| |
Uit het leven van kunsten en letteren
Gelieve uw berichten voor deze rubriek te sturen aan het Redactiesecretariaat van het tijdschrift ‘Vlaanderen’, ‘Ter Hoogserleie’, Hondstraat 6 - 8700 Tielt.
Om in aanmerking te komen voor publikatie in het volgend nummer (242: sept.-okt. 1992) moeten de berichten ons bereiken voor 15 augustus 1992. Met dank voor uw medewerking.
| |
• Aalst
Nog tot 20/9 kan men de tentoonstellingen ‘Paper, Beeld en Basis’ bezoeken die plaats vinden in het Belfort, het C.C. ‘De Werf’ en het Stedelijk Museum ‘Oud-Hospitaal’. Toegankelijk van dinsdag tot zondag van 14-17 uur en op woensdag van 14 tot 19 uur. Er is werk te zien van Baikas, Bracke, Braeckman, Brus, Buisman, Buraglio, Cucchi, Darboven, Denmark, Droese, Fabre, Huber, Klingelhöller, Levine, Mach, Messager, Plensa, Raveel, Salaj, Schoonhoven, Stumpf, Van der Kraan, Van Severen, Virnich, Visser, Voss en West. Een historisch luik toont het ontstaan en gebruik van papier verbonden aan de figuur van de Aalstenaar Dirk Martens (1446-1534), humanist en eerste drukker in de Nederlanden. Het actuele luik wil een internationaal overzicht bieden van het gebruik van papier in de hedendaagse kunst, met de klemtoon op Europa. Info: 053/73 21 11.
| |
• Alden Biesen
Van 12/9 tot en met 13/12 organiseert de Landcommanderij Alden Biesen een kunsthistorische tentoonstelling onder de titel ‘Ridders en Priesters’, waarin men een beeld wil geven van de historische, religieuze, politieke en artistieke invloed van acht eeuwen Duitse Orde in Noordwest-Europa. Info: Alden Biesen, Kasteelstraat 6, 3740 Bilzen-Rijkhoven, tel. 011/41 39 13.
| |
• Altea (Sp)
De uitgeverij Point (Poëzie Internationaal) heeft voor de lopende jaargang nog ruimte voor goede, origineel in het Nederlands geschreven poëzie en voor vertalingen van hedendaagse buitenlandse poëzie. Manuscripten ter beoordeling sturen aan Germain Droogenbroodt, Apdo. 119, E-03590 Altea, Spanje.
| |
• Antwerpen
Met drie produkties garandeert het Koninklijk Ballet van Vlaanderen de liefhebbers een gevuld en boeiend seizoen 1992-93. Onder de titel ‘Barocco’ wordt het seizoen traditiegetrouw ingezet met een gevarieerd gemengd balletprogramma, dat zijn première zal beleven in het kader van het Festival van Vlaanderen. De avond brengt twee creaties, ‘Carnaval’, een klassiek stuk van Ib Andersen, op het gelijknamige werk van Robert Schumann, en ‘Spent Passions’ van de Belgische choreograaf Danny Rosseel. Het is een modern ballet op muziek van de Australische componist Peter Sculthorpe. ‘Concerto Barocco’ van George Balanchine is een klassiek ballet in drie
| |
| |
delen, gedanst op het Concerto voor twee violen en orkest in D van Johann Sebastian Bach. Ook Peter Anastos levert zijn bijdrage, en wel met een nieuwe versie van ‘Swing Time’, een ballet-hommage aan de dansstijl van Fred Astaire en Ginger Rogers. De klankband is samengesteld uit opnamen van The Jack Hylton Orchestra. Gezien het succes van vorig seizoen wordt ook ‘Beyond Memory’ van Mauricio Wainrot, op muziek van Philip Glass, op dit programma hernomen. Telkens zal uit deze vijf choreografieën een selectie van vier balletten gebracht worden. Zoals gebruikelijk volgen de grote avondvullende balletten later op het seizoen. In maart is er de première van ‘Giselle’, een van de meest geliefde romantische balletten uit het repertoire. Het is een verhaal over liefde en jaloezie, waarvan de mystiek en schoonheid niemand onberoerd laat. Het Koninklijk Ballet van Vlaanderen brengt de originele choreografie van Jean Coralli en Jules Perrot op muziek van Adolphe Adam. Het seizoen wordt afgesloten met de herneming van Cinderella, het schitterende sprookjesballet, waarvan Peter Anastos dit seizoen een volledig nieuwe versie maakte tot groot enthousiasme van een steeds groeiend balletpubliek. Deze drie balletavonden kan men in abonnementsverband bijwonen in de Antwerpse Opera; men kan zelf de dagen keizen en bovendien kan men voor een programma opteren dat gecombineerd is met een musical. Voor abonnementen kan men zich tot 7 juli aanbieden aan de kassa van de Antwerpse Opera, Frankrijklei 3 te Antwerpen, van dinsdag tot zaterdag tussen 11 en 17.45 uur. De Musicalafdeling van het Koninklijk Ballet van Vlaanderen brengt tijdens het seizoen 1992-93 drie produkties, waaronder twee echte premières. De openingsproduktie van het seizoen wordt ‘Hello Dolly’, waarmee de musicalafdeling opnieuw een absolute topper uit het genre brengt. Dolly Levi is van alle markten
thuis en houdt zich vooral bezig met zgn. ‘social introductions’. Momenteel is zij op zoek naar huwelijkskandidaten voor de steenrijke Horace Vandergelder. Voor zichzelf heeft zij echter al uitgemaakt dat Horace haar echtgenoot zal worden. Dit zorgt voor talloze toestanden, waardoor ‘Hello Dolly’ een bruisende musical over de liefde en het leven geworden is, met ruimte voor een flinke dosis humor. De hoofdrollen worden vertolkt door Hanny Vree en Gabriël Van Landeghem. Anthony Cornish zal instaan voor de regie van deze musical, die bijna 3000 keer Broadway in vervoering bracht. De overbekende melodieën van Jerry Herman zullen binnenkort ook Vlaanderen en Nederland veroveren. In januari staat met ‘Hollywood by Night’ een nieuwe première op stapel. Het is een splinternieuwe musical-revue, die een gevarieerde terugblik biedt op de grootste verfilmde musicals uit de Hollywoodgeschiedenis. Onvergetelijke hoogtepunten uit monumenten als ‘Singing in the Rain’, ‘Mary Poppins’, ‘The Wizard of Oz’, ‘The King and I’, ‘A Star is Born’, ‘42nd Street’ e.v.a. worden gebracht door vijf solisten en drie danseressen, begeleid door het concerttrio CD-Live. Ter afronding van het seizoen kan natuurlijk niemand om ‘Anatevka’ heen, het absolute hoogtepunt van vorig jaar. Wie Nolle Versyp en Co. nog niet heeft kunnen zien, krijgt halverwege 1993 een nieuwe kans. Deze produkties kunnen bekeken worden in abonnementsverband, zowel in Antwerpen als in Gent. Voor Gentse abonnementen kan men terecht in het Kunstencentrum Vooruit, St.-Pietersnieuwstraat 23, Gent, van 3 tot 28 augustus (maandag tot vrijdag van 10 tot 18 uur, zaterdag van 16 tot 18 uur).
- Uit eigen verzameling ‘portretfotografie’ stelt het Prov. Museum voor Fotografie, Waalse Kaai 47, 2000 Antwerpen, van 26/6 tot en met 27/9 de tentoonstelling ‘Ogenblikken’ te kijk en dit in het raam van de 4de Zomer van de Fotografie. Dagelijks (behalve maandag) open van 10 tot 17 uur. Hierbij aansluitend verwijzen we naar de tentoonstelling ‘Iemand, niemand en honderdduizend-Het Portret in vraag’, die van 27/7 tot en met 13/9 plaats vindt in het ICC, Meir 50, 2000 Antwerpen. De titel van deze tentoonstelling werd ontleend aan een roman van Luigi Pirandello waaruit volgend citaat: ‘...In uw werkelijkheid, en die is niet van een ander, en ook niet die van een tweede of een derde. Bestaat er dan één enkele werkelijkheid, één voor ons allemaal? Maar we hebben toch gezien dat er niet eens één enkele werkelijkheid bestaat voor ieder van ons, omdat ook onze eigen werkelijkheid in onszelf voortdurend verandert! Dus?...’ Rond die thematiek van vervreemding, ontbinding van de persoonlijkheid, relatie tussen beeld en afgebeelde werden een aantal kunstenaars samengebracht, die een aantal ‘fixaties’ van een aantal ‘werkelijkheden’ tonen. De expositie bevat werk van Nancy Burson, Dirk Braeckmand, Craigie Horsfield, Patrick Faigenbaum, Bethina Rheims, Suzanne Lafont, Roland Fisher, Barbara Kruger, Rudolf Schafer, Ria Pacquee, Cindy Sherman, Florent Vermeiren, Thomas Ruff en Stephen Sack. De catalogus vormt een coproduktie samen met het Provinciaal Museum voor Fotografie en het MUHKA.
