naar zijn paddenrepubliek in Drenthe, alwaar zijn aorta is gescheurd. Kort daarop is hij overleden. Dit nummer staat in het teken van zijn dood en is voor een deel aan hem gewijd. Het andere deel, voornamelijk een verhalend essay van Kees Verheul, komt in ieder geval qua thematiek met het herdenken overeen.
Op 15 maart las ik een bericht over de Beekse Bergen. De olifant Leila was plotseling gestorven en de alleen achtergebleven olifant Sabri was zo van streek dat het niet verantwoord was het dier tussen de bezoekers te plaatsen. Een ongetemde olifant die door eenzaamheid van streek is, kan behoorlijk agressief zijn. Naast kwaliteiten als intelligentie, smaak en doorzettingsvermogen is misschien deze eigenschap van groot belang voor tijdschriftredacties, zeker voor redacteuren van Tirade. Ik weet niet of ik voldoende intelligentie, smaak en doorzettingsvermogen bezit, ik dacht niet dat ik agressief van nature was, maar als het nodig is, wil ik het wel worden.
Inmiddels ben ik met de uitgevers druk aan het zoeken naar een geschikte vervanger voor Dick, maar Tirade moet verder. Ik wil Tirade veranderen, maar ik vrees dat deze verandering langzaam gaat. Misschien omdat de bijdragen die ik wens er (nog) niet zijn.
‘De tijden zijn slecht, de literaire bladen hebben het moeilijk,’: alom geweeklaag. Het zal wel, maar het artikel dat uit de doeken doet hoe slecht de tijden zijn en waarom de belangstelling voor de literaire bladen afneemt, wil ik in Tirade.
In het landschap van de literatuur zwelt de stroom van debuten vol grote beloftes, van meesterwerken, van romans van verbijsterende en internationale allure, van poëzie die in de ziel treft. Zijn de tijden toch niet zo slecht? Wie dat gedegen uitzoekt is verzekerd van een warme ontvangst bij Tirade.
Minder aandacht voor de politiek ook en geen artikelen meer over actuele politiek. Tirade is een blad over literatuur en dat moet het blijven.
Tirade moet ook, hoe zal ik het zeggen, dansender, spitser, parelender worden. Af en toe een pétillant in plaats van alleen maar die oude roden waar soms een grand cru bij zit maar vaak ook een overjarige bourgeois.