Korte predikatie.
Op het feest van st. stephanus moest zeker monnik eene kanselrede tot lof van dien heilige honden. Daar het reeds laat was, verzochten zijne kloosterbroeders, die honger hadden en vreesden dat de prediker het te lang zou maken, hem in het geheim, dat hij dit toch niet zou doen. De monnik beklom den kansel en begon, na eene korte inleiding, aldus: ‘Het is thans een jaar geleden, mijne geliefde toehoorders, dat ik u alles gezegd heb, wat zich over den heilige, wiens feest wij vieren, zeggen liet. Daar mij nu niet bekend is, dat st. stephanus na dien tijd iets nieuws gedaan heeft, zoo ben ik ook buiten staat iets bij het toen gezegde te voegen. Ontvangt derhalve mijnen priesterlijken zegen en gaat rustig naar huis.’ Met deze woorden steeg de monnik tot algemeen genoegen van den predikstoel.