- ‘Maatschappij op partituur’ is de titel van een tentoonstelling georganiseerd door het Provinciebestuur over de blaasmuziek in de provincie. Er wordt tevens een boek aan dat onderwerp gewijd. Het provinciebestuur van Antwerpen heeft zich altijd erg nauw betrokken gevoeld bij de wereld van de harmonies, fanfares en brassbands. Sinds 1948 worden provinciale subsidies toegekend aan erkende muziekverenigingen. De verenigingen worden ook onrechtstreeks gesubsidieerd, in de vorm van premies, voor hun deelname aan de provinciale muziektornooien. De bestendige deputatie van de provincie Antwerpen besliste in oktober 1988 een algemeen wetenschappelijk onderzoek te starten naar de geschiedenis en eigenheid van de blaasmuziek. Hiertoe werden een musicologe en een historica aangeworven. Aan de gemeentebesturen werd een overzicht gevraagd van de bestaande en ontbonden maatschappijen. Via een enquête werd bij die verenigingen ondermeer gepeild naar de activiteiten, de bezetting, het repertoire, de archivalia en het iconografisch materiaal. Op basis van al deze gegevens werd doorgedreven onderzoek verricht naar de weinig gekende geschiedenis van de blaasmuziek in de provincie Antwerpen. De studie omvat drie delen: een eerste luik geeft een historische beschouwing over het fenomeen gedurende de twee eeuwen van haar bestaan. Het tweede deel behandelt het musicologisch aspect. Tenslotte volgt een inventaris van de harmonies, fanfares en brassbands die ooit bestaan hebben of nu nog bestaan in de provincie Antwerpen. Uit het studiewerk van de twee auteurs blijkt dat de eerste muziekmaatschappijen rond 1770 werden opgericht in de zuidwestelijke uithoek van de provincie, namelijk in Reet, Sint-Amands, Puurs en Boom. De grote bloei van harmonies en fanfares komt er na de onafhankelijkheid van België. Terwijl men in 1841 nog maar 26 muziekmaatschappijen telt, bestaan er in 1914 al 368. De Eerste Wereldoorlog betekent een tijdelijke
inzinking in de muziekwereld. Vanaf de vroege jaren twintig worden er weer nieuwe harmonies en fanfares gesticht en wordt het vooroorlogse aantal overstegen. Vanaf de Tweede Wereldoorlog daalde het aantal muziekmaatschappijen. In de jaren zeventig verdween zelfs tien procent. Toch blijft de blaasmuziek een belangrijk deel uitmaken van het maatschappelijk leven in de provincie. Anno 1992 zijn nog meer dan 6.000 mensen actief in 321 blaaskorpsen. Het boek ‘Harmonies, fanfares en brassbands in de provincie Antwerpen’ kost 795 fr. en is verkrijgbaar na bestelling bij de uitgeverij Snoeck-Ducaju & Zoon, Begijnhoflaan 464 in 9000 Gent. Terwijl het boek eerder een historischwetenschappelijke benadering biedt van het fenomeen ‘hafabra’, is de expositie ‘Maatschappij op partituur’ eerder didactisch-anekdotisch opgevat. Wie de expositie bekijkt, ontdekt in 10 stappen hoe het komt dat mensen, die in hun vrije tijd samen op een gestructureerde manier muziek willen maken, uiteindelijk terecht komen in een harmonie, fanfare of brassband. Bij elk onderdeel past een literatuurfragment en er zijn ook bibliografische keuzelijsten. Belangstellende muziekverenigingen kunnen de tentoonstelling gratis ontlenen en aanvullen met materiaal van het eigen korps. Meer informatie over boek en tentoonstelling is verkrijgbaar bij de provinciale Cultuurdienst, Kon. Elisabethlei 22 in 2018 Antwerpen. Tel. 03/240 50 11.
- Op 27/4 jl. hield de Vlaamse Museumvereniging (Secr. Plaatsnijdersstraat 2, 2000 Antwerpen, tel. 03/238 78 09) een studiedag rond het thema ‘Sponsoring in Musea’. Sponsoring is een relatief jonge financieringsvorm in het museumwezen, die deels onder druk van verminderde overheidssubsidies gestadig toeneemt. Een 50-tal leden woonden de studiedag bij. De voormiddag was voorbehouden aan sprekers uit de wereld van de sponsors (Dhr. P. Jaspaert van de Kredietbank en Mevr. S. De Smedt van de Stichting Kunstpromotie) en aan de juridische aspecten van sponsoring (Dhr. S. Van Crombrugge, Professor Fiskaal Recht aan de RUG). Jaspaert benadrukte de noodzaak van een ernstig samenwerkingsverband tussen bedrijf en culturele instelling. De sponsoring dient in beide instellingen binnen een op voorhand uitgestippeld beleid te passen. Bij voorkeur is de sponsoring substantieel, maar ze blijft aanvullend aan de essentiële taak van de overheid, die ook het initiële initiatief dient te behouden (staat, provincie, gemeente). Mevrouw De Smedt waarschuwde voor een teveel aan oneigen initiatieven. Zij noemde de VZW Kunstpromotie een belangrijk kanaal tussen de bedrijfswereld en de culturele sector. Ook speelt ze een marktordenende rol: zij kent de initiatieven van de musea en geeft advies aan bedrijven over de noden van deze sector. Kunstsponsoring is nog een jong fenomeen in België. De onafhankelijke VZW bestaat sedert 6 jaar. Professor Van Crombrugge belichtte het spanningsveld tussen beide partners. De onderneming is een organisatie met economisch doel, de culturele sector kampt met geldnood. Het geschreven contract tussen beide instellingen is een belangrijk onderdeel van de overeenkomst. Sponsoring kan geenszins de structurele verantwoordelijkheid van de overheid overnemen. Na de lunchpauze stelde Mevrouw M. Van Boven, Conservator van het Noord-Brabants Museum te 's Hertogenbosch, de vernieuwde installatie van haar museum voor.
Na de restauratiekosten van het historisch gebouwencomplex kwam de overheid geld te kort voor de inrichting van de eigen- | |
| |
lijke tentoonstellingsruimte. Op initiatief van de directie en met een concreet dossier werden diverse potentiële sponsors uit de omgeving aangezocht om elk een zaal te financieren. De respons was overweldigend, enerzijds omwille van het aantrekkelijk karakter van het project, anderzijds omwille van een concrete return naar de bedrijven toe. Het resultaat is een knap ingericht pand. Mevrouw Van der Elst, Afdelingshoofd bij de Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis te Brussel, beklemtoonde de evolutie in de financiering van deze Instelling. Sedert 5 jaar kennen de Nationale Wetenschappelijke en Culturele Instellingen een systeem van eigen beheer. De jaarlijkse dotatie van de overheid kan via een beheerscommissie autonoom besteed worden. Hierdoor kan de instelling ook eigen inkomsten verwerven. Sponsoring is sedertdien een belangrijk onderdeel geworden in de financiering van tijdelijke tentoonstellingen. Voor elk initiatief wordt een gepaste formule uitgewerkt. Het is echter essentieel dat deze tijdelijke projecten niet gaan ten koste van de vaste collecties: men moet blijven zoeken naar een structurele oplossing voor de culturele instellingen. S. Thomas, Conservator van het stadsmuseum te Tienen gaf zijn visie op het thema op een ludieke manier. ‘De kleine muis (van het plaatselijke museum) knabbelt aan de kaas’. De persoonlijke inzet van de Museumconservator, inzicht in de filosofie van de aan te spreken bedrijven, duidelijkheid van het eigen project en concrete werking zijn essentiële voorwaarden voor het welslagen van elk initiatief. Tot besluit gaf Mevrouw R. Compère, wetenschappelijk assistente bij het MUHKA, de resultaten van de eigen museumenquête rond het thema van de studiedag. Op een 200-tal verzendingen kwamen 60 antwoorden. Wervingen via sponsoring gebeuren in Vlaanderen pas
sedert het begin van de jaren '80, de meeste zelfs na 1985. De bestemming van de gelden gaat in hoofdzaak naar tijdelijke tentoonstellingen. Een kleine minderheid wordt besteed aan totaalprojecten of aan de restauratie van collectievoorwerpen. De wervingen gebeuren in hoofdzaak via de Conservator of zijn wetenschappelijke staf. Uitbesteding aan derden en prefinanciering gebeuren enkel bij zeer grote projecten. Uit alle ervaringen blijkt dat de financiering via sponsoring geen substituut kan zijn voor de verantwoordelijkheid van de overheid. Sponsoring heeft een aanvullende functie en komt in hoofdzaak ten goede aan welomlijnde en tijdelijke initiatieven.
