Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde 1910
(1910)– [tijdschrift] Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 747]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Over
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 748]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Telkens wordt op de wanden van de schaal met de handen geklopt, ten einde het zand volkomen te tassen, en telkens ook dient de strijkstok benuttigd te worden, om het bovenvlak effen te maken. Dan wordt het volumen van het overblijvend zand, door middel van een glazen meetbuis, nauwkeurig bepaald, hetgeen de waarde van het uitwendig volumen van het onderzocht brood geeft.
De onderzoekingen, waarvan hier de resultaten worden medegedeeld, zijn onder verschillende voorwaarden uitgevoerd geweest, met ronde en met lange deegstukken van verschillend gewicht, en bij veranderlijke baktijden. Het deeg werd regelmatig bereid met hetzelfde meel, in de volgende verhoudingen:
In ieder onderzocht broodstuk werd ook het watergehalte bepaald, met de gewone voorzorgen van het chemisch onderzoek, namelijk met een monster, uit kruim en korst samengesteld. Hier dient herinnerd te worden, dat in de hooger genoemde proefnemingen het soortelijk gewicht, voor ronde brooden van 1 kilogr., tusschen 0.274 en 0.338 lag, terwijl het watergehalte 32.7% tot 37.9% bedroeg. In onze nieuwe proeven werd voor ronde brooden, van verschillend gewicht, maar alle gedurende 45 minuten gebakken, een uitwendig soortelijk gewicht van 0.251 tot 0.289 gevonden; bij het brood van 1 kilogr. (960 gr. brood uit 1110 gr. deeg) was deze waarde 0,270; het soortelijk gewicht schijnt hooger te worden bij de kleinere brooden, doch in geringe mate. Het watergehalte vermindert in dezelfde richting als het gewicht, hetgeen te verwachten was (tabel I). | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 749]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
I. - Ronde brooden, gedurende 45 minuten in een houtsoven gebakken.
Nu werd de proef genomen met ronde brooden, allen uit hetzelfde gewicht deeg, en gedurende toenemende tijdperken, van 15 tot 55 minuten gebakken: er kon geen belangrijk verschil gevonden worden tusschen de verscheidene waarden van het soortelijk gewicht (0.234 tot 0,256), terwijl het watergehalte, met den baktijd, regelmatig afnam (tabel II). | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
II. - Ronde brooden, alle uit 500 gr. deeg van 15 tot 55 minuten in een gasoven gebakken.
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 750]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Bij lange brooden, uit verschillend gewicht deeg, doch gedurende denzelfden tijd gebakken, treft men ook tusschen de verkregen waarden van het soortelijk gewicht, slechts een gering verschil aan, terwijl het watergehalte met afnemend gewicht vermindert (tabel III). | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
III. - Lange brooden, in een gasoven, alle gedurende 40 minuten gebakken, en van dezelfde lengte, ongeveer 45 centimeter.
In andere proeven met lange brooden (tabel IV, V en VI) werd een nog al constant soortelijk gewicht gevonden, doch, voor het watergehalte naarmate het gewicht vermindert steeds afnemende waarden; in deze proeven waren de brooden van verschillend gewicht, en vertoonden of wel alle dezelfde lengte (tabel IV), ofwel den gewonen bekenden vorm (tabel V en VI). | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
IV. - Lange brooden, alle van dezelfde lengte, ongeveer 45 centimeter, in een houtsoven op normale wijze gebakken.
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 751]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
V. - Lange brooden, van gewonen vorm, in een gasoven, op normale wijze gebakken.
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
VI. - Lange brooden, van gewonen vorm, in een houtsoven op normale wijze gebakken.
Eindelijk, bij de ronde brooden, in den vorm gebakken, treffen wij dezelfde resultaten aan als in de andere gevallen, zooals uit tabellen VII en VIII blijkt. Het soortelijk gewicht schijnt over het algemeen een weinig aan te groeien met het verminderen van het gewicht. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 752]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
VII. - Ronde brooden, in den vorm, in een gasoven op normale wijze gebakken.
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
VIII. - Ronde brooden, in den vorm, in een houtsoven, op normale wijze gebakken.
Uit deze proeven kan men afleiden dat:
|
|