Verbondsberichten
Verbondssecretaris: drs Gilbert Goos, Vanaf 21 oktober: Mevr. Dr. J. Dominique Goos-Derveaux Tervuursevest 294 bus 32, 3000 Leuven
† FRED DE SWERT
Onze redactieraad rouwt wegens het tragisch overlijden op 14-9 van redactielid Fred de Swert. Hij werd na een eerste beheersmandaat herkozen tot lid van de raad van beheer op 30 mei 1976, maar had gevraagd daarvan ontlast te worden omdat hij na zijn vertrek naar Nederland niet meer in de mogelijkheid was als beheerder op te treden; toch bleef hij lid van de redactieraad. Zijn tussenkomsten in ons Kunstenaarsverbond betroffen uiteraard voornamelijk de jeugdliteratuur. In de rubriek ‘Wij gedenken’ wijdt Julien van Remoortere een In Memoriam aan zijn vriend.
Fred De Swert zou op 3 december 32 jaar geworden zijn. Hij werd te Rijmenam geboren en kreeg een opleiding als scheikundige. Hij voelde zich vrij vlug meer aangetrokken tot de samenstelling van het woord en wierp zich met een ongelooflijke ijver op de literatuur.
In 1962 debuteerde hij als dichter met ‘Perceptie’ en ‘Impressie’. Sterk beïnvloed door de experimentelen publiceerde hij nadien een hele reeks bundels o.a.: ‘Door eenzaamheid geranseld’ (1967), ‘Zijn naam is Roeland’ (1968), ‘Myrtle in de nacht’ (1969), ‘De rust van de duif’, ‘Keltisch Versteend’ en verschillende romans. Fred De Swert was vooral ook geïnteresseerd in jeugdliteratuur waarover hij bijdragen in diverse bladen en ook een lijvige studie publiceerde bij Lannoo, Tielt. Hij werkte lange tijd voor ‘Jeugdboekengids’, hierin gesteund door Paul Hardy en werd recensent met regelmatige bijdragen voor ‘Gazet Van Antwerpen’ en ‘Het Volk’.
Ten gevolge van dit alles werd hij door Nederlandse autoriteiten aangezocht en in 1974 benoemd tot hoofdredakteur van het Nederlands Bibliotheek- en Lektuurcentrum te Den Haag. Nederlandse bladen noemden hem de beste criticus voor jeugdliteratuur van de laatste jaren.
In zijn bundel ‘Wat je hoort zijn de vergeetmenietjes’, had hij duidelijk het roer omgegooid en was van een vrij hermetische schrijfstijl overgeschakeld naar een meer kursieve vorm. Men kon hieruit de indruk opdoen dat deze grotendeels autobiografische poëzie een intens heimwee naar Vlaanderen en zijn jeugd inhield. Anton van Wilderode had deze bundel met heel wat lof begeleid. De Swert werkte mee aan een monografie over Van Wilderode, een gedeelte van het manuscript was reeds binnengeleverd bij de uitgeverij Orion-Desclée De Brouwer. Fred De Swert was gehuwd en woonde met zijn familie te Zoetermeer (Ned.). Zijn plotse dood slaat de Vlaamse en ook Nederlandse literaire wereld met verslagenheid. Met hem verdwijnt een nog jonge maar reeds sterke persoonlijkheid die nog maar pas tot de volle ontplooiing van zijn talenten was gekomen. Vooral voor de jeugdliteratuur, die toch al niet erg verwend wordt, betekent zijn verdwijnen een leemte die pas binnen korte tijd goed voelbaar zal worden.
W. Persoon (Gazet van Antwerpen)