| |
| |
| |
Vergadering van 20 Februari 1907.
Aanwezig: de heeren Karel de Flou, bestuurder; Des. Claes, onderbestuurder, en Edw. Gailliard, bestendige secretaris;
de heeren Dr. H. Claeys, Jhr. Mr. Nap. de Pauw, Mr. Julius Obrie, Th. Coopman, Jan Broeckaert, Jan Bols, Jhr. Dr. Karel de Gheldere, Dr. L. Simons, Prof. Adolf de Ceuleneer, Gustaaf Segers, Dr. Willem de Vreese, Dr. Jac. Muyldermans, Jan Boucherij, Amaat Joos, Dr. Julius Mac Leod en Is. Teirlinck, werkende leden;
de heeren Ridder de Corswarem en Omer Wattez, briefwisselende leden.
De heeren Mr. Edw. Coremans, J. Helleputte, Mr. A. Prayon-van Zuylen, Baron de Bethune en Dr. Hugo Verriest, werkende leden, alsook de heer Dr. C. Lecoutere, briefwisselend lid, hebben laten weten dat zij verhinderd zijn de vergadering bij te wonen.
De heer Edw. Gailliard, bestendige secretaris, leest het verslag over de Januari-vergadering. - Het wordt goedgekeurd.
De heer Jac. Muyldermans, werkend lid, doctor honoris causa. - De heer K. de Flou, bestuurder, richt tot de Vergadering de volgende woorden:
| |
| |
‘Arvorens met onze werkzaamheid aan te vangen, wil ik de eer hebben, namens het Bestuur der Koninklijke Vlaamsche Academie, en voorzeker met de instemming van al hare Leden, den Eerw. Kanunnik Muyldermans geluk te wenschen met den titel Doctor honoris causa, die hem onlangs vanwege de Hoogeschool van Leuven te beurt gevallen is.
Zulk eene onderscheiding is eene verdiende belooning voor hem, die er het voorwerp van is, en tevens is het eene eer voor ons korps den nieuwen titularis onder zijne Leden te tellen.’
De heer Dr. Jac. Muyldermans dankt den Heer Bestuurder en zijne Collega's voor de vleiende woorden hem toegestuurd. Dunkt hun, zegt hij, dat zijne benoeming eene eer is voor onze Koninklijke Instelling, dan zal zij zeker voor hem eene nog grootere aansporing zijn om den bloei en de belangen onzer dierbare Academie te behartigen.
Aangeboden boeken. - Daarna legt de Bestendige Secretaris de lijst over van de boeken aan de Academie aangeboden:
Door de Regeering:
Congrès international pour l'étude des régions polaires tenu à Bruxelles du 7 au 11 septembre 1906 sous le haut patronage du Gouvernement Belge. Rapport d'ensemble. Documents préliminaires et Compte rendu des séances. Bruxelles, 1906.
Vade-mecum des oiseaux observés en Belgique. Précédé d'une étude sur leur migration par le Dr. A. Quinet. (Extrait de Forêts, chasse et pêche, publié par l'Administration des Eaux et Forêts.) Bruxelles, 1898.
Royaume de Belgique. Ministère de l'Industrie et du Travail. Office du Travail. Rapports annuels de l'Inspection du Travail. 11me année (1905). Bruxelles, 1906.
Id. Les Industries à domicile en Belgique. Volume VIII. L'industrie du meuble à Malines, par Georges Beatse, avo- | |
| |
cat à la cour d'appel de Bruxelles, chargé de cours à l'aniversité de Gand. - La broderie sur linge et l'industrie du col, du corset, de la cravate et de la chemise, par Robert Vermaut, avocat, docteur en sciences politiques et sociales. - L'industrie du vêtement confectionné pour femmes à Bruxelles, par Charles Génart, juge au tribunal de première instance de Namur. - L'industrie de la corderie, par Charles De Zuttere, docteur en sciences administratives. - Bruxelles, 1907.
Inventaires sommaires des Archives des Anciens Gouvernements des Pays-Bas, conservées aux Archives Générales du Royaume à Bruxelles. Tome I. Bruxelles, 1906.
