Iets over het misbruik van Gods naam, benevens het vloeken en zweren. Door den Schoolopziener H. Wester. Te Groningen, bij J. Oomkens. 1816. In kl. 8vo. 8 Bl. f :-1-:
Nieuws kon men in dit Iets wel niet wachten, want het gezond verstand zegt hier overal en altijd reeds alles; en echter is dit Iets een woord op zijn' tijd. Ieder schoolmeester, ieder vader, ieder, die lieden uit de mindere klassen in zijn werk heeft, leze deze weinige, maar ware en overtuigende woorden; en, helaas! ook voor de beschaafdere standen zijn dezelve noodig. Met regt klaagden hier reeds onze ouders; maar finds onze naauwere verbroedering (God geve nu voor altijd geëindigd!) met het volk, welks taaleigen het misbruiken van Gods naam, als 't ware, in bescherming neemt, is het hier genoemde schandelijk kwaad vooral niet verbeterd; en het is onverschoonlijk, dat men omtrent het tegengaan daarvan zoo nalatig is. Het kleine boekje is voldoende, om het bespottelijke en afschuwelijke van eene zoo booze gewoonte te plaatsen in het volle licht.