Herinneringen van mijn verblijf op Sumatra's Westkust gedurende de jaren 1831-1834, door den Isten Luitenant der Infanterie J.C. Boelhouwer, Ridder. 's Gravenhage, bij de Erven Doorman. 1841. In gr. 8vo. 184 bl. f 1-60.
Verhalen van het verblijf in vreemde landen kunnen om verschillende redenen der aanbeveling waardig geacht worden. Somtijds zijn zij modellen van stijl en verhaaltrant, en kunnen zelfs, wanneer daarin over de meest bekende en beroemde plaatsen, die reeds menigmalen beschreven zijn, gehandeld wordt, nogtans hoogst belangwekkend zijn. Somtijds echter zijn de berigten en het verhaal zelf, ook dan wanneer de stijl en schrijfwijze veel te wenschen overlaten, van zoodanig gewigt, dat zij de aanwezige gebreken doen verschoonen, en den berigtgever het oordeel doen verwerven, dat hij wèl gedaan heeft met zijne herinneringen in het licht te geven. Uit dit laatste oogpunt beschouwd, kunnen wij onze goedkeuring niet weigeren aan den Heer boelhouwer, wegens de openlijke mededeeling van zijne berigten. Moge ook later eenig letterkundige meer wetenschappelijk over Sumatra en het aldaar voorgevallene in de op den titel genoemde jaren handelen, zoo zullen toch deze Herinneringen, wegens de persoonlijke deelneming van den Schrijver aan gewigtige wapenfeiten, wegens zijne daardoor verkregene ervaring en, zoo het ons voorkomt, ook wegens zijne waarheidsliefde, eene bron zijn, die niet te versmaden is; terwijl lezers, die tevreden zijn met eene beschrijving en verhaal in eenen dagelijkschen gemeenzamen toon, ook niet onvoldaan zullen blijven bij de lezing van deze Herinneringen.