Suzy Decleer
Op zondag 19 december 1954, greep te Brugge, in de stedelijke schouwburg, de slotvoorstelling plaats (buiten wedstrijd) van Uilenspiegel, door de locale toneelvereniging Vrije Camere vander Rhetorycken der Weerde drie Santinnen, de inrichters van het xxiste Koninklijk Landjuweel 1954. De regie voor dit stuk werd verzorgd door Roger Coorens, acteur van de K.V.S., Brussel. De Ballade van Uilenspiegel, van Vedertje en van de dikke Pompane, een stuk van G. Weissenborn, werd door het theater bewerkt, met proloog en koren door Maarten van In, die tevens de titelrol vertolkte. De geest van Uilenspiegel beheerst het ganse werk. Het is die geest die de onderdrukte volkeren aangrijpt, en hen met strijdlust bezielt, voor het verwerven van hun vrijheden. Er werden veel middeleeuwse bruegeliaanse taferelen in het stuk verweven, die de regie met veel zorg heeft weten uit te beelden. Niet minder te loven was het decor en de kostumering, beide naar ontwerp van de Brugse kunstschilder Fernand Boudens. De muzikale aanpassing van Jacques De Roo was eveneens uitstekend, alhoewel sober. Wat het spel zelf betreft: de dames domineerden over hun mannelijke medespelers. Vooral Suzy Decleer, met naast haar Gisela Simoens, die beiden een uiterst verzorgde verschijning en uitspraak hadden, zijn hier het vermelden waard.
Suzy Decleer woont te Oostende, waar zij in 1953 de uitmuntendheidsprijs behaalde in het conservatorium. Zij treedt regelmatig op met het conservatoriumtoneel van West-Vlaanderen. Werkte o.a. mede aan Pluk de Dag door M. Sabbe ter gelegenheid van de Sabbehulde. Charlotte Corday,
gesproken opera door Peter Benoit, Oompje heeft gedroomd door Dostojewski, Oorlogsmannen door G.B. Shaw, Barbara Blomberg door K. Zuckmayer, De grote Gast door Hans Weigel, Freule Julie door Strindberg (titelrol). Met deze groep trad zij eveneens op in de schouwburg te Brugge en het Casino te Blankenberge. Ter gelegenheid van de uitreiking der prijzen van een Westvlaams toneeltornooi in het gouvernementsgebouw te Brugge speelde zij, onder leiding van Prof. R. Schmitz, in enkele fragmenten, zulks als voorbeeld voor de aanwezige toneelverenigingen.
Zij treedt ook op als los element in toneelgroepen. Met Art van Bestier te Oost-Duinkerke werkte zij mede aan De Kerke van St Elooi door Gaston Martens; met Kunst na Arbeid te Brugge o.m. in Freuleken door Roelvinck (vertoning voor het provinciaal toneeltornooi uitgeschreven door de Bank van Roeselare).
Verder speelde zij sedert 1950 verschillende hoofdrollen in de Koninklijke Toneelvereniging Nut en Vermaak te Oostende. O.m. zijn aan te stippen: Marjan in Het Meisje met de Rode Strik door Koos Beswino; Jo in Op Hoop van Zegen door Heyermans. Zij werkte er mede aan Onder één dak door Fabricius.
Suzy Decleer stichtte in 1952 een eigen toneelgroep waarmede zij reeds optrad in de schouwburg te Oostende, te Veurne, Gistel, Oost-Duinkerke en Den Haan a/zee. Zij heeft dit jaar op het programma: Drie dozijn rode Rozen een fijngeestige komedie door Aldo de Benedetti, en zij wil voor de toekomst met twee stukken per jaar op het programma, een ernstig en zo mogelijk hoogstaand toneelwerk en een komedie, zo breed mogelijk in de provincie op te treden.