de vertallng van dezelfde hand afkomstig is, allen tot hetzelfde doel zijn uitgegeven, en allen denzelfden uitgever hebben.
Eerst iets over het doel der uitgave. De predikant en eenige andere menschenvrienden uit een der wijken te Amsterdam, hadden het plan opgevat, om eene inrigting daar te stellen, waardoor aan het veelhoofdig monster van pauperisme een krachtigen strijd zou geleverd worden, en dat een sterke hefboom zou worden voor de aankweeking van beschaving en godsdienstzin. Zij wenschten een wijkgesticht in het leven te roepen, waar de arme niet alleen spijze voor het ligchaam, maar ook voedsel voor de ziel zou worden verstrekt. Zij vraagden de goedkeuring van Z.M. den koning op hunne plannen, en verkregen die ook, zoodat, wordt hun doel bereïkt, weldra de inrigting kon worden tot stand gebragt, die prijkende met jaarcijfers 1813 en 1863, ook de achterbuurt een gedenkteeken aan het roemvolle jaar onzer verlossing van vreemde overheersching zal schenken. De giften begonnen die commissie toe te stroomen, en al spoedig was deze in staat een stuk grond van 300 vierkante ned. ellen tot den bouw van het gesticht aan te koopen. Hiertoe werd ƒ 1750 - besteed en behalve deze heeft de commissie ruim ƒ 6000 bijeen. Doch er is meer noodig. Men raamt de kosten op p.m. ƒ 20.000. - De president der commissie meende nog iets anders te kunnen doen, dan het opwekken van de christelijke weldadigheid, om deze som bijeen te brengen. Er was een werkje, door eene edele menschenvriendin bij onze overzeesche naburen geschreven, onder zijne oogen gekomen, en hij besloot dit boekske in onze taal over te brengen, ten voordeele van het doel der commissie.
Daaraan hebben wij de vertaling van het eerste der bovenstaande werkjes te danken. Wij kunnen omtrent dit geschrift kort zijn. De eerste oplage van 1000 exemplaren is binnen een jaar uitverkocht, en dit, niettegenstaande dat het niet in commissie werd verzonden. Eene tweede oplage was noodig en daarvan ligt een exemplaar voor ons. Wij gelooven dat deze vermelding genoeg is, om den inhoud als gepaste en goede lectuur aan te bevelen.
No. II is een vervolg van No. I en zij, die het eerste bezitten, kunnen het tweede niet ontberen, omdat zij te zamen een geheel vormen. Het is in denzelfden trant ge-