Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1776

Briefwisseling tusschen den Hooggeleerden J.J. Schultens, Professor te Leiden, en J. Barueth, Predikant te Dordr. Te Dordrecht by A. Blusse en Zoon 1776. in 4to. 28 bladz.
Brief aan een Dortenaar, en Brief aan een Predikant onder het Dortsche Classis, over de Uitgave der bovengemelde Brieswisseling. Alom te bekomen.

HEt onderwerp dezer Papieren is de bedoelde uitgave ener Nederduitsche Overzettinge der Verklaringe over den Heidelbergschen Catechismus, eertyds door den beroem den Hoogleeraer albertus schuitens zynen Leerlingen voorgelezen, en door den Eerwaerden Barueth benevens anderen, uit 's Hoogleeraars mond opgeschreven. De Eerwaerde Barueth heeft van dit zyn oogmerk kennis gegeven aen 's Mans waerdigen Zoon, den tegenwoordigen Hoogleeraer Schultens; en deze heeft daerop indiervoege aen zyn Eerwaerden geantwoord, dat het duidelyk bleke, hoe zulk ene uitgave hem niet aengenaem zou wezen, schoon hy betuigde hem daer omtrent Meester te laten. De Hoogleeraer schynt zich verbeeld te hebben, dat zulks genoeg ware, om den voortgang van

[p. 347]

dat Werk te stuiten; waertegen de Eerwaerde Barueth, zich houdende aen de uitdrukking van daeromtrent Meester gelaten te zyn, oordeelde gerechtigd te wezen, tot het voortzetten van zyn oogmerk; 't welk de Hoogleeraer daer op krachtiger heeft zoeken tegen te gaen. De Brieven, ter dier oorzake gewisseld, heeft de Eerwaerde Barueth, met een nevensgaend Nabericht, gemeen gemaekt; en zulks heeft gelegenheid gegeven tot het in 't licht brengen van andere Brieven, welken geenzins strekken, om dit Stuk nader op te helderen, maer eer om de gemoederen te verbitteren.