Ter gedachtenisse van het tweede eeuwgetijde van Leydens wonderbaere verlossinge(1774)–Anoniem Ter gedachtenisse van het tweede eeuwgetijde van Leydens wonderbaere verlossinge– Auteursrechtvrij Vorige [pagina 1] [p. 1] Ter gedachtenisse van het tweede eeuwgetijde van Leydens wonderbaere verlossinge. Daer dondert het geschut! de gulle vreugd begint, En woelt en blackt en vloeit door's Burgers hart en aedren; Men roemt bij 't Jubelfeest den God van onze vaedren, Die Spanjes trots als kaf deed stuiven voor Zijn' wind. Twee honderd jaer geleên neeg Leyden tot haer' val; Door oorlog, honger, pest en muitzucht dol bestreeden; Elks noodkreet klom tot God, Hij zelf zag naer beneden, Zijn wonderkracht alleen verloste haeren wal. Men hoort den breeden lof van 's Heeren gunst vermelden, Die Leyden kloekheid schonk en onbezwijkbre Helden, Beroemd om hunnen moed en gadeloos beleid. Elk juich! Gods zegen moog een reeks van eeuwen duuren, Zijn zorg bewaek de Stad, en vestig haere muuren, Tot eens de tijd verzinkt in de eindlooze eeuwigheid. A.d.H. Vorige