De Vlaamse Gids. Jaargang 45(1961)– [tijdschrift] Vlaamsche Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 827] [p. 827] Jan Vercammen Fair Fancy Door mijn ruggemerg trillen sporen naar de infrarode toren op de horizon, ik lig op de drempel van het horen: het magnesium ruist van een bron. Door wie, waarvoor ben ik gevangen? God wie gij zijt laat mij dit uur wat blaren op de sneeuw verlangen wat sneeuw op dit verlaten vuur. Want zie de bloei van dolle kervels heeft nauwelijks nog eigen tint. terwijl de tunnel door de wervels versplintert tot een labyrint. Hoe zal ik door die nacht geraken? Een zwavelstrand waar Marc Chagall versteend staat tot een blauwe baken maar op de golven groen als gal geen schip en ik hier in de duinen van nevels melk en chlorofiel, waar zijn de mispelbruine kruinen waarin één genster uit het wiel de brand ontstak zodat mijn asters verteerden tot wat sneeuw van as. O vuur o sneeuw altijd, o rasters ragfijne rasters voor wat tastbaar was en nu verspiegeld in het vensterglas. Vorige Volgende