je kunt het niet meer verstaan
dit gevoel van vernietiging.
en precies zoals vroeger proef je het op je tong, het wordt wanhoop genoemd (je legt getuigenis af), het ontcijfert (wat jij weet), het vergiftigt (wat jij slikt), het legt bloot (wat jij verzwijgt), het schudt wakker (wat jij droomt) en toch is er verzoening in zicht (zolang het beweegt, ben je er nog), onderbreekt het je adem (waar haal je die kracht?), het brengt je tot alles (het verleidt je tot niets) omdat het nu met jou vergroeid is, omdat het niet meer van je wijkt, je het niet kunt verklaren, het jou niet kan verstaan: een steeds dieper besef (niemand in het bijzonder, jij in het algemeen) wat je terugkeren doet met je onmacht en je honger, met je woede en je vrees.
Er worden handen gedrukt, gevoelens gewisseld, vermoedens geuit, gedachten geruild: we voelen het ook, we zitten ermee. Slechts de geest heeft vleugels, de mens is bloot. Nu hoor je ze bidden: een slecht geweten past ons niet. Wie heeft het pleit gewonnen?
Komt er nog vrede bij te pas?
luister je? naar hun stemmen, de
geboden, de gezangen van de wet?
wordt er met hart en ziel gebeden?
op het eeuwige leven gelet?
NEE
Men neemt je bij de arm, men zegt: je moet de angst overwinnen. Wij hebben toch alles nauwkeurig verdeeld?
De minuten in sekonden: per uur betaald.
De dagen in weken: betaald ‘verlof’.
Het jaar in feesten: ook het feest van de arbeid werd heilig verklaard
Of vertel ons een sprookje over de goede moordenaars. Waarom spiegels verbrijzelen? Je bent er toch nog steeds?
En jij ondertussen wankelend
en jij meteen gewaarschuwd
en jij niettemin verwonderd
wat je niet kunt beamen, wat je toch wilt ontkennen: dit gevoel van vernietiging.
Nu hoor je ze zuchten: de subsidiëring van kultuur
verbetert met de dag! Blijf onze strooien denker! Wat wil je nu nog meer?