[nummer 264]
Luc van den Brande / Minister-President van de Vlaamse regering
Woord vooraf
De onderwerpen die in dit interessante themanummer aan bod komen, met name taal, kunst en cultuur in het algemeen, zijn onderwerpen die ook voor Vlaanderen relevant zijn in het ondersteunen en herkenbaar maken van de eigen identiteit.
In Suriname is er sprake van een eenheid in verscheidenheid. De Surinamer leeft als gevolg van zijn geschiedenis in een multiculturele en multi-etnische samenleving, met een grote diversiteit in religie en talen. Toch wordt het sociale leven er door twee talen beheerst: het Nederlands, de officiële taal en het Sranantongo, de lingua franca.
Zeer vele Surinamers spreken beide talen over de verschillende groepstalen heen. Uit de in dit themanummer verzamelde teksten blijkt duidelijk de interesse van Suriname voor het Nederlands.
De Surinamers hebben het Nederlands op een unieke wijze aan hun communicatieve behoeften aangepast, zij hebben het ‘gesurinamiseerd’.
Of zoals een van de auteurs stelt: ‘Het is moeilijk een volk te blijven met een eigen “gezicht”, dat door andere volkeren als zodanig wordt erkend, als men zijn taal, ook al is die geautochtoniseerd, opgeeft voor een vreemde taal.’
De taalverbondenheid via het Nederlands met Vlaanderen is dan ook een niet te miskennen feit waar terecht de nodige aandacht wordt aan gegeven.
In de beleidsbrief ‘Vlaanderen Internationaal 1995-1999’ die ik aan het Vlaams Parlement voorlegde, hield ik eveneens een pleidooi voor een doordacht concentratiebeleid, om met per definitie beperkte middelen een maximaal buitenlands beleid door te voeren.
In haar resolutie van 10 juli 1991 vroeg het Vlaams Parlement prioriteit voor de samenwerking met de landen die tot onze taalgemeenschap behoren; meer bepaald wat de geografische concentratie van de culturele akkoorden betreft. Voor het Amerikaans continent gaat het concreet om de Nederlandse Antillen en Suriname. Het Vlaams Parlement verbond hier vanzelfsprekend als de voorwaarde aan dat de grondregels van de democratie en de mensenrechten worden gerespecteerd. Hieraan moeten twee modaliteiten worden toegevoegd: respect voor de meertaligheid van de betrokken landen en inschakeling van de Nederlandse Taalunie waar mogelijk. Onder deze voorwaarden moet onderzocht worden of en hoe Vlaanderen specifieke initiatieven t.o.v. deze landen kan ontwikkelen.
In 1997 wordt de vernieuwing van het samenwerkingsprogramma in het kader van het cultureel akkoord tussen Vlaanderen en Suriname in het vooruitzicht gesteld.
Het spreekt voor zich dat alleen ingespeeld zal worden op de reële behoeften en noden die vanuit Suriname gesignaleerd worden en dat alleen die initiatieven zullen ondersteund worden waarvan blijkt dat zij ten goede komen aan de democratische krachten in dit mooie multiculturele land in Zuid-Amerika aan de Atlantische Oceaan en in het uitgestrekte Amazonegebied, waar het Nederlands de officiële taal is.