- De educatieve dienst van het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten geeft documentatie over de museumcollecties uit onder de vorm van vouwbladen. Die geven uitleg over thema's, periodes of kunstenaars die in de verzamelingen vertegenwoordigd zijn en waarover onder deze vorm niets te vinden is in de museumcatalogi. In het totaal zijn er reeds 25 verschillende publikaties beschikbaar die tegen 50 fr per exemplaar (+ 30 fr verzendkosten) verkocht worden na storting van het passende bedrag op rek. nr. 000-0019172-63 t.n.v. K.M.S.K., Patrimonium, Plaatsnijdersstraat 2, 2000 Antwerpen. Bij bestelling reden en b/ nr. van de publikatie(s) vermelden: 1. Inleiding tot de 15de-eeuwse schilderkunst - 2. Het cliënteel van de schilder in de 14de en 15de eeuw - 3. De voorstelling van Maria in 15de-eeuwse kunst - 4. Het gelaat van Christus: van gouden kroon tot doornkroon - 5. Inleiding tot de 16de-eeuwse kunst in Antwerpen - 6. De evolutie van het artistieke beroep in de 16de eeuw - 7. Quinten Metsys - 8. Frans Floris De Vriendt - 9. De contrareformatie in Antwerpen - 10. Het Vanitasstilleven in de 17de eeuw - 11. Jacob Jordaens - 12. De Antwerpse schilderkunst in de 18de eeuw - 13. Henri De Braekeleer - 14. Rik Wouters - 15. Hoe zit een schilderij in elkaar? - 16. Wat is een museum? - 17. Een nieuw museum in de Zuiderwjk - 18. Hulde aan de arbeid - 19. Aangroei van de collectie: legaat, aankoop en mecenaat - 20. Ontstaan en groei van het museum - 21. James Ensor - 22. Frits van den Berghe, fantast of surrealist - 23. Allegorische voorstellingen - 24. Wie bepaalt de inhoud van een schilderij? - 25. Omtrent gewapende gilden en hun schilderijen.
- Van 27/6 tot en met 12/9 loopt in het Archief en Museum voor het Vlaamse Cultuurleven (AMVC), Minderbroedersstraat 22, 2000 Antwerpen een tentoonstelling over theaterfoto's van Bob Reusens. Reusens (1909-1981), aanvankelijk vooral een mode- en portretfotograaf die hoofdzakelijk studiowerk deed, begon in 1947 toneelfoto's te maken voor de Koninklijke Nederlandse Schouwburg (KNS) en de Koninklijke Vlaamse Opera (KVO) van Antwerpen. Bij de KNS blijft hij de huisfotograaf tot aan zijn dood in 1981. In de periode 1955-1976 is hij ook de vaste fotograaf van Het Theater op Zolder/Nederlands Kamertoneel, ook wanneer dit gezelschap later Antwerpen verlaat en het Groot-Limburgs Toneel wordt. Bob Reusens was gepassioneerd door theater en hij bezat de zeldzame gave in zijn foto's van toneelprodukties datgene vast te leggen, wat Karel van Deuren, samensteller van de tentoonstelling en auteur van de begeleidende publikatie, ‘de gespeelde ontroering’ noemt. Hij slaagde erin, aldus Van Deuren, de kernmomenten van het toneelgebeuren feilloos te treffen; in zijn foto's is niet alleen de ontroering geregistreerd die uit de interactie van de personages op de scène opgloeit, maar ook de eigen ontroering van het registerende subject achter de camera, de fotograaf Reusens zelf. Behalve deze toneelfoto's in strikte zin, die het levende theater proberen te vatten, toont de expositie ook ‘documentaire’ foto's (foto's van scenische opstellingen, decors, enz. die kostbare informatie opleveren voor de geschiedenis van het toneel) en portretfoto's van ‘personages’ (acteurs in een rol) en van acteurs tout court. Deze portretfoto's (Reusens' oorspronkelijke specialiteit) zijn, behalve zuiver fotografisch, ook sociaal-historisch erg interessant: ze tonen iets van de democratisering van zowel de fotografie als medium als van het imago van de acteur. Alle getoonde foto's zijn afkomstig uit de collecties van het AMVC en uit het
archief van de KNS. De tento is toegankelijk van dinsdag-zaterdag van 10 tot 17 u (gesloten op zondag/maandag). Info: 03/232 55 80. Bij de tentoonstelling schreef Karel van Deuren een essay ‘De gespeelde ontroering’.
| |
• Antwerpen / Deurne
Het provinciaal Museum voor Kunstambachten Sterckshof te Deurne heeft haar keramiek-, meubel- en zilverafdeling uitgebreid met een aantal relevante stukken. Deze aanwinsten werden geïntegreerd in de permanente collectie. De keramiekafdeling van het provinciaal Museum voor Kunstambachten Sterckshof kon dankzij een schenking van de Nationale Loterij uitgebreid worden met een aantal belangwekkende stukken waarbij vooral gestreefd werd naar een inhoudelijke illustratie van o.m. de techniek, de vormontwikkeling, het gebruik en de fabricagecentra van de voorwerpen. Zo werden een aantal kruiken in steenwerk of grés aangekocht. Van deze keramieksoort, die in de 16de en 17de eeuw gebruikt werd voor drink- en schenkgerei, werden één grote en één kleine ‘Enghalskruge’ en twee kleine drinkkruikjes aangekocht. Alle vier zijn ze afkomstig uit het Westerwald in Duitsland. Ze hebben reliëfversiering op een kobaltblauwe of mangaanpaarse achtergrond. Een vroeg 17de eeuwse imitatie van de bekende kruikjes uit ditzelfde produktiecentrum werd ook aangekocht. Doornik was in de tweede helft van de 18de eeuw de enige stad in onze gewesten met een porseleinfabricatie van enige betekenis. Van het vakmanschap waarmee het porselein uit deze stad werd gemaakt, getuigt een aangekocht servies bestaande uit een soepterrine, diepe en platte borden en schotels. Ze zijn versierd met het befaamde Doornikse motief ‘à la mouche’. Uit dezelfde porseleinmanufactuur komen ook drie messen met een polychroom heft. Vooral in de eerste helft van de 19de eeuw kende ook Brussel een aantal belangrijke porseleinmanufacturen. De prachtige classicistische fruitkorf op voet, de ‘surtout de table’, is een typisch voorbeeld van de produktie van de eerste porseleinfabriek van Elsene (1810-1870). Deze fruitkorf dateert uit de periode dat de directeur van deze firma, F.-Th. Faber, zich geassocieerd had
met de Parijse porseleinfabrikant C.-C. Windisch (1824-1830). De opengewerkte en gedeeltelijk vergulde korf wordt gedragen door drie uitzonderlijk, fijn geboetseerde engelenfiguren, uitgevoerd in biscuitporselein naar een ontwerp van Windisch. Uit de 20ste eeuw heeft het Sterckshof tot nog toe enkele vazen kunnen aankopen van de keramiekfabriek Boch Frères-Keramis in La Louvière. Een met bloemenpatroon versierde vaas in art déco stijl is gesigneerd ‘G. Tecqmenne 1929’. Voor diezelfde fabriek werkte ook Charles Catteau, wellicht de bekendste decorateur van Kéramis. Er werden twee vazen aangekocht met een typische gestileerde versiering die naar zijn ontwerpen werden vervaardigd. Het Sterckshof zoekt momenteel intensief verder naar interessante keramiek objecten, en hoopt in de nabije toekomst nog enkele voorwerpen in faïence aan te kopen, evenals een aantal siervazen uit de periode van rond de eeuwwisseling aan te kopen.
De belangrijkste aanwinst van 1991 is het art nouveau salon van Louis Majorelle (1859-1926), de voornaamste meubelontwerper van de ‘Ecole de Nancy’. Het ensemble bestaat uit twee stoelen, twee armstoelen, een secretaire en een tafeltje met een blad van gesigneerd inlegwerk van een achttal houtsoorten. Een welstellende autohandelaar uit Nancy kocht het salon samen met een slaapkamer omstreeks 1900-1915 bij zijn vriend en stadsgenoot Majorelle. Twee brieven van Majorelle werden teruggevonden in het secretaire die getuigen voor hun vriendschappelijke handelsrelatie. De aankoop is een voltreffer daar het salon haast in perfecte staat bewaard is gebleven. Uitzonderlijk is dat de grijsgroene fluwelen bekleding met geborduurde bloemmotieven op de stoelen nog origineel is.
Het museum kocht een zilveren koffie- en theeservies uit de art déco periode. Het geheel omvat een koffiekan, een theepot, een suikerpot en melkkannetje, en werd ca 1925-30 vervaardigd door de Brusselse zilversmid Delheid. Hij behoort, naast Wolfers tot de vooraanstaande Belgische edelsmeden. Na vergelijking met andere bekende koffie- en theeserviezen van Delheid blijkt dat dit exemplaar uitmunt door zijn kwaliteit en door de zuiverheid van de lijnen en de details. De verschillende delen zijn met de hand gemarteleerd en niet geforceerd, hetgeen laat vermoeden dat van dit model waarschijnlijk slechts één of hoogstens
| |
| |
enkele exemplaren vervaardigd werden. Info: Provinciaal Museum voor Kunstambachten Sterckshof, Hooftvunderlei 160, 2100 Deurne, Tel. 03/324 02 07 of 03/324 71 76. Het museum is dagelijks (uitgezonderd maandag) gratis toegankelijk van 10.00 tot 17.00 uur. Op aanvraag organiseert de educatieve dienst groepsbezoeken.