Tijdschriften. - Annales de la Société d'Archéologie de Bruxelles, 1906, nos 3 et 4. - Arbeidsblad, uitgegeven door het Arbeidsambt van België, 1906, nrs 23 en 24; 1907, nr 1. - Bibliographie de Belgique. Première partie: Livres, 1906, no 24; 1907, nos 1 et 2; deuxième partie: Publications périodiques, 1906, no 24; 1907, nos 1 et 2; Bulletin mensuel des sommaires des périodiques, 1906, nos 11 et 12. - Bulletin bibliographique et pédagogique du Musée belge, 1906, no 10; 1907, no 1. - Bulletin de l'Agriculture. 1906, no 6; 1907, no 1. - Bulletin des Musées royaux, 1907, no 4. - Revue Sociale Catholique, 1906-1907, nos 1 à 4 - Revue de l'Université de Bruxelles, 1906-1907, no 3.
Door de Société d'Émulation, te Brugge:
Annales de la Société d'Émulation pour l'étude de l'histoire et des antiquités de la Flandre. LIVe volume de la collection. Année 1904. Bruges, 1907.
Door het Algemeen Bestuur van het Willemsfonds, te Gent:
Vlaamsch België sedert 1830. Studiën en Schetsen bijeengebracht door het Algemeen Bestuur van het Willems-Fonds, ter gelegenheid van het Jubeljaar 1905. Tweede deel. Gent, 1906.
Door de Katholieke Hoogeschool, te Leuven:
Annuaire de l'Université Catholique de Louvain. 1907. Soixante-onzième année.
Door de Accademia dei Lincei, te Rome:
Rendiconti della Reale Accademia dei Lincei, classe di scienze morali, storiche e filologiche. Serie Quinta. Vol. XV. Fasc. 5-10. Roma, 1906.
| |
| |
Door den heer H. Claeys, werkend lid:
Musica Sacra, nrs 4 en 5, 1906. (Met een Nederlandsch gedicht van den heer H. Claeys.)
Door den heer Dr. Eug. van Oye, briefwisselend lid:
Hulde van het Davidsfonds aan Guido Gezelle. Redevoering van Dr. Eug. van Oye. Yper, z.j.
Door den heer Ernst Martin, buitenlandsch eerelid:
Wörterbuch der elsässischer Mundarten, bearbeitet von E. Martin und H. Lienhart, im Auftrage der Landesverwaltung von Elsass-Lothringen. Zweiter Band, erste bis sechste (Schluss des II. Bandes und des Werkes) Lieferung. Mit einem alphabetischen Wörterverzeichnis und einer Mundartenkarte von Hans Lienhart. Strassburg, 1904-1907.
Door den heer Herman Broeckaert, te Dendermonde:
Uit het Scheldeland. Dit zijn Liedekes en Schilderijtjes uit het Scheldeland, aan Meester Franz Courtens, onzen Vlaamschen Schilder, nederig opgedragen. Dendermonde, 1907.
Door den heer Theodoor Sevens, te Kortrijk:
De Schoonste Kindergedichtjes van Theodoor Sevens, Aalst, z.j.
Door den heer Dr. P.-J. Blok, hoogleeraar te Leiden:
Bijdragen voor Vaderlandsche Geschiedenis en Oudheidkunde, verzameld en uitgegeven vroeger door Mr. Is. An. Nijhoff, P. Nijhoff, Dr. R. Fruin en Dr. P.-L. Muller, thans door Dr. P.-J. Blok, hoogleeraar te Leiden. Vierde reeks, zesde deel. Eerste en tweede aflevering. 's-Gravenhage, 1907.
Door de Redactie:
De Tuinbode, nr 2, 1907. - Het Boek, nrs 4 en 5, 1906.
Ingekomen boeken. - Voor de Boekerij der Academie zijn navolgende boeken ingekomen:
Reinaert de Vos. Een zondagblad voor verstandige lieden, aeneengeknoopt door zeven filosofen. Negen jaargangen: 1860-1868. (De volgende nummers ontbreken. 1860: nrs 16, 17, 19, 20, 23, 24 en 26. - 1861: nrs 1, 2, 3, 25, 28 en 35. - | |
| |
1864: nr 26. - 1865: nr 4. - 1867: nrs 24, 25 en 28 tot 52. - Van 1868 zijn enkel de nrs 20, 21 en 23 aanwezig.)
Van Eems tot Schelde. Wandelingen door Oud en Nieuw Nederland, met kaartjes, gekleurde en ongekleurde platen en gravures, door Dr. H. Blink. Vierde deel. Amsterdam, z.j.
