Noäch in zijne Lotgevallen en Karakter beschouwd, in eene Verhandeling, voorgelezen bij het eerste Departement der Maatschappij Tot Nut van 't Algemeen, te Amsterdam, op den 17den van Grasmaand 1809. Door Franciscus Fock, Predikant te Amsterdam. Te Amsterdam, bij J. van der Hey. 1809. In gr. 8vo. 34 Bl.
De vroegere vooroordeelen tegen de Maatschappij Tot Nut van 't Algemeen houden grootendeels op, en wij kunnen des niet zien, welke noodzake een Hervormd Leeraar hebben kan, voor een van derzelver Departementen eene soort van Predikatie te houden, veel min dezelve uit te geven in druk. De watersnood van den vorigen winter herinnerde den Eerw. fock, voor 25 jaren ooggetuige en deelgenoot van soortgelijke ramp, aan den man, die de grootste van alle overstroomingen heeft bijgewoond; hij hield des op noäch eene Christelijke Lofrede, gevolgd van slichtelijke toepasselijke aanmerkingen en opwekkingen, voor den Christelijken leerstoel niet ongeschikt, en die Amstels Kerkgemeente, al staat er dan ook voorgelezen enz. bij 't Nut van 't Algemeen op den titel, zeer wel bij de verzameling van een groot aantal Leerredenen van hare vroegere en latere Predikanten voegen kan. Nieuws of bijzonders vonden wij er juist niet in; de verdediging van noäch, (hij kende den wijn niet, en Kanaän had welligt aan cham 't eerst den beschonkenen aangewezen; ook is de vloek profetie) waardoor noäch nagenoeg geheel onbe-