Goedkeuring.
Deeze Verzameling van oude en nieuwe Gezangen, die door sommige Liefhebbers van zang- en dichtkunst byeengebragt, en op zangnooten gesteld zyn, heb ik naauwkeurig nagezien, en dewyl daar in niets heb ontmoet, dat of tegen het heilig Catholyk Geloof strydig, of aan de goede zeden ontstichtig zoude zyn, oordeel ik, dat ze vry in het licht gegeeven, en zelfs in onze Kerken, het zy voor of na den Godsdienst, tot lof van God en tot stichting der vergaderde Geloovigen gezongen mogen worden.
Amsterdam den 20 November 1799.
H.F. ten Hulscher, Aartspriester.