De Gids, Februari 1907.
Ruildienst.
De Belgische School, nr 10, 1906. - Biekorf, nr 2, 1906. - Bijdragen tot de Geschiedenis bijzonderlijk van het aloude Hertogdom Brabant. Januari 1907. - Christene School, nrs 5, 6, 7 en 8, 1907. - Dietsche Warande en Belfort, nr 1, 1907. - Den Gulden Winckel, nr 1, 1907. - De Katholiek, Februari-Maart 1907. - Het Katholiek Onderwijs, nr 4, 1907. - Natuur en School, nr 12, 1907. - Noord en Zuid, nr 1, 1907. - Onze Kunst, nr 2, 1907. - De Opvoeder, nrs 3, 4 en 5, 1907. - De Opvoeding, nr 2, 1907. - De Schoolgids, nrs 2 tot 6, 1907 en blzz. 289-304 van Studiën op de paedagogie, door Roeland Van de Casteele. - St.-Cassianusblad, nr 2 en Bijvoegsel, nrs 2 en 3, 1907. - Studiën, nr 2, 1907. - Tijdschrift voor Boek- en Bibliotheekwezen, nr 1, 1907. - Het Vlaamsch Bestuur, nr 1, 1907. - De Vlaamsche Kunstbode, nr 1, 1907. - Vragen van den Dag, nr 2, 1907.
Ingekomen brieven. - Vervolgens stelt de Bestendige Secretaris de Academie in kennis met de ingekomen brieven:
1o) Bibliographie der Middelnederlandsche Taal- en Letterkunde. - Brief van 13 Februari 1907, waarbij de heer Louis D. Petit, conservator bij de bibliotheek der Rijks-Hoogeschool te Leiden, aan de Academie mededeelt, dat hij zich sedert eenigen tijd onledig houdt met de samenstelling van een Tweede deel van zijne Bibliographie der Middelnederlandsche Taal- en Letterkunde, die, in 1887, de eer had door de Koninklijke Vlaamsche
| |
| |
Academie met goud bekroond te worden. Het Eerste deel, gaande tot 1887, verscheen in 1888. Het aangekondigde Tweede deel zal de litteratuur bevatten verschenen van 1888 tot 1907, alsook verbeteringen en bijvoegingen voor 't Eerste deel met verwijzing naar de daarin vermelde uitgaven.
2o) Prijsvragen door de Vereeniging voor Noord Nederlands Muziekgeschiedenis uitgeschreven. - Gedrukt bericht van 15 Februari, geteekend J.W. Enschedé, waarbij het Bestuur der Vereeniging voor Noord Nederlands Muziekgeschiedenis te Amsterdam, de bemiddeling der Koninklijke Vlaamsche Academie inroept, tot het bekend maken der twee volgende prijsvragen door haar uitgeschreven:
a.) Prijsvraag over J.-W. Lustig: Een levensbeschrijving van Jacob Wilhelm Lustig, organist te Groningen, overleden 1796, met aantooning van de beteekenis en den invloed zijner literaire werken en met aanwijzing in bijzonderheden van de bronnen, welke hij eventueel daartoe gebruikt heeft.
Als beoordeelaars van de ingekomen antwoorden zullen optreden de heeren Jhr. Mr. J.A. Feith, te Groningen; D.F. Scheurheer, te 's-Gravenhage, en Prof. Dr. Max Seiffert, te Berlijn.
b.) Prijsvraag over de vaktermen van den Orgelbouw: Eene volledige Nederlandsche Vakwoordenlijst van den Orgelbouw, zooveel mogelijk met opgave van de Hoogduitsche, Engelsche en Fransche benamingen en, waar noodig, met afbeelding van de vermelde voorwerpen.
| |
| |
De woorden moeten kort en duidelijk in hun beteekenis verklaard worden.
Als beoordeelaars der ingekomen antwoorden zullen optreden de heeren J.W. Enschedé, S. van Milligen, beiden te Amsterdam, en Joh. Wagenaar, te Utrecht.
De antwoorden, gesteld in Nederlandsch (voor de eerste vraag: in Nederlandsch, Fransch, Engelsch of Duitsch [Latijnsche letter]) en getypt of geschreven door een ander dan des auteurs hand, worden vrachtvrij ingewacht vóór of op 1 Mei 1908 (voor de tweede vraag: 1 Mei 1909), bij den Secretaris J.W. Enschedé, Heerengracht, 68, Amsterdam, bij wien exemplaren van de prijsvragen, op franco aanvraag, kosteloos te verkrijgen zijn.
