Toelating om broeijende zwanen te mogen houden.
Ladmoral, prince van Ligne ende des Heylich Rijcx, grave van Faulkenberge ende van Nechin, marquys van Robais, senechal van Henegouwen, baenderheer van Balioel. Wassenaer, Vile ende Chisoing, heer van Montreul, Thulin, Estambruges, Ellecgnys, l'Estrain, ridder vanden Gulde Vliese etc. Doen cont eenen yegelick, dat wy, behouden ons ende een yegelick zijn recht, verlijt ende verleent hebben, verlyen ende verleenen, mits desen onse brieve, IJsbrant Starck, deurwaerder ordinaris van den Hove van Hollant, een paer broedende swanen te mogen houden in Wijndaeliger-meer, in Haechambacht in Segwouth; de selve swanen te mogen houden van ons, onse erven ende nacomelingen, heeren ende vrouwen van Wassenaer; de voors. IJsbrant Starck, zynen erven ende nacomelinghen, tot een onversterffelick erfleen te verheergewaden, als 't versterfft, ende oeck met een swan ofte XV stuvers daer voer, mits oeck daer en boven betalende andere onse gewoenlicke hofrechten. Ende van desen leene heeft ons hult, eedt ende manscap gedaen de voors. IJsbrant Starck; daer by, aen ende over waren mr Reinier van Persijn ende Heynrick van Coesvelt, onse leenmannen. Des toerconden hebben wy onze zegele hyer aen doen hangen, den viiien February xvic ende elff.
Op de plooi leest men:
Byde Prince van Ligne, heer van Wassenaer, ende ter ordonnantie van Zijn Excie onderteyckent by my als stadthouder,
Cor. Vanderhoeck.
Origineel op perkament. De zegel, die aen twee strooken hing, is verloren. Het stuk maekt deel van het Archief van het Huis van Ligne, op het kasteel van Beloeil.
|
|