... a question on politics drew a reply of hurt and embarrassment, as if one were guilty of tasteless vulgarity: President Johnson was President of all the people; when the time came, so ran the standard response, he would shoulder his political burdens and reluctantly descend to the marketplace of partisan politics. (White, blz. 243.)
In werkelijkheid hield natuurlijk alles wat de president deed of niet deed in die maanden nauw verband met de komende verkiezingen.
Het blijkt duidelijk dat White niet een zo nauw kontakt heeft kunnen onderhouden met Johnson als dat met Kennedy het geval was in de verkiezingscampagne van 1960. Hij geeft dit trouwens ook zelf toe. Wel lijken zijn sympathieën ook nu weer overwegend op de hand van de Demokratische kandidaat. Met veel humor beschrijft hij de diverse gedaanten waarin Johnson zich aan het yolk presenteerde: de plechtige ‘Mr. President’, de aardige ‘Kindly Lyndon’, de overheersende ‘Imperial Lyndon’, en verder ‘Fair Shares Johnson’, ‘Preacher Johnson’, ‘Old Doc Johnson’, ‘Sheriff Johnson’, ‘Uncle Lyndon’ en ‘Lonely-Acres Johnson’. Deze karakteriseringen van de succesvolle Johnson op het verkiezingspad maken het al de moeite waard het boek van White ter hand te nemen.
Johnson baseerde zijn campagne op de thema's van welvaart en vrede, terwijl zijn Republikeinse tegenstander werd afgeschilderd als de man die het land in armoede en oorlog zou storten. In tegenstelling tot John Kennedy die het volk om offers had gevraagd am te werken aan de ‘New Frontier’, bood Johnson het volk het geluk, de welvaart en de voorspoed van de ‘Great Society’. Deze thema's en de simpele gemoedelijkheid waarmee ze door Johnson werden gepresenteerd, sloegen aan bij het Amerikaanse yolk. De conservatieve thuisblijvers op wie Goldwater had gehoopt, bleken niet te bestaan of bleven ook in 1964 thuis.
Na lezing van de eerste twaalf hoofdstukken van White's boek zal het niemand meer verbazen er in het dertiende aan herinnerd te worden dat Lyndon Johnson de verkiezing won met het hoogste aantal stemmen, de grootste voorsprong op zijn tegenstander en het hoogste percentage (61 %) dat een presidentieel kandidaat ooit van het Amerikaanse volk kreeg.