- Van 12/6 tot 18/10 kan men terecht in het Provinciaal Museum voor Kunstambachten Sterckshof in Deurne (Rivierenhof, Hooftvunderlei 160) voor de tentoonstelling ‘Kant uit de Belle Epoque: laatste hoogbloei van het kantwerp’. Deze tentoonstelling werd gerealiseerd door de museumstaf van het Textielmuseum Vrieselhof, maar uitzonderlijk opgebouwd in het Sterckshof. Voor alle inlichtingen: Prov. Textielmuseum Vrieselhof, Schildesteenweg 79, 2550 Oelegem, tel. 03/383 46 80 (vragen naar mevr. F. Sorber of F. De Booser). Eén van de hoogtepunten van de verzameling van het provinciaal Textielmuseum Vrieselhof is de kantcollectie Isgrig. Deze kantcollectie omvat een honderdtal schitterende kanten uit de Belle Epoque en enkele stukken uit de tweede helft van de 19de eeuw. Deze collectie wordt hier voor het éérst aan het publiek voorgesteld. Blikvanger op de expo zijn vier avondjaponnen in kant, één in duchesse, twee in zwarte zijde Chantilly en één in Venetiaanse naaldkant. Deze expo van Belgische kant, die na vele jaren weer naar huis kwam, geeft een gevarieerd beeld van de manier waarop elegante dames uit de hele Westerse wereld tussen 1870 en 1930 kant apprecieerden. Ter gelegenheid van de expo verschijnt een rijk geïllustreerde Nederlandstalige catalogus (120 pag. met een samenvatting in het Engels). De verkoopprijs bedraagt 600 fr.
| |
• Beauvoorde / Veurne / Vinkem
Dat Beauvoorde goed op weg is om het ‘poëziedorp’ van Vlaanderen te worden, wordt nog meer kracht bijgezet door de actie ‘Poëzie in het dorp’ waarbij gedichten van Lut De Block, Roland Jooris, Frans Deschoemaeker, J.W.F. Buning en Jean de la Fontaine in kalligrafisch handschrift aan ramen en deuren uitgehangen worden van 11/7 tot en met 31/10. Een begeleide wandeling ‘Op stap met de muze’ vindt plaats op 12/7, 2, 9 en 16/8, telkens van 15.30 u (vertrek: De Snuffelhoek, tweedehandsboekenboetiek, Goudenhoofdstraat 44, 8630 Beauvoorde. Deelname: 50 fr.
- Gedurende vijf avonden komen diverse dichters aan het woord tijdens het 18de Poëziefestival, telkens om 20 u in de Driekoningenschuur 13/7: Tine Ruysschaert met ‘Cocktailpoëzie’; 15/7: Anton van Wilderode met ‘Dichter J.W.F. Werumeus Buning’; 17/7: Roland Jooris met ‘In mijn landgoed van taal’; 20/7: Lut De Block en Frans Deschoemaeker: twee dichters op de praetstoel bij Frans Terrie; 22/7: Jan van den Berg met ‘De fabels van Jean de la Fontaine’, hertaald en gecommentarieerd. Genummerde toegangskaarten (tussen 200 à 280 fr of combinatiekaart à 1000 Fr) te bestellen bij Dienst Toerisme, Grote Markt, 8630 Veurne: tel. 058/31 21 54.
- In de St.-Audomaruskerk in Vinkem vindt van 11/7 tot en met 16/8 de tentoonstelling ‘Moderne Vlaamse Kunst van Ensor tot Heden’ plaats. Dagelijks van 14 tot 19 u toegankelijk en op zon- en feestdagen van 10 tot 12 en van 14 tot 19 u. Een overzicht van verschillende strekkingen en stijlen in de 19de en 20ste eeuw met werk van o.m. James Ensor, Theo Van Rysselberghe, Emile Claus, Henri De Braekeleer, Jan Stobbaerts, Pantazis, Fernand Khnopff, Jacob Smits, Rik Wouters, Valerius De Saedeleer, Gustave Van de Woestijne, George Minne, Constant Permeke, Frits Van den Berghe, Gust en Leon De Smet, Jean Brusselmans, Edgard Tytgat, Floris en Oscar Jespers, Paul Joostens, Jozef Peeters, Victor Servranckx, Felix De Boeck, Prosper De Troyer, Oscar Colbrandt, Albert Van Dyck, Hubert Malfait, Jos Verdegem, Jules De Sutter, Edward Mesens, Louis Van Lint, Marc Mendelson, Rik Slabbinck, Luc Peire, Pol Mara, Roger Raveel en Octave Landuyt. Info: Opbouwwerk IJzerstreek vzw, Secr. C. Vandoorne, Noordburgweg 71, 8630 Veurne; tel. 058/31 21 24.
| |
• Boom
Van 28/6 tot en met 10/9 vindt het kunstproject ‘Tuinen Tonen’ plaats, tentoonstelling in de tuinen van het Parochiecentrum, Dekenij en Museum (Truyaertsstraat 21), dagelijks toegankelijk van 10 tot 17 u. Info: 03/844 31 34.
| |
• Bornem
Het kasteel van Marnix van Sint Aldegonde is een merkwaardig gebouw met een rijk interieur en een vermaarde koetsenverzameling. Door de V.V.V.-Klein-Brabant-Scheldeland werd het initiatief genomen om dit kasteel open te stellen voor individuele bezoekers en wel op zondag 16/8 en 6/9. Er zijn telkens drie rondleidingen: om 10, 14 en 16 uur. Men dient echter vooraf te reserveren; V.V.V.-Infokantoor in het Museum ‘De Zilverreiger, Scheldestraat 18, 2880 Weert (tel. 03/889 06 03). Deelname in de kosten 200 fr (ter plaatse te betalen). Reeds van vroeger was de interessante koetsencollectie van de graaf te bezoeken, maar sedert enkele jaren zijn nu ook de woonvertrekken, het salon, de eetkamer, de bibliotheek, de slaapvertrekken, met hun mooi meubilair, prachtige schilderijen en allerhande kostbaar porselein te bewonderen. De rondgang onder leiding van een bekwame gids duurt ongeveer twee uur en hierbij wordt alles verteld over de geschiedenis van het kasteel en van de familie de Marnix die tot zijn verre voorzaten ook Filips Marnix van Sint Aldegonde mag rekenen. Deze bekende auteur uit de Nederlandse literatuur, die ook de tekstschrijver van het Nederlandse volkslied, het ‘Wilhelmus’ blijkt te zijn, was ook burgemeester van Antwerpen en tevens rechter arm van Willem de Zwijger. Aan hem wordt een omvangrijke tentoonstelling gewijd in het kasteel.
| |
• Breda (Ndl)
In Breda's Museum kan men van 1/7 tot en met 16/8 de tentoonstelling ‘Tijdopnames’, hedendaagse fotografie met een historische dimensie meemaken. Eveneens foto's in de tentoonstelling ‘Breda's oudste foto's’, stadsgezichten en portretten van 19de-eeuwse fotografen, van 22/8 tot en met 3/1/93. Van 12/9 tot en met 3/1/93 zijn er munten uit het verleden uit eigen collectie te zien in de tentoonstelling ‘Rond met Reliëf’. Info: Grote Markt 19.
| |
• Brugge
Op 13, 14, 17, 19, 21 en 22 augustus e.k. nodigt Brugge uit tot het wereldvermaarde Reiefeest. Het is een evenement dat start om 21 uur en tot middernacht doorlopend kan bezocht worden. Dit feest, opgevoerd langs de sprookjesachtig belichte reien (grachten) en op de Burg, is een boeiend schouwspel van afwisselende taferelen, die de toeschouwers om beurt terugvoeren naar de fascinerende Middeleeuwen, de fonkelende Bourgondische tijd, de fleurige Renaissance en de frivole Barok. Meer dan 600 deelnemers verlenen er met muziek, zang en dans hun medewerking aan. Alle taferelen worden doorlopend en onafhankelijk van elkaar opgevoerd. De toeschouwer is derhalve noch door het aanvangsuur noch door een bepaalde volgorde gebonden. Hij kan zich, via één der verschillende toegangspunten, naar om het even welk tafereel begeven. Om alles te kunnen meemaken is het evenwel aangeraden het parcours niet later dan 22 uur te betreden. Toegangsprijs: 350 BF. Groepsvermindering (+ 20 p.). Kaartenverkoop: in de Dienst voor Toerisme, Burg 11, B-8000 Brugge (tel. 050/44 86 86 - telex 81 328 ‘Tibrug’ - telefax 050/44 86 00); door overschrijving (totaal bedrag + 30 BF voor verzendingskosten) naar postrekening nr. 000-0509907-75 van hogergenoemde Dienst; door toezending van een in Belgische frank uitgeschreven internationale postwissel of Eurocheque (geen andere bankcheques a.u.b.); aan de verschillende toegangspunten, op de avonden van de voorstellingen.
- In een beperkte oplage publiceert Renaat Bosschaert de bibliofiele uitgave ‘Brugge-Brugge’, waarin naast Brugge-gedichten van Anton van Wilderode eveneens 7 houtsneden van Renaat Bosschaert opgenomen worden. Formaat 300 × 400 mm (velijn van Arches, 250 g.). Dit boek verschijnt ca. oktobernovember en men kan nog intekenen tegen de prijs van 2.700 fr bij R. Bosschaert, Sint-Annakerkstraat 6, 8000 Brugge (tel. 050/33 15 46).
