Standpunt van de lectuurbegeleidingsorganisaties inzake het Nationaal Centrum voor Openbare Bibliotheken
Bibliotheek en Maatschappij, de Bibliotheekvereniging van het Willemsfonds, het Humanistisch-Vrijzinnig Centrum voor Lectuurbegeleiding, het Katholiek Centrum voor Lectuur-informatie en Bibliotheekvoorziening, het Nationaal Bibliotheekfonds en de Pluralistische Organisatie voor Bibliotheekgebruik (organisaties ter bevordering van de openbare bibliotheek- en lectuurvoorziening, erkend volgens het K.B. 18/2/1974, verder genoemd de lectuurbegeleidingsorganisaties) vinden dat het Nationaal Centrum voor Openbare Bibliotheken dringend moet worden opgericht.
De lectuurbegeleidingsorganisaties (LBO's) zien de organisatiestructuur van het op te richten Nationaal Centrum voor Openbare Bibliotheken (NCOB) in de vorm van een mozaïekstructuur, waarin naast andere geledingen alle nu bestaande en erkende LBO's binnen één van de substructuren worden ingeschakeld. Dit houdt in dat het NCOB méér is dan een conglomeraat van LBO's. Het is een ruimer geheel waarin de LBO's hun specifieke plaats en werking krijgen. De LBO's behartigen binnen de bibliotheeksector in hoofdzaak de belangen van de bibliotheekgebruiker. Hun werking zal binnen het NCOB vanuit dit gezichtspunt worden bepaald.
Gelet op hun specifieke opdracht en werksoort horen de lectuurbegeleidingsorganisaties thuis in de openbare bibliotheeksector, waarbinnen zij hun activiteiten in functie van de bibliotheekgebruiker ontwikkelen.
Binnen de hoger genoemde mozaïekstructuur van het NCOB wordt een werking van de LBO's mogelijk gemaakt. Elk van de erkende LBO's wordt ingeschakeld binnen een gebruikersdienst.
De modaliteiten waaronder de LBO's binnen de dienst in het NCOB werken worden geregeld volgens het decreet op de LBO's.
Deze decretale regeling dient o.m. te voorzien in een wettelijke erkenning en een directe of indirecte subsidiëring en dient zowel de eigenheid als het samenwerkingsverband binnen de mozaïekstructuur mogelijk te maken.
Voor wat te doen staat met de huidige werking en taken van de lectuurbegeleidingsorganisaties kan als uitgangspunt gelden dat:
- | binnen het te bepalen takenpakket van het NCOB een groot gedeelte van de huidige bibliotheekondersteunende LBO-werkzaamheden naar de diensten van het NCOB kan overgeheveld worden, onder nader te bepalen modaliteiten; |
- | de vraagversterkende en filosofisch gerichte activiteiten worden uitgevoerd binnen de gebruikersdienst. |
De structurering en taakverdeling binnen deze dienst is voorwerp van verder overleg. Elke LBO zal een inventaris opmaken van mogelijk over te hevelen activiteiten en als specifiek te behouden activiteiten.
De LBO's kunnen als vereniging buiten het NCOB blijven bestaan. Hun werking zal zich dan wellicht beperken tot het fungeren als een ‘verantwoordingsgroep’ tegenover de eigen filosofische achterban enerzijds, en als ‘stuurgroep’ tegenover hun afgevaardigden binnen de gebruikersdienst van het NCOB anderzijds.
Namens:
Bibliotheek en Maatschappij (BIBEM) |
de Bibliotheekvereniging van het Willemsfonds (BWF) |
het Humanistisch-Vrijzinnig Centrum voor Lectuurbegeleiding (HVCL) |
het Katholiek Centrum voor Lectuurinformatie en Bibliotheekvoorziening (KCLB) |
het Nationaal Bibliotheekfonds (NB) |
de Pluralistische Organisatie voor Bibliotheekgebruik (PLOB). |