ven jaar voltooid was.’ - Hoe iemand stichter kan worden van iets dat reeds voltooid was, is Ref. een raadsel.
Nog ongerijmder is hetgeen men op pag. 45 vindt: ‘Cambyses werd door dezelfde veroveringszucht geleid van zijnen vader. Hij wilde Egypte tot eene Perzische provincie maken, en trok nu met een leger, dat door kameelen van het noodige water voorzien werd, enz.’ - Hoeveel kameelen zal die goede man wəl niet noodig gehad hebben? Waarlijk, mijnheer Stijger, c' est trop fort, en wijlen Bosco, onlangs (10 Maart 1863) op een landgoed bij Dresden overleden, kende zelfs dit goochelkunstje niet!
Blz. 88, geeft de Schrijver het volgende verhaal: ‘Bij de beleegering van Ardea, de rijke hoofdstad der Rutulers, ontstond er een twist tusschen de zonen des konings en hunnen neef Tarquinius Collatinus over de deugd hunner vrouwen. Men besloot nu er de proef van te nemen, reed naar Rome, en bevond dat Lucretia, de vrouw van Collatinus, de eenigste der vrouwen was, die nog, schoon het reeds laat was, zich met spinnen bezig hield. Sextus, de zoon des konings, wien de schoonheid van Lucretia getroffen had, was oorzaak dat Lucretia zich zelve om het leven bragt, omdat zij de schande, die hij haar had aangedaan, niet overleven wilde. Zij had vooraf de zaak aan haren vader Lucretius, diens vriend Valerius, haren echtgenoot, en aan haren broeder Brutus bekend gemaakt.’ - Wij hebben nooit geweten, dat Brutus een broeder van Lucretia was. Uit welke bron heeft de heer Stijger dezen graad van bloedverwantschap toch opgerakeld? En wat verder het verhaal zelf betreft van de schande Lucretia aangedaan, het zegt te veel of te weinig. Zoo als het daar staat, kan men er niets van begrijpen. Wilde de Schrijver absoluut van die liederlijke bedgeschiedenis gewag maken, dan had hij den gedreigden slaaf ook moeten aanhalen. Zie Titus Livius, Decade I, Boek I, Paragraaf 47.
Als voorbeeld van slordigen stijl diene het volgende, dat op pag. 129 aangetroffen wordt: ‘Zijne wreedheid, die alle leden van het geslacht van Julia, ja zelfs zijne moeder en gemalin ter dood deed brengen, is tot een spreekwoord geworden.’
Op blz. 137, komt voor, dat: ‘de Hunnen een Arabisch volk, in 375 naar Europa doordrongen!’ - Cela passe notre latin, en wij zijn verlangend te vernemen op welke gronden de Schrijver de Hunnen tot een Arabisch volk gemetamorphoseerd heeft, en hen naar Europa laat doordringen.