- Eveneens een uitgave over Brugge van Robert De Laere die het 2e deel publiceert van ‘Brugse Kunstenaars omstreeks de eeuwwisseling.’ De inhoud vermeldt leven en werk, tentoonstellingen en bibliografie van Hendrik De Graer, Jérome De Pauw, René De Pauw, Donatien De Zeine, Leon Dieperinck, Achilles Hennion, Karel Laloo, Jacob Le Mair, Honoré Levecque, Joost Maréchal, Leo Poppe, Louis Reckelbus, Karel Simons, Frans Vandersmissen, Leo Vandersmissen, Miel Verrecas en André Vlaanderen. Het boek telt 208 blz. en meet 155 × 235 mm, is geïllustreerd met 80 zw.-w. en 16 kleurenfoto's. Verschijnt september 1992 en kost 950 fr. Bestellen bij Brugs Ommeland vzw., St.-Lucaslaan 10, 8310 Assebroek (tel. 050/35 48 24).
- Er zijn opnieuw heel wat aanwinsten in de Stedelijke Musea van Brugge te noteren. De meest belangrijke nieuwe verwervingen zijn: een drietal schilderijen uit de Brugse Sint-Salvatorskathedraal, historisch niet onbelangrijke tafel van de Zwarte Kat ten behoeve van het Museum voor Volkskunde en de Schenking Luc Peire aan het Steinmetzkabinet. Verder zijn er nog een aantal aanwinsten van uiteenlopende aard. Van de Brugse neo-klassieke kunstenaar Pieter Goddyn (1752-1811) werd uit privé-bezit een fraaie houtskooltekening aangekocht met de voorstelling van een mannelijk naakt in zittende houding. Tot dusver was er van deze weliswaar belangrijke lokale kunstenaar geen werk in de stedelijke verzamelingen aanwezig. Deze tekening zal opgenomen worden in de tekeningenverzameling van het Steinmetzkabinet. Uit het begin van dezelfde 18de eeuw kon tevens een burijngravure worden verworven van een Anonieme meester. Het betreft een voorstelling van het Gruuthusepaleis te Brugge, gedateerd 1732 en afkomstig uit het bekende ‘Flandria Illustrata’ van A. Sanderus. Dergelijke prenten met oude stadsgezichten hebben een grote documentaire waarde en hier bepaald voor de kennis van het uitzicht van het voormalig Paleis van de Heren van Gruuthuse, zeker nu in 1992 het Gruuthusemuseum en zijn voormalige bewoners volop in de belangstelling staan. Zopas schonk de Brugse familie Weissenborn een geschilderd
| |
| |
portret van Mevrouw Simone Norrée, de moeder van de schenkers. Het portret dat Mevrouw Norrée zittend in avondkledij voorstelt dagtekent van 1942 en is een werk van de Brugse kunstenares Andrée Algrain (geboren in 1905). Reeds vorig jaar werd van dezelfde kunstenares, die nog gerekend wordt tot de zogeheten Brugse school, een schilderijtje met een stadsgezicht aangekocht. Vanuit de kunsthandel werd eveneens een kleurenlitho verworven naar een tekening van Serafijn Vermote met de Brugse Onze-Lieve-Vrouwekerk als onderwerp. Deze litho werd gedrukt te Doornik bij de Dewasme. De prent is duidelijk een kopie naar de tekening van Serafijn Vermote die in het Steinmetz-kabinet wordt bewaard (inv. nr. 0.752.II) en 1818 mag worden gedateerd. Zij toont de Onze-Lieve-Vrouwekerk vanuit het zuidwesten met het Gruuthusehof. Voor meer informatie i.v.m. deze aanwinsten verwijzen we naar het tijdschrift van de Brugse musea ‘Museum bulletin’, nr. 2, 1992 (40 fr.): Dijver 12, 8000 Brugge.
| |
• Brussel
Van 2/6 tot 4/10 zullen de Koninklijke Musea voor Schone kunsten van van België zes panelen van Michiel Coxcie (± 1499-1592) naar de Lam Godstriptiek van Hubrecht en Jan Van Eyck voorstellen onder de vorm van een tentoonstelling-dossier. Het werk, dat tussen 1557 en 1559 werd uitgevoerd in de kathedraal van Gent, sierde ooit de kapel van het Koninklijk Paleis in Madrid en werd in de Napoleontische tijd door generaal Belliard terug naar Brussel gebracht; het zou in de jaren 1820 worden verdeeld over de steden Brussel, Berlijn en Munchen. De geschiedenis van deze panelen is uiterst ingewikkeld en interfereert op sommige momenten zelfs met deze van het Lam Gods zelf. De zes panelen die nu in de Koninklijke Musea worden bewaard, zouden deel uitmaken van de rijke verzameling van de Prins van Oranje tot ze in 1861 door de Belgische regering werden teruggekocht. Deze panelen zullen voor het eerst sinds hun restauratie aan het publiek worden getoond en wel in het kader van de vierhonderdste verjaardag van het overlijden van Coxcie. Ze getuigen van de blijvende aantrekkingskracht van een meesterwerk in de loop der tijden en tonen ook aan in welke mate de heersende smaak in een gegeven periode bepaalde wijzigingen ten opzichte van het originele werk heeft gedicteerd. Forum van het Museum voor Oude Kunst, 3 Regentschapsstraat, 1000 Brussel. Alle dagen, behalve op maandag, van 10 u. tot 12 u. en van 13 u. tot 17 u. Vrije toegang.
- Per besluit van 8 mei 1992 werd de Vlaamse Commissie voor de Beeldende Kunst, conform haar oprichtingsbesluit, opnieuw samengesteld. De leden die reeds aan hun tweede termijn toe waren werden vervangen door nieuwe leden en de overige leden werden voor een tweede termijn in hun functie bevestigd. Hernieuwde samenstelling: de heer Willy Van Den Bussche, Zandstraat 627 - 8000 Brugge. - Leden: - de heer Theo Claes - Siegersveldstraat 12 - 3500 Hasselt - de heer Piet Coessens - Em. Claus-laan 136 9800 Deinze - de heer Jef Cornelis - Sterstraat 20 - 2018 Antwerpen - mevrouw Leen De Backer - Anneessensstraat 13 - 1000 Brussel - de heer Marc De Cock - Nekkersberglaan 33 9000 Gent - de heer Ivan De Smaele - Gentsesteenweg 230 - 9620 Zottegem - de heer Jan De Wilde - Stationsstraat 3 - 9700 Oudenaarde - mevrouw Catherine De Zegher - Erasmuslaan 32 - 8500 Kortrijk - de heer Johan Swinnen - Klein Kruisstraat 5.a - 3910 Herk-De-Stad en de heer Johan Van Bergen - Diestsevest 71 3000 Leuven.
| |
• Gent
In het Museum voor Schone Kunsten (Citadelpark) wordt van 19/6 tot en met 30/8 de ‘Collectie De Graaff-Bachiene’ gepresenteerd; dagelijks toegankelijk (behalve op maandag) van 9.30 u tot 17 uur. De collectie van Jacob en Louise de Graaff-Bachiene ontstond omstreeks 1920. De verzamelaars woonden in Londen waar ze bevriend raakten met verscheidene Belgische kunstenaars die als vluchteling in Engeland verbleven. Hun collectie bevat belangrijke schilderijen van Belgische en Nederlandse kunstenaars als De Smet, Permeke, Tytgat, Israels en Van Dongen, naast werken van Moore, Chagall en Zadkine. Info: 091/22 17 03.