Voor de prijsvraag over Lustig wordt uitgeloofd een bedrag van 100 gld., en voor die over den Orgelbouw een bedrag van 150 gld., onmiddellijk uit te betalen na de toewijzing van den prijs.
| |
Mededeeling door den Bestendigen Secretaris.
Van de pers gekomen uitgave: Jaarboek voor 1907. - Den 31n Januari kwam van de pers het Jaarboek voor 1907. Een exemplaar daarvan werd dien dag aan de heeren werkende en briefwisselende Leden gezonden. Verder liet de Bestendige Secretaris aan den Weled. Heer Minister van Binnenlandsche Zaken en Openbaar Onderwijs de 74 exemplaren sturen voor de inrichtingen bestemd, welke, door tusschenkomst van dit Departement, de uitgaven onzer Koninklijke Instelling ontvangen.
| |
| |
| |
Mededeelingen namens Commissiën,
1o) Bestendige Commissie voor Middelnederlandsche Taal- en Letterkunde. - De heer K. de Flou, secretaris der Commissie, legt het volgend verslag ter tafel over de vergadering van 19 December 1906:
Zijn aanwezig: de HH. Gailliard, voorzitter; Broeckaert, Jhr. Dr. K. de Gheldere, Jhr. Mr. Nap. de Pauw, Dr. W. de Vreese, leden, en K. de Flou, secretaris.
- Reglement. - Stemming. De tekst van het Reglement voor de Commissie wordt door de Vergadering met eenparige stemmen aangenomen.
- De heer Dr. de Vreese deelt aan de Vergadering eenige bijzonderheden mede over het handschrift van den Merlijn, dat op het slot van Bentheim bewaard wordt.
- De zitting wordt geheven om 11 3/4 uren.
Vervolgens deelt de heer Edw. Gailliard, als voorzitter der Commissie, aan de Academie mede, dat de heer K. de Flou, in de morgenvergadering van heden eene zeer belangwekkende lezing over het leenwoord ‘Lydecant’ gehouden heeft. Namens de Commissie vraagt hij aan de Vergadering, dat bedoelde lezing in de Verslagen en Mededeelingen opgenomen worde. - Aangenomen. (Zie verder op blz. 177-184.)
2o) Bestendige Commissie voor Nieuwere Taal- en Letterkunde. - De heer Th. Coopman, secretaris, brengt verslag uit over de door de Commissie gehouden morgen-vergadering:
| |
| |
Tot vervanging van wijlen den heer Dr. Am. de Vos, stelt de Commissie als candidaten voor: de heeren Omer Wattez en Victor de la Montagne.
3o) Commissie voor Rekendienst. - De Commissie voor Rekendienst heeft den 18 Februari vergadering gehouden. Waren tegenwoordig: de heeren K. de Flou, bestuurder, Des. Claes, onderbestuurder en Edw. Gailliard, bestendige Secretaris, Dr. W. de Vreese, Dr. Julius Mac Leod en Mr. Julius Obrie, leden der Commissie.
De Bestendige Secretaris heeft aan de Commissie de volgende stukken voorgelegd, welke door haar, na bespreking, werden aangenomen:
a.) | Algemeene rekening over het dienstjaar 1907; |
b.) | Begrooting voor het dienstjaar 1908. (Zie verder op blz. 154.) |
| |
Letterkundige mededeeling.
De heer Dr. H. Claeys, namens den Schrijver, biedt aan de Academie een exemplaar aan van Kindergedichtjes, het laatst verschenen werk van den heer Theodoor Sevens. Beter kan hij niet doen, zegt hij, om de innige waarde van het boek en de groote vaardigheid van den dichter te doen uitschijnen, dan op den lof te wijzen, door ons geacht medelid Paul Bellefroid, van Sevens als kinderdichter uitgesproken: ‘De man, welke zijn leven te midden van kinderen heeft door- | |
| |
gebracht, weet zich met deze gansch te vereenzelvigen en zijn talent in hun bereik te stellen. Zijne versjes lezen is voor de kleinen een genot en eene belooning, niet eene inspanning.’
| |
Dagorde.
