heerschen van de Fransche taal in België, zou het grootste ongeluk zijn dat de Waalsche broeders treffen kan. Daarom óók hebben de Walen reuzenwerk te verrichten. Tot heden beschikken zij slechts over een Waalsch dialekt, zij moeten nog eene Waalsche taal vormen.
Hoe duidelijk Benoit de richtingen zag waarheen de twee kulturen onderscheidelijk stevenden en hoe argeloos hij stond tegenover politieke gevolgen die later de gedachte van aangepaste maatschappelijke vormen oproepen zouden, blijkt uit zijne beschouwingen die hij destijds publiceerde en waarvan we o.m. naar het boek van H. Baccaert (bl. 68) citeeren: ‘In een politiek opzicht heeft men Walen en Vlamingen wel kunnen belgiseeren, en dat zonder gevaar van landscheuring, doch wat men niet kan noch in de toekomst ooit zal kunnen, dat is de natuur en den geest dier twee verschillende stammen tot één maken om, door zoo'n wangedrochtelijke versmelting, een zoogenaamde Belgische kunst voort te brengen...’
Elders schrijft hij nog nader (ibid. bl. 52): ‘Men noemt ons separatisten, omdat 't Vlaamsch gedeelte van België te veel naar 't Noorden neigt en 't Belgisch evenwicht bedreigt. Door het gebruik der Fransche taal voelen de Walen zich natuurlijk meer naar het Zuiden gelokt, zonder daarom in princiep hunne nationaliteit te verzaken, zoomin als de Vlamingen die aan eene tegenovergestelde neiging toegeven...! Zullen wij dan de Walen als separatisten aanschouwen, omdat deze in hunne taal en neiging willen geëerbiedigd worden?’
***
Ook met Noord-Nederland had hij kontakt gezocht, doch ook dáárin ging zijn streven niet verder dan het kultureele belang.
Holland onderging den Duitschen invloed, zooals wij den Franschen. Verhulst - die voor 't Nederlandsche lied een baanbreker was geweest - staat nog voor een ruim deel in die geestesrichting. Na hem ontstaat er een meer bepaaldnationale beweging, met aan het hoofd Nicolai (Den Haag), Heinze (Amsterdam), Hol (Utrecht).
De Kunstbode van 1878 leert ons, dat er een plan werd ontworpen tusschen Noord en Zuid, tusschen Heinze en Benoit. Men wil stichten een ‘Vereeniging van toonkunste-