- In het Museum voor Sierkunst, Jan Breydelstraat 5, 9000 Gent, werd een nieuwe vleugel opengesteld voor het publiek. De oude museumcollecties zijn sinds de oprichting van het Museum in 1903 zorgvuldig verzameld. De verzamelingen bevatten vooral 17de- en 18de-eeuws meubilair dat opgesteld staat in de stijlvolle interieurs van het Hotel de Coninck (gebouwd in 1755). Absoluut hoogtepunt is de nog originele eetkamer, waarin de houten kroonluchter, werk van de Gentse beeldhouwer J.F. Allaert, op zijn oorspronkelijke plaats hangt. Andere interieurs zijn versierd met 18de-eeuwse wandschilderingen of zijn bekleed met zijden muurbekledingen. Voor de verlichting wordt gezorgd door meer dan twintig 18de-eeuwse kristallen luchters. Bekende figuren hebben er hun portret aan de muur hangen, zoals de Franse koning Lodewijk XVIII, van wie ook het bureau opgesteld staat tussen de fraaie collectie Franse meubels. Het Museum voor Sierkunst bezit één van de mooiste Art Nouveau collecties van het land. Zowel de uitbundige Art Nouveau met haar florale motieven en vloeiend lijnenspel als de meer constructieve richting van de 1900-stijl worden in de museumcollecties getoond. Belangrijke Belgische kunstenaars zoals Henry Van de Velde, Victor Horta, Paul Hankar, Gustave Serrurier-Bovy en Philippe Wolfers vinden er hun plaats naast buitenlandse ontwerpers: Emile Gallé, Louis Majorelle, Daum, Decorchemont, Auguste Legras, Ernest Chaplet, Auguste Delaherche, Christopher Dresser, Georg Jensen, Jan Eisenloeffel, H.P. Berlage en vele anderen. De Art Deco en de kunstbegrippen uit het Interbellum zijn vertegenwoordigd door o.a. Albert Van Huffel, Huib Hoste, Le Corbusier, Emile Lenoble, Jean Gauguin, Jean Sala, Jean Puiforcat, Gabriel Argy-Rousseau, Maurice Marinot, Claudius Linossier, Gaston Eysselinck, Emile Ruhlmann, Chris Lebeau. De collecties uit de jaren 60, 70 en 80 worden gedomineerd door enerzijds de belangrijkste Belgische ontwerpers zoals Pieter
De Bruyne en Emiel Veranneman en anderzijds de Italiaanse vormgeving die vooral met groepen als Alchimia en Memphis de meubelkunst uit haar louter functionele rol weghaalde. Het resultaat: verrassende sculpturale meubels met vrolijke heldere kleuren en grappige decoratieve elementen. Het Museum toont meubels, glas en keramiek van o.a. Alessandro Mendini, Ettore Sottsass, Michele de Lucchi, Massimo losa-Ghini, Michael Graves, Marco Zanini, Martine Bedin, Nathalie Du Pasquier, Mateo Thun. Daarnaast werk van vooraanstaande post-modernisten als Hans Hollein, Richard Meier, Aldo Rossi. Van Borek Sipek is belangrijk meubilair, glas en keramiek te zien. Van eigen bodem realisaties van juweelontwerpers Siegfried De Buck, Hendrik Byl, Bernard François, David Huycke, Sofie Lachaert, Emile Souply, Hilde Van der Heyden en Claude Wezel. Samen met regelmatig wisselende creaties van Axel Enthoven, Frans Van Praet, André Verroken, Frank De Clercq, Koenraad Dewulf, Jan Godyns, Herman Wittox, Marc Supply, Ludo Verbeke, Leo Aerts, Luc Ramael en vele andere vormgevers. Een internationale glascollectie met kunstwerken van o.m. Dana Zamenichova, Bertil Vallien, Frantisek Vizner, Yan Zorichak en Stanislav Libensky en Jaroslava Brychtova wordt wisselend gepresenteerd tussen de belangrijkste nieuwigheden uit de Belgische tapijt- en meubelstofwereld. En daar bovenop boeiende wisseltentoonstellingen over hedendaagse vormgeving van hoog internationaal niveau. Elke dag doorlopend van 9.30 u tot 17 u., behalve op maandag. Gesloten op 25, 26 dec. en 1, 2 jan. Info: Secr. Brabstraat 12, 9000 Gent; tel. 091/25 66 76.
- Het Zilveren Jubileumfeest van de Kantclub St.-Katelijne wordt o.m. gevierd met een tentoonstelling ‘Katelijne Kant Sant in Eigen Lant’ van 18/7 t/m 20/9 in het Museum voor Volkskunde, Kraanlei 65, 9000 Gent. Dagelijks open van 9.30-12.30 u en van 13.30-17.30 u. Info: 091/23 13 36.
| |
• Hasselt
De vzw Vereniging voor Culturele informatie en actueel prentenkabinet (CIAP), Zuivelmarkt 44, 3500 Hasselt (tel. 011/22 53 21) nodigt uit tot de tentoonstelling ‘Info Documenta Kassel’, en dit van 23/6 tot en met 31/7. Open van dinsdag tot vrij - dag van 14-18 u en op zaterdag tot 17 u.
| |
• Kasterlee
N.a.v. het 20-jarig bestaan van het Frans Masereel Centrum werd een kunstmap samengesteld met als titel ‘3 × 3’. Daarvoor werd de medewerking verkregen van 9 vooraanstaande Vlaamse grafici: Fred Bervoets, Franky Cane, Albert Daniëls, Enk De Kramer, Nico Lannoo, Ingrid Ledent, Veerle Rooms, Hilde Van den Heuvel en Linda Vinck. Een professionele vormgeving garandeert een zeer verzorgd resultaat. De uitgave (formaat 50 × 60), waarvan de officiële presentatie wordt voorzien rond 15/10 a.s., wordt gemaakt in een oplage van 100 exemplaren waarvan 80 exemplaren voor verkoop bestemd zijn en genummerd worden in arabische cijfers. Tot 1/9/92 bedraagt de prijs per map 20.000 fr. en nadien 25.000 fr. Bestelling kan gebeuren door overschrijving op het rek. nr. 091-2224004-17 t.n.v. Frans Masereel Centrum, Zaardendijk 20, 2460 Kasterlee. Meer info: 014/85 22 52: vragen naar Jenny Caers.
| |
• Kortrijk
Interieur 92 presenteert in de Kortrijkse Hallen van 15 tot 25/10/92 ruim 150 Europese designfirma's. De geselecteerde firma's zijn allen actief in de sector van de eigentijdse vormgeving voor de woning en brengen zowel de nieuwste trends als de avant-garde voor de woninginrichting. De Biënnale heeft in haar selectie van firma's en produkten niet alleen objectieve technische kwaliteiten of innovaties in rekening gebracht. Naast de puur vormelijke aspecten van meubelen, verlichting, woontextiel, badkamers, keukens en interieuraccessoires zijn facetten als continuïteit van de collecties, commercialisatieconcepten, publiciteit, internationaliteit, uitstraling, algemeen imago, service aan klanten e.a. bepalend voor een kwalitatieve designcultuur. Interieur is ook van mening dat de zorg voor het nieuwe en de vernieuwing op het vlak van de materiaalkeuze en de technologie belangrijk zijn. Het zijn troeven in het totaalbeeld
| |
| |
van een sterk Europees design imago. Via de selectie '92 wil ‘Interieur Kortrijk’ zich affirmeren als dé Europese designstad en als tweejaarlijkse ontmoetingsplaats voor designindustrie en -cultuur. Info: Interieur, Groeningestraat 37, B-8500 Kortrijk, tel. 32 (56) 22 95 22 - 32 (56) 22 95 44, fax 32 (56) 21 60 77.
| |
• Lennik
Onder de titel ‘Arduin’ vindt in de reeks ‘Kunst op school’ de 8ste tentoonstelling plaats in het St.-Godelieve-instituut, Schapenstraat 39, van 2/5 tot 10/10. Ook op de Markt (gemeentehuis, kerk en etalages) en in het domein Groenenberg, Groenstraat in Gaasbeek zijn er beelden tentoongesteld. In de raadzaal van het Gemeentehuis is er tevens een fototentoonstelling over arduin van Jacques Vandermosten te zien. Een catalogus met overzichtelijke informatie is voorhanden op de verschillende tentoonstellingsplaatsen.
| |
• Leuven
In een organisatie van de Afdeling Nederlandse Literatuur en Volkskunde KULeuven en de Leuvense Vereniging voor Volkskunde i.s.m. de Dienst voor Geschiedenis en Folklore van de Provincie Brabant, de Landelijke Gilden, AVEVE en ABB wordt van 7 tot en met 27/11 de tentoonstelling ‘Koekeloerehaan’ gepresenteerd in het Erasmushuis, Blijde-Inkomststraat 21. Dagelijks open van 10-12 en van 14-17 u. Weekends en op 11/11 doorlopend van 10-17 u. Toegang gratis. De gelegenheidspublikatie ‘Koekeloerehaan. De haan in de volkscultuur, literatuur en de iconografie’ kost 250 fr. Hanen zijn bijzondere dieren, die door hun statige gang, hun rijke vedertooi, hun sierlijke staart en hun scherp gekraai opvallen. Komt daar nog bij dat de haan alert, potent en ijdel is en reeds eeuwenlang kerktorens siert. Omwille van al die kwaliteiten heeft de haan een vaste plaats verworven in de cultuurgeschiedenis vanaf de Oudheid via de bijbel tot vandaag de dag. De tentoonstelling ‘Koekeloerehaan’ zal door middel van honderden voorwerpen en afbeeldingen de koning van het neerhof hulde brengen. Bijzondere aandacht gaat naar de symboliek van de haan en zijn gevarieerde aanwezigheid in de volkscultuur, nl. de spreekwoorden, raadsels, sprookjes, liederen, kinderspel, volks- en bijgeloof, volkssporten en feestcultuur. Maar ook in de volksen toegepaste kunst is zijn aanwezigheid opmerkelijk. Vandaar dat de haan te bewonderen zal zijn in allerlei vormen en materialen: keramiek, porselein, glas, kristal, tin, hout, kant, papier, zilver, enz. Ook een dozijn kerktorenhanen zullen tentoongesteld worden. ‘Koekeloerehaan’ zal een buitengewoon gamma hanen tonen zowel in de schilderkunst als in de grafiek. Ook als decoratief element van de gedekte tafel komt de haan aan zijn trekken. ‘Koekeloerehaan’ komt tot stand naar aanleiding van het tienjarig bestaan van de Leuvense Vereniging voor Volkskunde vzw. Musea, openbare
diensten en partikulieren hebben hun medewerking verleend. Ook uit de verzameling van Eerste-Minister Jean Luc Dehaene komen mooie stukken naar deze tentoonstelling, die door het thema en de zeer gevarieerde inbreng een streling voor het oog zal zijn. Info: Seminarium voor Volkskunde KULeuven, Blijde-Inkomststraat 21, 3000 Leuven (tel. 016/28 48 56).
