Volks-liedjens, uitgegeeven door de Maatschappij tot Nut van 't Algemeen (5 delen)(1789-1807)–Anoniem Volks-liedjens van het Nut– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 7] [p. 7] Morgenlied. Wijze: Wat is ons al vreugd gegeeven, enz. Welk een vreugde schenkt het leven, Aan een ziel van zorg ontheeven, Die in 't lieflijk morgenüur, Voelt het schoone der Natuur. 'k Zie de zon der kimme ontwijken, En met nieuwen luister prijken, Daar de donkre schaduw zwicht, Voor heur helder morgen licht. Bosschen, boomen, bloemen, knoppen, Sterk bedaauwd door vrugtbre droppen, Op den berg, en in het dal, Glinstren, als het schoonst kristal. 't Vooglenchoor doet, door zijn zangen, Mij het zoetst gevoel erlangen, Daar mijn ziel in de eenzaamheid, Hemelvreugd zich vindt bereid. [pagina 8] [p. 8] Beekjens vol van 't zuiverst water, Geeven door heur zagt geklater, Kalmte aan ons gevoelig hart, Door geen' tegenspoed benard. 'k Zie den Bouwman vrolijk ploegen, Op zijn aanschijn blinkt genoegen; Wijl zijn hart geen zorg gevoelt, Nimmer schijngeluk bedoelt. Ja, Natuur! dit zielsverrukken, Doet mij vrede olijven plukken, Schenk mij vaak dit heilgenot; Gij verheft mijn' geest tot God. Eeuwige oorsprong aller dingen, Zegen mijn bespiegelingen! Op dat ik, steeds meer en meer, Leeve en werk' ter uwer eer! J.V.W. Jr. Vorige Volgende