Negentiende eeuw in de spiegel van het persoonlijk leven
In deel 4 van de door Agon uitgegeven Geschiedenis van het persoonlijk leven staat de negentiende eeuw centraal. Het boek begint met de Franse Revolutie en eindigt vlak voor de Eerste Wereldoorlog. De negentiende eeuw is vooral het tijdperk van de bourgeoisie geweest; de middenklasse is in dit tijdperk een steeds belangrijker rol gaan spelen. De behoefte aan privacy, aan de behaaglijke gevoelswarmte van een voor de buitenwereld afgesloten huisgezin wordt groter. Details daarover zijn niet gemakkelijk te achterhalen; de documentatie over de veranderingen in het gevoelsleven van de 19de-eeuwse mens is af en toe vrij schaars. Dit is vooral goed voelbaar in het hoofdstuk ‘Achter de schermen’, geschreven door Alain Corbin, die zeer veel gegevens kon bijeensprokkelen, maar een aantal van deze gegevens op een voorzichtige wijze interpreteert.
De opmars van het individualisme is goed afleesbaar in de evolutie van het gevoels- en driftleven. Er is een merkwaardige verschuiving van genitale naar erotische sexualiteit. Het liefdesspel, de flirtgewoonten passen zich aan. Een in norse soutanes opgesloten en duidelijk gefrustreerde priesterkaste grijpt elk middel aan om de sexualiteit in een slecht daglicht te stellen. De vrouw begint een meer en meer actieve rol in het liefdesleven te spelen. Anticonceptietrucjes zijn bij de middenklasse beter bekend dan bij de volksvrouw. Bij de onderontwikkelde volksvrouw is abortus een praktijk die niet alleen voor het ‘onvoorzichtige’ meisje een laatste houvast is, maar ook meer en meer voor de getrouwde vrouw. De ‘onvoorzichtige’ abortusklanten zijn vaak dienstmeisjes die door de bourgeoisie-heertjes schaamteloos uitgebuit werden: ze voorkomen verspilling van geld in bordelen en behoeden de familie voor venerische kwalen. Vrijen met het dienstmeisje is niet alleen leuk, het beschermt onrechtstreeks ook het familiebezit. Voor enkele meisjes zal het ook wel een zoete wraak geweest zijn op het kwetsend-autoritaire gedrag van de vrouw des huizes. De omvang van deze escapades met dienstmeisjes is moeilijk te schatten.
Merkwaardig in dit boek zijn ook de gegevens over de huisvesting en over de onverschilligheid voor de woonomgeving op het platteland, waar mens en dier soms samenwonen in primitieve bouwsels, waar streven naar hygiëne een onmogelijke opdracht is.
Lijfstraffen tegen werknemers, bv. het afranselen van leerjongens, zou mede aan de basis liggen van het ontstaan van het anarchisme. De schandalig hoge huurprijzen, de uitbuiting door ‘groothuisbezitters’ voedt niet alleen de opkomst van dit anarchisme, maar ook van het socialisme. Op het einde van de negentiende eeuw zijn er ook spectaculaire acties geweest van een liga tegen de huiseigenaren, geleid door de Parijse Robin Hood-figuur Georges Cochon. Onder de talrijke echt boeiende thema's in dit boek willen we ook de opkomst van de fotografie vermelden, met een groeiend aantal rondreizende fotografen, en de daaraan gekoppelde democratisering van het portret, zodat ook de gewone man zijn gevoel voor eigenwaarde kon aanscherpen. Op gebied van lectuur kan de opkomst en de uitbreiding van de colportageliteratuur vermeld worden. In de van goed en ook van voortgezet onderwijs verstoken volkskringen, is een vrij ongeordende leeshonger vast te stellen. In de meer begoede kringen ondergaan de leesgewoonten ook veranderingen: het stille lezen neemt uitbreiding, het voorlezen in de huiskring krimpt sterk in. Boek en bibliofilie blijven een mannenzaak. In dit tijdperk zonder radio en televisie is de huisbibliotheek vaak het voornaamste uitzicht op de buitenwereld. In hun ontwerpen van huisbibliotheken laten de architecten zich evenwel meer leiden door protserigheid dan door functionaliteit. De openbare bibliotheken leiden een wat suffig bestaan, ondanks de belangrijke aanwinsten van uit kloosterbibliotheken en kastelen geroofde boeken tijdens de Franse Revolutie. Wat we in een vorige bespreking (gewijd aan deel 3 van deze reeks) hebben gezegd over de kwaliteit en de omvang van de illustratie en de bibliografie, geldt ook voor dit vierde deel van de Geschiedenis van het persoonlijk leven. Binnenkort verschijnt deel 5 over het tijdperk van 1914 tot heden.
L.V.
GESCHIEDENIS VAN HET PERSOONLIJK LEVEN. Van de Franse revolutie tot de Eerste Wereldoorlog. Amsterdam, Agon, 1989, 557 p., ill. Prijs: 1.455 BF, gebonden. (In België verdeeld door Standaard Uitgeverij te Antwerpen).