| |
• Merendree/Nevele
Wanneer in oktober 1938 Basiel de Craene pastoor benoemd werd in Merendree bracht hij, samen met zijn verhuis uit Bachte-Maria-Leerne, waar hij sinds 1931 reeds het ambt van pastoor waarnam, ook zijn Vlaamse Poëziedagen mee. Hij was ermee van start gegaan in 1937, en had voor zijn initiatief van Graaf 't Kint de Rodebeke de beschikking gekregen over de rotonde in het park van het kasteel van Ooidonk. In Merendree hoefde hij niet meer ‘buitenshuis’ te gaan. Van de prachtige pastorie, uniek in Vlaanderen, gelegen midden in het park Gerolfswal, zal hij het gastvrije huis maken van wat de geschiedenis zal ingaan als de Vlaamse Poëzie dagen van Merendree. De oorlog werd een spelbreker, maar onmiddellijk na de Bevrijding gaat opnieuw de uitnodiging naar dichters en poëzieliefhebbers in Vlaanderen en Nederland. Tien jaar lang, en van jaar tot jaar door een groeiend aantal belangstellenden, werd op de uitnodiging van Pastoor de Craene ingegaan. Het hele dorp werd erbij betrokken. Tegen de Poëziedagen werd niet alleen de stoep geschuurd, maar werd ook de hofstede gekalkt en was de grote schoonmaak gedaan, want de beste kamer moest dienst doen om een van de deelnemende dichters en declamators te herbergen. Voor alle buitenstaanders onverwacht, op O.-H.-Hemelvaartsdag in 1956, kwam het einde. Het overlijden van Pastoor de Craene en enkele maanden later van zijn naaste medewerker Paul de Ryck betekende het einde van de Vlaamse Poëziedagen te Merendree. De comitéleden trachten het werk verder te zetten in Wemmel, in Meise, dan opnieuw in de Leiestreek te Deurle en Sint-Martens-Latem, maar sinds enkele jaren blijft alleen nog de prijsvraag over, maar de Poëziedagen zijn dood. Mogelijk had Marie Bonquet, van bij het begin de accurate secretaresse van de Poëziedagen, dat voorzien. In 1985 nam zij het initiatief tot oprichting van een v.z.w. Basiel de Craene, met als doelstelling de werken van
Pastoor de Craene verder te zetten. Vijf jaar geleden, in 1987, heeft de v.z.w. zich ingezet voor ‘vijftig jaar Vlaamse Poëziedagen’. Het werd een succes, maar daarna werd het weer stil. Ondertussen stond de pastorie te Merendree, het domein Gerolfswal, te vervallen. Maar bij koninklijk besluit van 12 april 1974 zijn pastorie en het omliggend park beschermd. Dan heeft de gemeente Nevele, waartoe Merendree behoort, zich voor de restauratie ingezet. Die restauratie is vandaag een feit, zowel voor de pastorie als voor het park en het poëzieplein. En er is meer: de burgemeester van Nevele werd voorzitter van de v.z.w. Basiel de Craene, en de pastoor secretaris. Nu zijn alle elementen aanwezig om Merendree te doen herleven, en dat is ook de bedoeling. Daarom nodigt de v.z.w. Basiel De Craene (Hammeken 13, 9850 Merendree) op 29/8 uit tot de Basiel de Craene-Poëziedag die gehouden wordt op het Poëzieplein, Gerolfswal, in Merendree. Om 10 u.: Plechtige Eucharistieviering in de St.-Radegundiskerk; 11 u.: bezoeking aan graf van priester-dichter Basiel de Craene; 12 u: wandelconcert van de Harmonie van Nevele; 12.30 u.: (mits inschrijving) middagmaal in Parochiehuis; 14.30 u.: voordracht van Johan van Mechelen over B. de Craene en de Poëziedagen; Rudolf van de Perre over ‘Poëzie in Vlaanderen. Veertig jaar later’; declamatie door Annick Callebaut, Piet Daeren, Katlijn De Naeyer, An-Sofie De Smedt en Ilse Vanhoucke in een presentatie van Maria Sesselle; hulde aan dichteres Julia Tulkens n.a.v. 90ste verjaardag. Info en inschrijving bij de v.z.w.
| |
• Oostende
Het PMMK, Romestraat 11, organiseert de tentoonstelling ‘Modernism in Painting. Tien jaar Schilderkunst in Vlaanderen’, van 28/6 tot en met 21/9. Eind de jaren '70 werd de internationale kunstscène opgeschud door de opkomst van de Duitse ‘Nieuwe Wilden’ en de Italiaanse ‘Transavantgarde’. Deze nieuwe, overwegend figuratieve schilderkunst, gekenmerkt door een exuberante picturaliteit kende ook in Vlaanderen haar gevolg. De initiële vrees dat het zuiver regionale variaties betrof op een internationaal fenomeen dat zich hoofdzakelijk in Duitsland en Italië afspeelde, werd gemilderd door te verwijzen naar de picturale traditie in Vlaanderen. De schilderkunst ontwikkelde zich in Vlaanderen tot merkwaardige hoogtepunten in de kunstgeschiedenis, gaande van de boekverluchtingen en de Vlaamse Primitieven tot Roger Raveel. ‘Modernism in Painting. Tien jaar schilderkundt in Vlaanderen’ wil een panoramisch overzicht bieden van wat Vlaanderen aan jonge schilderkunst gedurende het afgelopen decennium heeft voortgebracht. De titel ‘Modernism in Painting’ houdt een stellingname in. Vooreerst is het de overtuiging van conservator W. Van den Bussche dat de schilderkunst het hoogtepunt van de plastische creativiteit in de jaren '80 vormde. ‘Modernism’ refereert in de eerste plaats naar vernieuwing. Vernieuwing kan in sommige gevallen in het medium liggen, maar heeft meestal meer te maken met de wijze waarop een bepaald medium wordt gebruikt. Aldus is binnen een klassiek medium zoals de schilderkunst de vernieuwing perfect mogelijk. De geografische beperking tot Vlaanderen wordt vanuit de rijke picturale traditie verklaard. Kenmerkend voor de nieuwe schilderkunst uit de jaren '80 is precies het negeren van het internationalisme - dat zo typisch was voor de conceptuele kunst, en het minimalisme en de arte povera in de jaren '70 - en het herwaarderen van het
regionalisme. De ongeveer 50 schilders uit deze tentoonstelling hebben erg uiteenlopende stijlkenmerken. De enen houden het figuratief, terwijl de anderen bij het abstracte zweren. Bovendien staan de grote formaten, de brede borstelvegen, de pasteuze materie en het uitbundig coloriet van het begin van de jaren '80 tegenover de verstilde, introverte, ingetogen schilderij (tjes) vna tien jaar later. Al is dit een grove veralgemening, ze kan toch maatschappelijk worden verklaard. Deze grote groep schilders wordt in drie chronologisch opeenvolgende groepen onderverdeeld. Op een moment dat het allerminst evident leek om borstel en verf ter hand te nemen en te schilderen hebben sommigen al naam gemaakt. Figuren als F. Bervoets, R. De Keyser, K. Dierickx, Y. Theys, e.a. annonceerden een doorbraak van de schilderkunst in de jaren '80. Ze worden elk met 1 recent werk vertegenwoordigd in een ‘eresalon’. De tweede groep bestaat uit schilders die gedurende de volle jaren '80 actief waren, die niet alleen een eigen identiteit in de moderne schilderkunst in Vlaanderen hebben gevonden maar tevens de schilderkunst in Vlaanderen in de jaren '80 fundamenteel hebben beïnvloed. Elk van hen toont in het P.M.M.K. een zestal werken waaruit hun evolutie in het afgelopen decennium duidelijk moet blijken (W. Swennen, Ph. Vandenberg, M. Maet,...). Schilders als J.M. Bijtebier, P. Buggenhout, L. Tuymans, e.a. begonnen hun loopbaan halverwege de jaren '80 en hebben een veelbelovende toekomst voor zich liggen. Anderen hebben in de jaren '80 nieuwe wegen opgezocht (C. Clarysse, A. Maes,...). Tesamen vormen zij de derde groep waarvan elke vertegenwoordiger 2 tot 3 schilderijen toont. Kwalitatief gezien staat de schilderkunst in Vlaanderen op een hoog niveau. ‘Modernism in Painting’ wil de hedendaagse Vlaamse en vooral jonge schilderkunst van een
| |
| |
ruimere internationale bekendheid laten genieten. Vanuit deze optiek zal ter gelegenheid van de tentoonstelling een tweetalig boek verschijnen waarvoor conservator W. Van den Bussche en enkele vooraanstaande binnen- en buitenlandse critici een tekstbijdrage leveren (Willem Elias, Florent Minne, Bert Popelier, Achille Bonito Oliva en Hans Sizoo). De tentoonstelling is dagelijks van 10 tot 18 uur te bezoeken. Gesloten op dinsdag. Toegangsprijzen: volwassenen; 100 fr.; reductiehouders: 50 fr.; kinderen - 14 j. gratis. Geleide bezoeken (max. 25 pers.) kunnen worden aangevraagd op het tel. nr. (059) 50 81 18. Prijs: 1.000 fr. Elke dag om 14 u. start er in het museum een geleid bezoek voor individuelen. De N.M.B.S. kent van 28 juni tot 21 september promotievoorwaarden toe aan de treinreizigers die zich naar de tentoonstelling ‘Modernism in Painting’ begeven. Inlichtingen in elk station van de N.M.B.S.
