Besluiten
De referaten en de paneldiscussie gehouden tijdens de studiedag van de Bibliotheekvereniging van het Willemsfonds, gehouden op zaterdag 1 december 1990, gaven aanleiding tot volgende besluiten:
1. | DE OPRICHTING VAN HET N.C.O.B. is een dringende noodzaak o.a. reeds omwille van de doelmatigheid, een betere arbeidsbesteding en een grotere kostenbesparing binnen de openbare bibliotheeksector. Maar vooral wegens de grote nood aan een bibliotheekbeleid dat gecoördineerd verloopt. |
2. | Een taakverdeling, functieomschrijving en onderlinge samenwerking tussen de verschillende bovenlokale bibliotheekstructuren moet kunnen leiden tot een TYPOLOGIE. Hiervoor dienen de lopende gesprekken tussen de lectuurbegeleidingsorganisaties worden verdergezet en dient een afvaardiging van de C.O.B.'s hierbij betrokken te worden. |
3. | Er moet gezorgd worden dat in de verdere ontwikkeling en opbouw van het openbaar bibliotheekwezen de inhoudelijke en structurele betrokkenheid van de PLAATSELIJKE OPENBARE BIBLIOTHEKEN, in functie van hun advies- en beheersorganen wordt veilig gesteld. De C.O.B. kan, als intermediair niveau, een coördinerende rol spelen. |
4. | De uitbouw van een CENTRALE DIENSTVERLENING is broodnodig en dient tot stand gebracht en te functioneren door inspraak en mobilisering van de lokale (POB) en centrale (COB) bibliotheekstructuren, zonder dewelke de reële behoeften niet kunnen vastgelegd worden. |
5. | Er is nood aan GERICHTE PROMOTIE van het openbaar bibliotheekwezen. Dit moet kunnen gebeuren in onderling overleg tussen de daartoe aangewezen organisaties, die, als geheel representatief zijn voor het openbaar bibliotheekwezen. |
6. | De taken van de lectuurbegeleidingsdiensten dienen decretaal te worden geregeld in onderling overleg tussen de LBO's zelf en in samenspraak met de V.B.C., de C.O.B.'s en het op te richten NCOB. |