Oproep aan de lezer: wat is uw favoriete openingszin?
Bijna drie jaar heeft de verbouwing van het Letterkundig Museum geduurd. Bij gelegenheid van de heropening van het Letterkundig Museum door Harry Mulisch op 4 maart dit voorjaar verscheen het fraai uitgegeven magazine Letter, als ging het om de aankondiging van een nieuwe lente in de literatuur. Het gaat over Het Pantheon, de nieuwe tentoonstelling in het LM waarin 100 schrijvers, samen goed voor 1000 jaar literatuur worden gepresenteerd.
Hella S. Haasse opent de rij artikelen met haar keuze uit ‘favoriete openingszinnen’. Openingszinnen zijn belangrijk voor de toonzetting. Haasse vat de openingszin ruim op, zoals blijkt uit de favoriete openingszinnen die zij geeft. Ook een openingszin van Simon Vestdijk valt bij haar in de prijzen:
‘Het was voor het eerst, dat ik mijn ouders in Freiburg een langer levensteken deed toekomen. En dan te moeten bedenken dat deze brief van leugens aan elkaar hing!’.
Met deze zin begint De hôtelier doet niet meer mee.
Uit dit voorbeeld blijkt dat voor Hella Haasse de openingszin ‘soms uit meerdere kortere, maar duidelijk samenhangende zinnen blijkt te bestaan’. Een dergelijke eerste zin kan een opmaat zijn voor het verhaal dat verteld gaat worden. In het voorbeeld van Vestdijk hierboven gaat het maar om twee korte zinnen, maar uit een andere keuze van Haasse blijkt de openingszin zich over een hele alinea uit te strekken (De kapellekensbaan van Louis Paul Boon). De redactie roept lezers van de Vestdijkkroniek op hun favoriete openingszin in het oeuvre van Vestdijk te melden. In het volgende nummer van de kroniek zal dan een overzicht van de binnengekomen reacties worden gepubliceerd.
U kunt uw favoriete openingszin tot 15 januari a.s., liefst voorzien van een korte toelichting (maximaal 50 woorden) insturen naar:
Wilbert van Walstijn
Joseph Haydnlaan 104
2324 AV Leiden
e-mail: wvanwalstijn@hotmail.com