1o) Boekerij. Jaarlijksch Verslag door den Bestendigen Secretaris. - Ingevolge art. 16 van het huishoudelijk Reglement voor de Secretarie der Academie, brengt de Bestendige Secretaris verslag uit over den toestand van de Boekerij gedurende het afgeloopen dienstjaar 1906. - De Vergadering beslist dat het stuk in de Verslagen en Mededeelingen zal worden opgenomen. (Zie verder op blzz. 160-162.)
2o) Begrooting voor 1908. - De Bestendige Secretaris legt de Begrooting ter tafel, door hem voor het dienstjaar 1908 opgemaakt en welke, door de Commissie voor Rekendienst, in hare vergadering van 18 Februari, werd goedgekeurd. - Het stuk ligt op het bureel ter inzage van de Heeren Leden; door den Bestendigen Secretaris wordt er aan de Vergadering lezing van gegeven. - Na kennisneming wordt de voorgelegde Begrooting aangenomen. - Zij zal door het Bestuur aan den Weled. Heer Minister van Binnenlandsche Zaken en Openbaar Onderwijs ter goedkeuring worden overgemaakt.
| |
| |
3o) Wedstrijden. - Motie van orde van den heer Prof. Dr. W. de Vreese:
‘De Academie is van oordeel, dat prijsantwoorden, die niet in ordentelijk Nederlandsch geschreven zijn, in geen geval voor bekroning kunnen in aanmerking komen.
Derhalve noodigt zij de verschillende keurraden uit, aan de taal der ingezonden antwoorden bijzonder aandacht te schenken.
Het is ongewenscht, antwoorden die in dit opzicht te wenschen overlaten zelfs tot voorwaardelijke bekroning voor te dragen; maar verkieslijker in dergelijke gevallen voor te stellen de prijsvraag aan te houden’.
De heer Dr. de Vreese licht zijne motie toe: deze wordt bij eenparigheid aangenomen.
4o) Letterkundige Wedstrijden voor 1907. Ingezonden antwoorden. Samenstelling der Keurraden. - De Bestendige Secretaris deelt aan de Vergadering den uitslag mede van de letterkundige wedstrijden, door de Academie, voor het jaar 1907 uitgeschreven:
| |
I. - Taalkunde.
Repertorium der Nederlandsche Taalkunde
Prijs: 750 fr., of een gouden gedenkpenning van gelijke waarde.
Steller van de vraag: de heer Dr. W. de Vreese.
Onbeantwoord gebleven.
| |
II. - Vak- en Kunstwoorden.
Eene volledige Vak- en Kunstwoordenlijst over het Landbouwbedrijf, met inbegrip van veeteelt en paardenfokkerij, zooveel mogelijk met bijvoeging van de afbeel- | |
| |
ding der opgegeven voorwerpen en van de Fransche benamingen.
Prijs: 800 fr., of een gouden gedenkpenning van gelijke waarde.
Steller van de vraag: de heer Th. Coopman.
Een antwoord, met kenspreuk Op vruchtbaren akker geoogst, is ingekomen.
Bij het ingezonden stuk gaat een brief, waarbij de Schrijver doet opmerken, dat verschillende omstandigheden hem verhinderd hebben zijn stuk geheel en al af te werken. Het was hem dan ook onmogelijk, - schrijft hij, - afschrift van zijn werk te nemen. Derhalve stelt Schrijver de voorwaarde, dat ‘in geval van niet bekroning’ de Academie hem de vrucht van zijnen arbeid niet zal doen verliezen en dat hem zijn handschrift zal teruggezonden worden. ‘Slechts onder deze voorwaarde’ wenscht de inzender met zijn werk aan den Prijskamp deel te nemen.
De Bestendige Secretaris is van oordeel dat het eenvoudigste ware de Prijsvraag aan te houden en deze opnieuw voor het jaar 1909 uit te schrijven. Intusschen zou hij gemachtigd worden den Inzender zijn antwoord terug te bezorgen, tegen vertrouwelijke afgifte van eene geschreven verbintenis zijn werk, gewijzigd of ongewijzigd, en wél onder eene andere kenspreuk opnieuw in te zenden. Een bericht zou dienaangaande, na het verslag der Februari-vergadering, in de Verslagen en Mededeelingen geplaatst worden.
