Volks-liedjens, uitgegeeven door de Maatschappij tot Nut van 't Algemeen (5 delen)(1789-1807)–Anoniem Volks-liedjens van het Nut– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 27] [p. 27] ZANG na het EETEN. Ps: 33. Geen vader mint zijn kroost zo teder, Als gij, o God! uw kindren mint. Wij smaakten uwe goedheid weder; Ei, hoor het danklied van uw kind. Daar duizenden in armoê leeven, Beroofd van daaglijks onderhoud, Hebt ge ons het daaglijks brood gegeeven. Ons met een gunstig oog aanschouwd. Wij zijn uw tedre liefde onwaardig. De zonde kleeft te sterk ons aan. Maak ons bekwaam, geschikt en vaardig, Om 't spoor der godvrucht op te gaan; Zo zien we ons door uw liefde spooren Tot d'aanhef van uw eer en lof, Tot ge ons, bij aller englen chooren, Schenkt eeuwig juich- en dankens stof. D.B. Vorige Volgende