Tirade. Jaargang 11 (nrs. 121-132)(1967)– [tijdschrift] Tirade– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 439] [p. 439] De leeuw De koning der dieren, zeker, maar zoals voorzichtigheid de moeder der porceleinkast is: ook al sidderen zebra en wildebeest voor zijn stem, hij blijft gewoon Simba, wurger der kudde, de heer met de dikke kop, die de 100 meter loopt in 4,5. Toch, voor elk die hem ooit zag, al was het maar op een plaatje, een vorst, deze Essed, de schrikverwekkende, die reeds prijkte in Agamemnons blazoen: trots, onafhankelijk, maar ook humeurig, beïnvloedbaar zelfs door het weer: onverschrokken bij regen, apathisch bij zon. De Romeinen dweepten met hem, niet slechts in de arena, maar ook (het moet menigeens zak lekker hebben gespekt), als statussymbool: Pompeius alleen had er al zo'n zeshonderd: men spande ze voor een mooie strijdwagen en reed er dan vrolijk mee rond door de Latiumse heuvels. Het moet een opwindend spektakel geweest zijn - over de stellig bij duizenden doodgeknauwde slaven spreekt de historie natuurlijk niet; maar ach, die verzwijgt zoveel - vandaag de dag siert zijn beeltenis vooral hotels, brouwerijen en apotheken. [pagina 440] [p. 440] En hijzelf, onze machtige vader van de donder? Soms vraag ik mij af: bestaat hij eigenlijk nog wel buiten dierentuinen en wildreservaten, waar hij de grote trekpleister mag zijn op wie dure toeristen nerveus kilometers kostbare filmrol verschieten? Ja, nog steeds melden reizigers ons zijn aanwezigheid, met harem en kroost in het gras van de open steppe; maar misschien nog een eeuw: dan rijen de flats zich van Swakopmund tot Nairobi en valt ook voor deze koning het doek in het neon-licht van de voorstadplantsoenen. C. Buddingh' Vorige Volgende