Onze auteurs
Drs. J. Zuidgeest, Weddehoenlaan 15, Goor, geb. 21-11-1939, neerlandicus, docent aan de Haaksbergse Scholengemeenschap en aan de Gelderse Leergangen.
Else Böhler, Duits dienstmeisje. ‘Beter geschreven boeken dan Ina Damman en Else Böhler heb ik tot nog toe niet gepresteerd, tot mijn spijt’, schrijft Vestdijk in 1944 aan Theun de Vries. Niet alleen om kwalitatieve redenen kunnen deze vroegste romans van Vestdijk op één lijn worden gesteld, ook thematisch hangen ze nauw met elkaar samen. De auteur van dit artikel bestrijdt de opvatting van Francis Bulhof (Forum der Letteren, 1968) die bij zijn beoordeling teveel uitgaat van irrelevante biografische gegevens, en van S.L. Flaxman (Nieuwe Taalgids 1977) die evenmin als eerstgenoemde oog blijkt te hebben voor het in de roman aanwezige zgn. Ina-Damman-motief, de tegenstelling tussen Illusie en Realiteit, die ook in Else Böhler tenslotte gewonnen schijnt te zijn door de Illusie.
Jane Fenoulhet, 109 Ifield Road, London SW10, England, geb. 4-6-1952 te Derby, England. Studeerde 1970-6 te Londen (Bedford College) B.A. Duits met Nederlands als bijvak, 1973. M. Phil (Master of Philosophy) Nederlands, 1976. Proefschrift: ‘Vestdijk's Symfonie van Victor Slingeland.’ 1975-6 ontving studiebeurs van Nederland om werk aan proefschrift in Amsterdam door te zetten. Op het ogenblik talenpraktikumsupervisor, London School of Economics.
A novel within a novel within a novel... behandelt Vestdijk's romantrilogie ‘Symfonie van Victor Slingeland’ als voorbeeld in de Nederlandse literatuur van een roman in een roman, d.w.z. een roman met als hoofdpersoon een romanschrijver, die zelf een roman aan het schrijven is. Deze binnenroman weerspiegelt de buitenroman. Kommentaar op deze laatste werkt als autokritiek in de trilogie. Vestdijk zelf wordt als hoogst zelfbewuste schrijver beschouwd, die er niet bang voor is, zijn eigen persoonlijkheid een belangrijke rol in zijn werk te laten spelen.