- Aangenomen.
| |
III. - Zuidnederlandsche Folklore.
Men vraagt een zoo volledig mogelijk Geographisch Sagenboek, met inbegrip der legenden, van Vlaamsch-Brabant (Arrondissementen Brussel en Loven).
Prijs: 600 fr., of een gouden gedenkpenning van gelijke waarde.
| |
| |
Steller van de vraag: de heer Th. Coopman.
Een antwoord, met kenspreuk ‘Uten riken bogaert van Brabant!’, is ingekomen.
Worden tot leden van den keurraad aangesteld: de heeren Th. Coopman, Am. Joos en Dr. C. Lecoutere.
| |
IV. - Onderwijs.
Geschiedenis, van zuiver pedagogisch standpunt, van het onderwijs in de drie graden, in België, tijdens de Fransche overheersching en onder de regeering van Willem I.
Prijs: 600 fr., of een gouden gedenkpenning van gelijke waarde.
Steller van de vraag: de heer Prof. A. de Ceuleneer.
Een antwoord, met kenspreuk ‘Licht! Immer meer licht!’, werd ingezonden.
Worden tot leden van den keurraad aangesteld: de heeren Prof. A. de Ceuleneer, Gustaaf Segers en J. Bols.
| |
V. - Onderwijs.
Verhandeling over de noodzakelijkheid en de mogelijkheid van de vervlaamsching der Hoogeschool te Gent, met het oog op de algemeene beschaving van Vlaamsch-België en dezes ontwikkeling op ieder gebied.
Prijs: 600 fr., of een gouden gedenkpenning van gelijke waarde.
Steller van de vraag: de heer Th. Coopman.
Geen antwoord ingekomen.
| |
VI. - Geschiedenis.
(SchoolboekĖ.)
Geschiedenis van België, ten dienste van het middelbaar onderwijs (eerste graad, hoogste klasse).
(Op groote objectiviteit wordt aangedrongen.)
| |
| |
Prijs: 600 fr., of een gouden gedenkpenning van gelijke waarde.
Steller van de vraag: de heer Th. Coopman.
Een antwoord, met kenspreuk ‘Koning, Wet, Vrijheid’, werd ingezonden.
Worden tot leden van den keurraad aangesteld: de heeren Des. Claes (die welwillend aanneemt als eerste verslaggever op te treden, ter vervanging van den heer Th Coopman en op dezes verzoek), Dr. Jac. Muyldermans en Dr. L. Simons.
| |
VII. - Taalkunde.
Men vraagt eene zoo volledig mogelijke Lijst van de Germanismen die heden gebruikt worden door de Noorden Zuidnederlandsche schrijvers, met aanwijzing van den aard, alsmede van de echt Nederlandsche woorden en uitdrukkingen.
Prijs: 600 fr., of een gouden gedenkpenning van gelijke waarde.
Steller van de vraag: de heer Th. Coopman.
Onbeantwoord gebleven.
5o) Wedstrijd over het Diamantvak. - Bekroond prijsantwoord van den heer Dr. Leviticus. Verslag van den heer Prof. Dr. W. de Vreese. (Zie op blz. 185-188.) - Een afdruk van dit verslag werd aan de heeren werkende Leden der Academie medegedeeld: er hoeft dan ook aan de Vergadering geene lezing van het stuk gegeven te worden. - De Academie sluit zich bij het verslag van den heer Dr. de Vreese aan.
6o) Commissie tot het voordragen van candidaten voor het lidmaatschap in de Academie.
| |
| |
- Benoeming eener Commissie van drie Leden, die, te zamen met het Bestuur, het noodig getal candidaten zullen voorstellen. Worden tot leden dier Commissie benoemd de heeren Dr. H. Claeys, Th. Coopman en Dr. Julius Mac Leod.
7o) Lezing door den heer Jhr. Ridder de Corswarem: Het Hasseltsch dialect.
Ridder de Corswarem geeft lezing van eene nota voor opschrift dragende: Eenige bijzonderheden van het Hasseltsch dialect. Hij stipt eenige bijzonderheden en eenige eigenaardigheden aan van het Hasseltsch, dat wel als het merkwaardigste van al de Limburgsche dialecten mag beschouwd worden.
Op voorstel van den heer Bestuurder beslist de Vergadering dat die lezing in de Verslagen en Mededeelingen zal opgenomen worden.
De vergadering wordt te 4 uur gesloten.
|
|