Tirade. Jaargang 20 (nrs. 211-220)(1976)– [tijdschrift] Tirade– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 47] [p. 47] J.C. van Schagen Introspectie Soms denk ik - je bent net een dominee, je hebt je roeping gemist Toch is het maar goed, dat het zo niet is gelopen want ieder moment is alles anders en een dominee moet natuurlijk altijd hetzelfde zeggen - net als een dichter, anders vindt hij geen uitgever want dan raken de mensen in de war en dan kom je bij de Slegte - of je daar tòch niet komt! - en Belangrijk moeten ze allebei óók nog wezen maar daar kan ik werkelijk niet aan beginnen Nu ja, ik vind soms ook wel altijd hetzelfde, maar het ene soms is niet altijd het andere en waarom hoe wat is, daar ben ik ook nog niet achter ik zou middenin de preek - of in het Gedicht - weglopen misschien omdat de wind zo in de bosjes waait ik zou nooit thuis wezen en je zou geen afspraak met me kunnen maken want ik heb eigenlijk geen huis en ik vergeet mijn beloften als het regent of als de Teunisbloem op openspringen staat of de merel wil rozijnen voor zijn jongen Soms wil een lieveheersbeestje de start van zijn leven maken - zou dat eigenlijk wel Belangrijk zijn? overigens, dat gezanik altijd over de Vrouw - of het meisje dan - dat gaat toch ook wel eens vervelen - en de padde heeft geen agenda daar heb ik ook rekening mee te houden [pagina 48] [p. 48] vanochtend, heel in de vroegte, begon de morgenster, er was geeneens een journalist bij en de kritikus, die het zou komen opmeten, kwam eerst tegen twaalven toen het feest afgelopen was die is toen maar in de manufacturen gegaan - lijkt ook wel beter - er is nergens vastigheid, als U begrijpt wat ik bedoel maar goddank kwam toen Debbie met haar nieuwste jong, een schatje, en het bibberde nog zo met zijn vleugeltjes het dak van het kippekot was lekker warm in de zon en ze vonden het zalig! Oudjaar 1975 Vorige Volgende