| |
• Oudenaarde
Kunstschilder Lode Herreman (Terkerkenlaan 29, tel. (055) 31 35 72) heeft n.a.v. zijn 60ste verjaardag een kunstboek laten verschijnen waarin naast een biografie van de kunstenaar tevens 12 wenskaarten worden meegeleverd. Het werk is overvloedig geïllustreerd met zw.-w. en kleurenreprodukties van het werk van de kunstenaar. Het boek kost 750 fr., het telt 56 blz. en is A4 formaat. Meer info bij de kunstenaar.
| |
• Puurs
De tentoonstelling ‘Aquarel en Gouache’ vindt plaats van 12/6 tot en met 2/8 in het Museum ‘De Bres’, Oud Gemeentehuis, Ruisbroek-Dorp. Open op weekdagen van 14 tot 17 u. (gesloten op zaterdag) en op zondag van 14 tot 18 u. Info: 03/886 48 95 of 03/886 87 19.
| |
• Retie
In het Provinciaal domein van Retie (Kastelse Dijk) wordt van 23/5 tot en met 20/9 de tentoonstelling ‘Voor-beeldig Prinsenpark '92’, waarbij het domein bezaaid wordt met sculpturen en installaties. Al wandelend in het prachtige domein kan je kennismaken met een groot assortiment van beeldende kunst. Sommige jonge kunstenaars werken met materialen die in het bos aanwezig zijn. De sculpturen en installaties liggen verspreid over een wandelpad van ruim 3 kilometer. Sommige werken liggen ietwat verdoken in het bos, anderen zijn goed zichtbaar vanop het pad. Ongeveer de helft van de sculpturen is nieuw werk. Er zijn kunstenaars die hun creaties overbrengen van hun atelier, echter niet met de geijkte sokkel, maar zoveel mogelijk geïntegreerd in de natuur. Materialen zoals marmer komen niet in aanmerking. Andere kunstenaars werken ter plaatse met materialen en elementen die ze uit het bos halen: bomen, banken, wachthuisjes en zo meer. Volgende kunstenaars doen mee: Marcel Van Maele, Kris Fierens, Dré Peeters, Dirk Maeyens, Marc de Roover, Paul Perdieus, Peter van Impe, Zjos Meyvis, Ann Dieltjens, Annie Andriessen, Werner Paenen, Gisleen Heirbaut, Marga, Willem-Adriaan Plugge, Kris Van Dessel, Linda Molleman, Stef Van Eyck, Jan Van Veen, Corinne Taunay, Lucas Coeman, Marc Jambers, Robert Buyck, Jürgen Voordeckers, Danny Devos, Sigefride Hautman, Cel Crabeels, Laurent Lauwers, Pierre Mertens en Guido Van Causbroeck. Het ‘Beeldig Prinsenpark’ is te bereiken langs de E34, afrit 25 Turnhout-Oost, richting Retie. Vanuit Retie neemt men richting Geel. Eveneens te bereiken langs de E313, afritten 24 en 23 Geel-Oost of -West, richting Geel-Retie. Er is een ruime parking. Gratis toegang. Catalogus ter plaatse verkrijgbaar. Voor meer info kunt u steeds terecht bij de directie van de provinciale domeinen, Turnhoutsebaan 246 in 2100 Deurne. Tel. 014/37 91 14, 03/324 51 70 en 03/324 52 80.
| |
• Roeselare
De kunstkring 't Paletje organiseert van 28/8 tot en met 4/10 een Kunsthappening-circuit, waarvan de officiële opening plaatsvindt in het gasthof ‘Agora’ in Beveren om 20 u. op 28/8. Een twintigtal kunstenaars, allen leden van 't Paletje met een 120-tal kunstwerken stellen hun werken in 7 horeca-zaken in de regio Roeselare tentoon. De bedoeling is om de werken niet te concentreren op één plaats en zo ook een veel ruimer publiek te bereiken. Parallel met deze tentoonstelling voorziet men ook een tiental muzikale optredens van diverse groepen, die voor het publiek gratis toegankelijk zijn, met o.a. volksmuziek, jazzband, klarinetkwartet enz...
| |
• Terneuzen/Hilversum/Eernegem
Concept, literaire uitgave van de culturele vereniging ‘De Koofschep’ (Postbus 1313, 1200 BH Hilversum en Kerkhofstraat 2, 8480 Eernegem) organiseert op 29/08 in ‘Scheldorado’, zaal ‘Curaçao’ in Terneuzen de 6e Culturele dag. Om 13 uur opening van de boekenmarkt, om 14 uur Academische zitting met o.m. uitreiking van de ‘Concept’ Haikuprijs 1992 en de ‘Concept’ Poëzieprijs. Tevens kan men deelnemen aan het dichtersdiner (800 fr.). Info op bovenvermelde adressen. Inschrijven voor 10/08!
| |
• Tongeren
In 1987 startte de Tongerse Kunstkring het initiatief ‘Kùns Pruuve’. Het opzet was aan alle leden van de kring de mogelijkheid te bieden gelijktijdig tentoon te stellen. Dat moest uiteraard op diverse lokaties. Ook privé-woningen hoorden tot het parcours. Het idee werd ontleend aan het Gentse ‘Chambres d'Amis’. De (dialectische) naam werd gekozen naar analogie met een gastronomische manifestatie, die gelijktijdig liep en die ‘Pwojsekes Pruuve’ heette. Dit kunstgebeuren kende succes en werd het eerste van een traditie. Meteen was duidelijk dat deze aanpak kunstenaars en publiek anders confronteerde en dat het voor beide partijen een positieve belevenis was. Maar omdat niet iedereen elk jaar weer met een eigen tentoonstelling kan uitpakken en om aan de toeschouwer meer variatie te bieden, konden in later edities ook de vrienden, de genodigden, van de kringleden terecht. De jongste uitgave, 1991, telde liefst 75 deelnemers uit de Euregio die aantraden op een 30-tal lokaties. Tongeren bleek toen te klein. Omdat de onderneming een afgetekend en groeiend succes kende, lieten ook andere gemeenten interesse blijken. De toenadering resulteerde in een tentoonstellingsareaal dat haast heel Zuid-Oost-Limburg bestrijkt. Immers, de gemeenten Bilzen, Zutendaal, Kortessem, Riemst en Borgloon nemen deel en stellen ruimten ter beschikking. De organisatie zit nu in handen van een Kùns Pruuve-comité, geleid door de voorzitter-generaal van de Tongerse Kunstkring, de heer Herman De Buyzer, en met daarin naast de afgevaardigden van de Tongerse kunstkring ook de cultuurfunctionarissen van de deelnemende gemeenten. De onderneming loopt onder de auspiciën van de Limburgse Federatie voor Beeldende Kunsten en van de Tongerse Culturele Raad. Zij geniet de bescherming van de minister van cultuur, van de gouverneur van Limburg, van de bestendig afgevaardigde voor Cultuur, van de burgemeesters en
cultuurschepenen van de deelnemende gemeenten. Kùns Pruuve staat nu open voor elke kunstenaar die wil deelnemen. Om wildgroei te vermijden en om te waken over de kwaliteit, het niveau, van het aanbod, oordeelt een selectiecomité onder het voorzitterschap van oudacademie-directeur Valrère Ulrix. Kùns Pruuve '92 start op 25/6 om 19 u. in Galerij T2000 aan de Stationslaan te Tongeren. Daar levert een groepstentoonstelling een staalkaart van het KP-aanbod. Elders bieden diaprojecties een overzicht. De tentoonstellingen van om en bij de 100 deelnemers lopen tot en met 12/7. Een verzorgde catalogus maakt de bezoeker wegwijs.
| |
• Zomergem
Dichteres Maria Sesselle kondigt de uitgave van haar zesde poëziebundel aan die gepubliceerd wordt als een kunstboek. De titel luidt ‘Tango met de dood’ en deze luxe-uitgave wordt genummerd en gesigneerd. Intekenen kan nog tot 10/7 (adres: Rijvers 61, 9930 Zomergem, tel. 091/72 57 60; rek. nr. 390-0750667-39) tegen de prijs van 1850 fr. Het boek telt 96 blz., bevat 40 gedichten en 12 houtskooltekeningen van Patrick Ysebaert (245 × 300 mm, genaaid).
| |
• Zonnebeke
Van 11/7 tot en met 23/8 organiseert het Gemeentebestuur een tentoonstelling onder de titel ‘Her-Denken’, een confrontatie van beeldende kunstenaars met fotomateriaal van Passchendaele 1917 in de Vrij Gesubsidieerde Basisschool Passendale en het C.C. Kasteel.
R.D.
|
|