Spel en ernst
Neem de openbare ruimte. Wie per trein de grens oversteekt, kan tussen Essen en Roosendaal bijna op de meter precies de plek aanwijzen waar je Nederland binnenkomt. Zolang je in Vlaanderen bent, oogt het landschap licht chaotisch, soms charmant, vaak nonchalant, een enkele keer groezelig. Van ruimtelijke ordening kun je pas spreken in Nederland. Vlaanderen beheerde tot enkele decennia geleden de openbare ruimte zoals je er pietjesbak speelt: je gooit de dobbelstenen en ziet wel waar ze landen. Roosendaal is de plek waar het spel eindigt en de ernst begint: het Vlaamse patchwork van akkers en weiden verandert plots in maximale percelen, bedacht aan een denktafel en goedgekeurd door strenge commissies. Je wordt getroffen door die helderheid en God helpt nog een handje met die hoge luchten. Je vindt die helderheid ook terug in Nederlandse reclames, in de duidelijke belettering op vrachtwagens, in de huisnummers met zo klare lijn dat het wel lijkt alsof Hergé er de klus klaarde.
Het kan mijn rommelige Vlaamse ziel zijn, maar die drang om te ordenen ervaar ik als heel Nederlands. Tien jaar geleden, ik stap argeloos een coupé binnen en even later gaat mijn gsm. Ik antwoord, maar omdat ik een hekel heb aan treinconversaties die iedereen kan meevolgen, spreek ik stil, naar het raam gericht en met mijn hand over het toestel heen geslagen. Plots tikt een conducteur op mijn schouder: ‘Aan uw toon is het niet te horen, mijnheer, maar dit is een stiltecoupé’. Ik had ooit wel gehoord dat zulks bestond, maar dan meer zoals je artikels leest over de Yeti, Eldorado of reuzenpompoenen. Achteraf bekeken is er ook niets tegen en als je er in zit, moet je maar stil wezen, maar een beetje buitenlander die opgegroeid is zonder Statenbijbel, verbaast zich en schrikt. Ik was ook niet de enige, want nauwelijks was de conducteur verdwenen, of de telefoon van een Franse overbuur rinkelde, die geheel naar de trant van zijn land, drie woorden gebruikte waar wij volstaan met één, en met luide stem antwoordde, alsof hij Molière voordroeg in het Palais des Papes. Ik kan niet ontkennen dat het me ergerde, maar dat ik toch stilletjes supporterde voor deze nutteloze rebel. En ik bedacht: Nederland is een land van auditieve duidelijkheid, van visuele helderheid, waarbij ons Vlaams gefriemel zich verhoudt als gezandstraald glas tegenover kristal.