leven, enz. Richard moog' zijn Fielis eeren Om heur' staat en hoog geslacht; Frans zijn Magdalon waardeeren Om heur rijkdom, zwier en pragt; Lukas roem' zijn schoon Katrijntjen Als de uitmuntendste aartsgodin; Leönard zijn lief Francijntjen Om heur lustjens tot de min. Boven Magdalon, Katrina, Fielis en Francijn, - hoe schoon, Rijk of edel, - spant Kristina, Als mijn waardste schat, de kroon: Zij alleen is de uitverkooren, Die mijn hart en zinnen streelt, Schoon niet rijk, niet hooggebooren, Noch 't volmaakste schoonheids beeld. [pagina 23] [p. 23] 'k Min ze om heur gezonde leden, Om heur gul en zoet gelaat, Om heur hupsche en kuische zeden, Om heur rein en net gewaad, Om heur trouw aan de eêlste pligten, Om heur heusche vriendlijkheid, Om heur vlijtig werksverrigten, Om heur schrander huisbeleid. Zou ik al heur deugden noemen, Waar bleef 't einde van mijn lied? 'k Zwijg, verrukt! - daar elk zal roemen, Die haar kent, haar hoort en ziet. Vrienden, buuren en gespeelen, Rijk of arm, getuigt voor mij, Hoe ze in aller gunst mag deelen, Welk een lof ze U waardig zij! J.D. Vorige Volgende