Anja Bijlsma-Lindaart
De aanloop naar de stichting
Vanaf 21 december 1991 bestaat de stichting die verantwoordelijk is voor de uitgave van Tsjip. Het ligt voor de hand dat we hier kort haar ontstaansgeschiedenis boekstaven, in de hoop dat zij een vruchtbaar en zo nodig lang bestaan tegemoet gaat.
Op de slotzitting van de conferentie ‘De toetsing in het Literatuuronderwijs’ (22 en 23 september 1988) te Nijmegen zijn standpunten en opvattingen zoals deze geformuleerd werden tijdens de conferentie samengevat in stellingen waarover de deelnemers zich uitgesproken hebben. In Stiefkind en Bottleneck, het verslagboek van deze conferentie dat onlangs verscheen, heeft redacteur Wam de Moor deze stellingen opgenomen. Het lijkt mij toch nuttig een enkele aanbeveling hier te citeren. De eerste stelling luidt immers: ‘Er dient een kerngroep gevormd te worden die initiatieven coördineert en neemt met betrekking tot de toetsing in het literatuuronderwijs’.
De aanbeveling komt voort uit de oproep van Wam de Moor tot latitudinaliteit, dat wil zeggen: doelgerichte samenwerking tussen docenten moedertaal en vreemde talen. Door De Moor en Koos Hawinkels wordt daarmee de aanbeveling overgenomen van de Algemene Conferentie van de Nederlandse Taalunie (1987) om betrokkenen op een Platform Literatuuronderwijs te verzamelen. Het doel is de krachten te bundelen van al degenen die het literatuuronderwijs een warm hart toedragen en die zich zorgen maken om zijn toekomst. Een van de taken van het platform zou dan bovengenoemde zorg voor de toetsing kunnen zijn.
Aansluitend op het colloquium ‘Vernieuwing Eindexamen Literatuuronderwijs Nederlands’, op 11 januari 1990, licht Hawinkels zijn voorstel toe een stichting in het leven te roepen. Onder de aanwezigen (docenten moedertaal, vreemde talen, didactici en toetsdeskundigen) blijkt een zodanige belangstelling, dat besloten wordt de ideeën verder te ontwikkelen. De Moor, Hawinkels en Anja Bijlsma-Lindaart nemen zitting in een voorlopig bestuur.