De Vlaamse Gids. Jaargang 40(1956)– [tijdschrift] Vlaamsche Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Zeg het door M. Mok Zeg het met het enig licht dat overblijft, de wanhoop van uw stem: hoe fel de hitte van de nacht is, hoe alle horizonnen schuiven, toedringend naar het ogenblik waarop de ruimte, fijngewreven, zichzelf verslindt in een gebaar van vuur. Kinderen die de morgen nog niet kennen - de spiegel van hun blik ligt weerloos bloot voor elke straling die het firmament over hen uitgiet - dagelijks opnieuw moet ik de angst in mijn gedachten doden ter wille van hun onbewaakt geluk. een hand, die nauwelijks het eigen oog meer af kan schermen, als een kleine hemel over hun leven houden, en een mantel van geloof rondom de pijn slaan van hun hunkering. Maar later, als zij in hun warme slaap verborgen liggen, staan de vensters weer koud en doorzichtig voor de duisternis, waarin seconde na seconde de kernen zwellen van de wraak der elementen. Vorige Volgende