Tirade. Jaargang 4 (nrs. 37-48)(1960)– [tijdschrift] Tirade– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 89] [p. 89] Verzen van een Vader door Adriaan Morriën Twee meisjes, aan dezelfde gedachteloze dans ontsprongen, zo verschillend alsof een andere vrouw, een andere man in ons bewogen. Een mensheid, ongeboren gebleven maar die in ons slaapt, waaruit slechts deze kinderen zijn ontwaakt, die zij vertegenwoordigen. * Nog half in slaap, warm van de eigen warmte van haar bed, houd ik mijn oudste dochter in mijn arm en kus haar in haar nek. Haar naaktheid komt tot leven, koelt af en wordt gevuld met eerste tastende bewegingen die ik mijzelf aanreken als een schuld * Drift wordt gestild tot spel, als dorst verzadiging bereikt, de tepel wordt een speen, de borst een lichaamsdeel. De blik dwaalt af, de lippen twisten met de melk, de aandacht wordt verkwist aan oppervlakkig vel. * Groei die aan scheiding raakt. 't Kind wordt te groot voor moeders schoot, vaders eenzelvigheid. Zelfstandigheid van eigen eenzaamheid en voorsmaak van de dood. * Vorige Volgende