En toen we in 2012 beslisten om er weer vijf jaar bij te doen, werd die beslissing in zeer grote mate beïnvloed door het onvoorwaardelijke ja-woord van Willy om als bureauredacteur aan te blijven en zijn engagement nog te vergroten. Hij kwam mij hiervoor speciaal in de Sint-Niklase stadsbibliotheek (waar ik toen werkte) opzoeken.
Willy's werk gebeurde steeds op de achtergrond en in stilte. Willy Feliers getuigt dat zijn naamgenoot op de literaire bustochten van het Reynaertgenootschap niets liever deed dan achteraan in de bus gaan zitten voor intense gesprekken in de luwte. Willy genoot ook van de bijeenkomsten van de Orde van de Vossenstaart in Bazel of van de grote redactievergaderingen in de Sint-Niklase Nijverheidsstraat, maar zelden voerde hij het (hoge) woord. Maar wanneer hij sprak, werden zijn tussenkomsten steeds gesmaakt. En steeds waren er plannen en projecten.
In 2011 en 2012 wijdde hij zich aan de transcriptie van Renard ou le proces des bêtes in de editie van Panneels en De Vos uit 1739 (Menke, III-12). Hij had de getranscribeerde tekst naast het Zuid-Nederlandse volksboek van H. Verdussen (Hz1700 uit de editie van Hans Rijns) geplaatst. Meermaals werd op de redactie overlegd hoe we de tekst konden gebruiken. Er werd afgesproken de diverse opties open te houden, ook een papieren uitgave. In 2014 werd geopteerd voor een stevig artikel, waarin zou worden ingegaan op de vertaling en bewerkingstechniek en op de illustraties. Het artikel zou vergezeld worden van de opname van een fragment. De volledige transcriptie kon op het internet worden geplaatst. Bij het verschijnen van dit jaarboek zal de transcriptie digitaal beschikbaar zijn zodat Willy's werk voor verder onderzoek voor altijd beschikbaar is.
Willy Devreese overleed in de morgen van 14 juli, amper 65 jaar oud. De laatste levensmaanden waren niet gemakkelijk, maar de liefde en het engelengeduld van zijn echtgenote Linda hebben, daar ben ik zeker van, ook dit deel van het leven leefbaar en zinvol gemaakt. In zijn laatste levensmaanden bracht de vos verstrooiing. In zijn woonkamer werden de boekenplanken met reynaerdiana gevuld en aan de muur hingen de Reynaertetsen van Hugo Besard. Reynaert en de kunst als brengers van troost terwijl het leven langzaam tussen de vingers glipt.
Ik ontmoette Willy nog op 2 juli. Het spreken ging moeilijk, het lichaam was vermoeid. Hij vertelde me dat hij aan het lezen was in het doctoraat van Paul Wackers, niet meer het grote verhaal, maar wel de zinnen, zin na zin, woord voor woord, zoals hij dat jaren als bureauredacteur van Tiecelijn had gedaan.