Sterfgevallen.
H. GASTINEAU, een Fransch schilder, die van der jeugd af aan Engeland bewoonde en wiens landschappen gedurende vele jaren zeer gewild werden, is den 17n Januari te Camberwell op 87-jarigen leeftijd overleden.
Sir Georges HARVEY, geboren bij Stirling, in 1805 of 1806, is onlangs overleden. Tot zijne beste schilderijen behooren de volgende: Eerste lezing van den bijbel in de krocht van den H. Paulus, geschilderd in 1847; Kinderen die zeepblaasjes maken en Op het oude kerkhof der Grijze broeders te Edimburg. Hij was aanvankelijk loopjongen bij eenen boekverkooper. Toen hij 18 jaren oud was begon hij het schilderen te leeren, en verwierf zich op de baan der kunst naam en vermogen. Als voorzitter van de academie van Schotland werd hij opgenomen onder den adel.
PATIN, vaste secretaris der Fransche academie, is, in den loop van Februari, in 83-jarigen ouderdom gestorven. In 1818 werd hij benoemd tot hoogleeraar aan het Collége Henri IV. In 1830 volgde hij Villemain op als hoogleeraar bij de Sorbonne. Dertien jaren later werd hij lid der academie, in de plaats van wijlen den heer Roger en in 1870, na den dood van den heer Villemain, benoemde de academie hem als haren vasten secretaris. Onder de Restauratie was hij medewerker van de Globe, vervolgens van de Revue encyclopédique, de Revue des Deux-Mondes en van andere tijdschriften. Zijne beste verspreide opstellen zijn door hem uitgegeven in een afzonderlijk werk, getiteld: Mélanges de littérature ancienne et moderne. Later zag een gewichtiger werk, getiteld: Etudes sur les tragiques grecs, van hem het licht. Ook heeft hij Horatius vertaald.
Gustaaf NIERITZ, de vermaarde schrijver van een groot getal werken voor de jeugd, en die in de meeste talen Europa 's werden overgebracht, is te Dresden overleden op 16 Februari, in den ouderdom van 80 jaren.
Ambrosius FIRMIN-DIDOT, een van Frankrijks beroemdste uitgevers en drukkers, lid van het Fransch instituut, schrijver van verscheidene werken over de oudheid, is op het einde van Februari te Parijs overleden in den ouderdom van 86 jaren. De overledene, die grondig ervaren was in de Grieksche taal en letterkunde, bezocht meermalen Griekenland met een wetenschappelijk doel. Tot hetzelfde einde bezocht hij Turkije, Klein-Azië, Syrië, Palestina en Egypte. Er bestaan van hem ettelijke gravuren. Hij was sedert 1860 officier van het Legioen van Eer. Zijn lijk is bijgezet in den grafkelder zijner familie te Mesnilsur-l'Estrée.