men Vlaamse kunstwerken tot in kleine Spaanse kerken, maar de officiële verzamelcentra zijn er het Escuriaal, het koud-grootse kloosterslot van Filips II nabij Madrid, en de Capilla Real, de koninklijke kapel bij de kathedraal van Granda, de vechtstad in de strijd tegen de Moren. Uit deze twee schatkamers komen dan ook de bijzonderste werken die te Brugge worden getoond.
Uit de koninklijke kapel stammen inderdaad de indrukwekkende Pieta van Rogier van der Weyden, een werk waarin de typische compositie treft en, naast de twee hoofdfiguren, vooral de statische realiteit van de H. Joannes en dan de niet minder grootse Kruisafdoening van Memling, een deel van een tweeluik. Het centrale stuk van de tentoonstelling komt uit het Escuriaal: de bekende Hooiwagen-tryptiek van Hieronymus Bosch. Dit grootse werk, dat een grondige en vakkundige herstelling van doen heeft, biedt, via het beeld van de hooiwagen, een illustratie van de eeuwig-menselijke hunker naar aardse goederen, aanzien en macht. Het is een zeer typisch werk voor Bosch, waarin hij veel vertelt en vriend noch vijand ontziet. Als schilderkunstwerk is het ook wel het hoogtepunt van de hier verzamelde stukken; de samenstelling van het middenpaneel verraadt een verrassende knapheid, terwijl het gehele werk, als een der enige van deze tentoonstelling, de hedendaagse mens direct aanspreekt en boeit. Dat is verwonderlijk, maar niet onuitlegbaar.
Uit de honderd andere werken willen wij nog even wijzen op een Pieta van Quinten Metsys, een drietal werken van Jan Gossaert, en enkele panelen van de hand van de Brugse schilders Benson, van wie Ambrosius een der voornaamste medewerkers is geweest van Gerard David. Het portret van Filips II door Antonio Moro en dat van Filips IV door Rubens zijn de beste portretstukken van de tentoonstelling; in beide vallen niet alleen de statige en beheerste factuur op, maar ook de koele en verbeten wezenstrekken van deze grote vorsten, gave psychologische veruiterlijking dus, en essentie van de portretkunst.
Wie veel exposities bezoekt, ook van hedendaagse kunstwerken, komt te Brugge, bij die honderd kunstwerken, als in een soort verademing. Er zijn ongetwijfeld nog problemen, over de toeschrijving van de werken en de datering, maar inwendig, van het werk van de artist uit, is alles veel gaver, serener en wel veel directer genietbaar dan heel wat hedendaags groot kunstwerk.
De kunstliefhebber wordt te Brugge wat verwend. We kenden er immers de grote exposities van Memling en David, de confrontatie van Vlamingen en Italianen, wij maakten er kennis met een serie heerlijke portretten uit de kunst der oude Nederlanden, en vóór twee jaar werd een gedeelte getoond van het Vlaams werk dat in Engeland wordt bewaard. ‘Vlaamse Kunst uit Spaans bezit’, die er thans loopt tot einde augustus, heeft moeten rekening houden met de lastige bruikleengevers, die de Spanjaarden blijken te zijn. Dit kan als excuus gelden, want in de verwenning die de hele reeks grote Brugse exposities meebracht, valt de huidige wel wat lichter uit. Maar tentoonstellingen mag men niet vergelijken. Men moet rekening houden met de inspanning van de inrichters, en wat er is, moet voor zich zelf spreken. En wat hier is, verantwoordt ten volle een bezoek.
fb
* Met groot sukses heeft de Praalstoet van de Gouden Boom te Brugge deze zomer een drietal rondgangen gemaakt door de stad. Na openluchtspelen en licht- en klankspelen zitten we nu tot over de oren in de stoeten. De stoet van Brugge is de schoonste die we tot op heden zagen, nieuw, indrukwekkend, modern van toets en afwerking, traditioneel van inhoud en opvatting. Er zijn twee dingen die bijzonder zijn opgevallen: de rijkdom van het scenario (zoals men weet van de hand van de bescheiden Antoon Viaene, een van de beste historici, die wij momenteel tellen, en die ook de hoofdredactie heeft op zich genomen van het bij Elsevier aangekondigde standaardwerk over onze provincie). Het is wonder hoe delicaat de legende en de historie in elkaar vloeien. Even schitterend zijn de kostumes (naar ontwerp van Arno Brys). De ontwerper heeft hier een meesterstuk geleverd, waarin wij vooral zijn bijzonder rijke fantasie en zijn kleurenstudie hebben bewonderd. Frans Vromman, de algemene organisator van deze Praalstoet, Remi van Duyn, regie-assistent, en de talrijke andere medewerkers, mogen weten dat zij de schoonste stoet van het land hebben gerealiseerd. Als men, zoals wij, met enkele dagen tussentijd, de Brugse stoet ziet en de vermaarde Ommegang van Antwerpen, is dit meteen duidelijk. En het is nu maar te hopen dat men dit heerlijk kunststuk en dit onvolprezen toeristisch werkinstrument niet opbergt, maar op geregelde tijdstippen opnieuw in het volle daglicht stelt.
* Ter gelegenheid van de Provinciale Cultuurdagen 1958 heeft de Provincie West-Vlaanderen een affiche-prijsvraag uitgeschreven. Twee en dertig ontwerpen werden ingediend. De Bestendige Deputatie heeft op 8 augustus ll. haar goedkeuring gehecht aan de uitspraak van de jury, die samengesteld was uit de heren: J. Storme, lid van de Bestendige Deputatie, voorzitter; H. Gellynck, W. Nolf, O. Rotsaert, F. Vromman, leden; G. Gyselen, secretaris.
De uitslag luidt als volgt: 1. de prijs van 5.000 F wordt toegekend aan de heer Boudewijn Delaere uit Kortrijk; 2. drie premies werden toegekend: 2.000 F aan de heer Albert Setola uit St. Michiels, 2.000 F aan de heer Ernest uit Tielt en 1.000 F aan de heer Ward Bovée uit Brugge.
* Ter gelegenheid van de Provinciale Cultuurdagen 1958, richt de Provincie West-Vlaanderen van 27 september tot 15 november a.s. een rondreizende tentoonstelling in gewijd aan beeldhouwkunst en grafische kunst, nl. te Oostende, Waregem, Ieper en Brugge.
Deze tentoonstelling sluit aan bij de provinciale prijskamp voor beeldhouwkunst welke dit jaar wordt gehouden. Alle kunstenaars die aan de tentoonstelling wensen deel te nemen kunnen daartoe een aanvraag richten tot de Heer Gouverneur van de Provincie, Dienst voor Culturele Aangelegenheden, Burg 4 te Brugge; zij zullen vervolgens de nodige inlichtingen en formulieren ontvangen.
Onder de grafische kunst wordt begrepen: prentkunst, kopergravure, ets, lithografie, houtsnede, enz.
Hun werk moet vóór 1 september a.s. ingediend worden in het Provinciaal Hof, Markt te Brugge.