Sterfgevallen.
Michiel-Karel-Antonius Verswyvel, plaatsnijder des konings, ridder van de Leopoldsorde, van de Eiken Kroon, der orde van Karel III en der orde van den Witten Arend, lid der koninklijke academie van België, der academie van oudheidkunde, der koninklijke academie van schoone kunsten te Antwerpen, der Britsche academie van Londen, der koninklijke academie van Amsterdam enz., is overleden te Antwerpen, na eene langdurige ziekte, op 29 Mei 1868, in den ouderdom van 48 jaar en 9 maanden. De lijkdienst had, onder eenen grooten toeloop van vrienden en vereerders, plaats op Dinsdag 2 Juni, ten 10 3/4 ure 's morgens, in de kerk van den H. Antonius a Padua. Men vereenigde zich aan het sterfhuis lange-Noordstraat ten half elf. De kist werd gedragen. Hielden de hoeken van het baarkleed: de Keyser, bestuurder der academie, Cuylits, voorzitter der maatschappij van schoone kunsten, ridder Leo de Burbure, lid der academie van oudheidkunde en Michiels, plaatsnijder. Op het graf werd eene redevoering uitgesproken door den boezemvriend des overledenen, kapitein Docx.
- De heer P. van der Meersch, advocaat, archivaris van de provincie Oost-Vlaanderen, opzichter van het lager onderwijs voor het schoolgebied van Gent, lid der koninklijke commissie voor de uitgaaf der wetten en ordonnantiën, is te Gent schielijk overleden, in den ouderdom van 56 jaren. Hij werd te Gent geboren op 13 Augustus 1812. De overledene was een vlijtig beoefenaar van de geschied- en letterkunde.
- De heer P. Bossaert, archivaris der stad Brugge, is in die stad op 71jarigen ouderdom overleden.
- De uitstekende taalgeleerde, dr Te Winkel, leeraar aan de hoogeschool te Leiden, is aldaar overleden. Het afsterven van dezen hoogst verdienstelijken man is een zeer groot verlies voor de Nederlandsche letterkunde en namelijk voor het Nederlandsch woordenboek, waarvan de overledene eene der ieverigste opstellers was.