vrije tribune
‘Singhet ende weset vro’ en de Johannespassion
In een koorpraatje over onze nationale B.R.T. tijdens de uitzending ‘De zeven kunsten’ konden wij onlangs vernemen, dat in Vlaanderen geen Passiontraditie bestaat. Dhr. C. Swinnen vergeleek onze Vlaamse gewesten met Nederland en liet zijn vergelijking zomaar volledig negatief uitvallen voor onze provincies. We moeten echter dhr. C. Swinnen wel even tegenspreken. Inderdaad kennen Antwerpen, Gent en Brugge sinds verschillende jaren een traditionele Mattheus-Passion. Andere plaatsen kennen een passie-muziek met wisselende toondichters: Schutz, Graun, e.a., bijvoorbeeld Diepenbeek. En sinds 13 jaar brengt ‘Singhet ende weset vro’ te Kortrijk voor de Zuid-Vlamingen de Johannes-Passion ten gehore. Misschien is het gezamenlijke van deze uitvoeringen niet veel, in vergelijking met het aantal bij onze Noordelijke taalbroeders. Maar alle traditie ontkennen lijkt mij wel nonsens. Er is veel volk op die Passion-uitvoeringen. De mensen komen niet meer uit nieuwsgierigheid, wel uit muziekliefde om zich even te vermeien en om het lijden Christi te laten inwerken in hun geest en ziel. Dat is traditie. De traditie werkt ook na bij de kooruitvoering zelf. Men gevoelt - zo was het te Kortrijk bij Singhet - dat het koor zich kan wijden aan de inhoud, boven de techniek die reeds overwonnen werd door menige uitvoering. Het evenwicht, door Maurits Denaux met zijn koor bereikt, schiep ogenblikken van de diepste menselijke ontroering.
Het West-Vlaams orkest is beslist in vooruitgang. De homogeniteit, die het over de ganse lijn bereikte, laat ons de heimelijke hoop koesteren dat we eens een werkelijk symfonisch orkest zullen kennen dat rustig, met degelijke voorbereiding, ons muziekleven op veilige en brede paden zal leiden. De instrumentale soli waren, in hun autenticiteit, vol diverse kleur. André Douvere, gambaviool viel buitengewoon op. Het Anneessens-orgelpositief van Kamiel D'Hooghe, met zijn edele toonvorming en zijn barokke aanslag, deed de vroegere gebruikte elektrische instrumenten vergeten.
De stijl-homogeniteit van de solisten was werkelijkheid. Hierdoor kan men wel spreken van de beste uitvoering te Kortrijk.
De soberheid, bewogen door bezieling van Maurits Denaux als dirigent, maakte van het geheel een van schoonheid doorzinderde uitvoering.
Intussen zullen alle koor- en muziekliefhebbers met spanning het zomer-koorfestival tegemoet zien. ‘Singhet’ wensen we nu reeds wind in de zeilen voor de komende uitvoering van het grandioze en pregnante ‘War-Requiem’, het meesterwerk van Benjamin Britten.
Herman Roelstraete