Eene droevige waarheid.
In de landen waar millioenen menschen onder de zweep hebben gewerkt, blijft er nauwelijks eene gedachtenis van hunnen doorgang, en het komt ons voor, als hadden zij nooit bestaan; en nogtans onthouden wij den naam dergenen, welke met duizenden de lijken dier ongelukkigen hebben opgetast, om er zich een voetzuil van te maken! Niemand denkt aan hen die steden en paleizen gesticht, moerassen verdroogd, de aarde vruchtbaar gemaakt, met hun zweet het oneindig gewrocht van het menschdom bevrucht hebben; maar onze kinderen leert men hen bewonderen die oogsten vernield, steden verwoest en puinen op puinen gestapeld hebben! En dat noemt men luister en roem!
V. Arnould.