Gedenkteeken van H. Leys.
De gemeenteraad van Antwerpen,
Gezien de besluiten des gemeenteraads, waardoor wordt vastgesteld dat er, als blijk van openbare hulde, een gedenkteeken te Antwerpen, aan den uitmuntenden kunstschilder baron Hendrik Leys, zal worden opgericht.
BESLUIT:
Een wedstrijd tusschen de Belgische kunstenaars wordt, onder de volgende voorwaarden, geopend.
1. | De vorm en de samenstelling van het gedenkteeken worden aan de keus der mededingers overgelaten; |
2. | De mededingers moeten van het gedenkteeken een pleisteren model leveren, ter grootte van 1/5 der uitvoeringsgrootte, basis of voetstuk inbegrepen; daarbij te voegen eene toelichtende opgaaf van de plaats die zij zouden verlangen voor het gedenkteeken te zien aanwijzen, de bouwstoffen, de afmeting van het gedenkteeken en den prijs waartegen zij de verbintenis nemen zich te gelasten met de uitvoering: |
3. | De modellen zullen vrachtvrij moeten besteld worden, vóór 1 April 1871, op het stadhuis te Antwerpen, aan het adres van 't gemeentebestuur. |
4. | De mededingers zullen hun werk of de daarbij gevoegde toelichting niet onderteekenen, maar er eene zinspreuk inschrijven, welke zij zullen herhalen op een gezegeld briefje, houdende opgaaf van hunne namen en hunne woonplaats; |
5. | De modellen besteld na den voorschreven tijd, of die waarvan de vervaardigers zich op eeniger wijze zouden doen kennen, zullen buiten den wedstrijd gesloten worden. |
6. | Eene bijzondere jurij zal benoemd worden, om de modellen te beoordeelen en verslag aan den raad te doen. |
7. | De vervaardiger van het bepaald aangenomen model, zal zich moeten gelasten met de uitvoering en plaatsing van het gansche gedenkteeken, onder toezicht van 't gemeentebestuur, voor eene som die niet boven de 40,000 fr. mag gaan. Het gedenkteeken zal, geheel voltooid en geplaatst, op 1 Augustus 1872, aan het staatsbestuur moeten afgeleverd zijn. |
8. | De kunstenaar, wiens model uitgevoerd wordt, zal geene andere belooning ontvangen.
De makers van de twee nabeste niet uitgevoerde modellen zullen ontvangen, de eerste, eenen prijs van 2000; de tweede, eenen van 1000 franks. |
9. | De drie best geoordeelde modellen blijven het eigendom der stad; de andere zullen door de makers, tegen kwijtbrief kunnen afgehaald worden. |
10. | De tijdstippen voor het betalen van den uitvoeringsprijs zullen vastgesteld worden, in gemeen overleg, tusschen het gemeentebestuur en den kunstenaar. |
Gedaan ten stadsraadhuize van Antwerpen, den 18n Juni 1870.
Ter ordonnantie: De secretaris, J. DE CRAEN.
De burgemeester, J.-C. VAN PUT.