Volks-liedjens, uitgegeeven door de Maatschappij tot Nut van 't Algemeen (5 delen)(1789-1807)–Anoniem Volks-liedjens van het Nut– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 35] [p. 35] Vriendschap. Wijze: In een boomgaard Colinette. Lieve vriendschap, troost van 't leven, Wellust van 't gevoelig hart! 'k Zing, door dankbaarheid gedreeven, Hoe gij mij verkwikt in smart. Gij, gij kunt genoegen geeven, Dat de zwaarste rampen tart. Treft mij ziekte, smart of lijden, Of der trotschen bittre haat. Als ik moet met armoê strijden, Als mij alles tegen gaat; ô Hoe kan mij dan verblijden, Vriendentroost, en trouwe raad. [pagina 36] [p. 36] Ben ik eens van 't spoor geweeken, Heb ik somtijds iets misdaên. Toont mijn vriend mij die gebreken, Ongeveinsd met zagtheid aan; 'k Voel mijn' lust op nieuw ontsteken Om op 't pad der deugd te gaan. Zo 't mij somtijds mag gelukken, Dat ik rust of vreugd geniet. Mag ik eens een roosjen plukken, Onder doornen van verdriet; Nooit zou 't zo mijn hart verrukken, Deelde ik 't met mijn vrienden niet. Lieve vriendschap! vreugd van 't leven! Blijf mij bij tot aan het graf! Gij kunt mij genoegens geeven Die de Rijdom nimmer gaf, Voer mij veilig door dit leven; 'k Leg het dan eens vrolijk af. Ma.V.H. Vorige Volgende